‘Impact free-floating onvoldoende bestudeerd’

Autodelen via free-floating is geen slechte zaak maar ook geen alternatief voor een goed mobiliteits- en parkeerbeleid. En daar wringt nog steeds het schoentje, zegt de Brusselse Raad voor het Leefmilieu (Bral). Free floaters maken bovendien minder gebruik van het openbaar vervoer.

Sinds vandaag kunnen geïnteresseerde bedrijven een aanvraag indienen om een free-floating autodeeldienst te lanceren in Brussel. Bij zo’n systeem is de klant niet gebonden aan een station, maar spoort hij een auto op via een app op de smartphone.

Free-floating bestaat al in het buitenland en kende vooral in Duitsland al enig succes. Bral plaatst wel enkele bedenkingen de komst van zulke systemen. “Men verwijst graag naar het succes in andere steden”, zegt Jeroen Verhoeven van Bral. “Maar de situatie is in Brussel anders. Zeker wat het gevoerde beleid betreft.”

Bral verwijst daarbij naar steden als Amsterdam. “Daar zijn de parkeertarieven veel hoger en is er ook een duidelijk beleid”, klinkt het. “Daardoor zijn er meer vrije plaatsen en is er weer minder zoekverkeer.” Nuance daarbij is wel dat in Brussel het verplicht is voor de free-floatingbedrijven om ook plaatsen in overdekte parkings vast te leggen voor hun klanten, net om zoekverkeer te mijden.

Free-floating zal ook vooral aantrek hebben in de dichtbevolkte wijken van het Gewest. “Wij vrezen dan ook voor dezelfde problemen als bij Villo, waar de stations vaak leeg of overvol zijn”, zegt Verhoeven. “Veel mensen hebben immers gelijkaardige verplaatsingspatronen op gelijkaardige momenten.”

Een andere opmerking is dat het systeem alleen binnen het Gewest kan gebruikt worden. “Wie bijvoorbeeld naar Halle wil kan de wagen daar niet achterlaten voor een andere autodeler, dan moet je doorbetalen tot je terugkeert naar het Brussels Gewest”, zegt Verhoeven.

Bral is geen tegenstander van free-floating. “Maar zo’n systeem hoort de kers op de taart van een goed mobiliteits- en parkeerbeleid te zijn, en dat beleid ontbreekt in Brussel”, besluit Verhoeven.

Minder openbaar vervoer
VUB-mobiliteitsexperte Cathy Macharis ziet nog een nadeel. “Uit Nederlands onderzoek blijkt dat mensen die zo’n systeem gebruiken gemiddeld 35 procent minder ritten maken op het openbaar vervoer. Bovendien is het moeilijker te combineren met elektrische voertuigen aangezien er nog onvoldoende laadinfrastructuur is in het Brusselse”, zegt Macharis. “Anderzijds zijn de gebruikers van car sharing wel zeer multimodaal: ze bekijken voor elke verplaatsing welke methode hen het best uitkomt, dat kan gaan van de fiets tot een deelauto of een taxi.”

Over het algemeen is de balans echter positief. “Gemiddeld haalt een gedeelde auto 9 tot 13 andere voertuigen van de baan”, zegt Macharis. “Bij mensen die aan carsharing doen, verkoopt een kwart een voertuig, terwijl nog een kwart de aankoop ervan uitstelt. Bovendien zal men een eigen wagen nog altijd veel sneller gebruiken. Zelfs bij free-floating is er een grotere drempel en een prijs.”