Sportcolumn David Steegen: Marcel de Bruxelles

Alain Eliasy
© Brussel Deze Week
19/11/2010
Jean pakt het boek over de brouwerij Orval zorgvuldig in. Ik mag het teruggeven als de man aan wie ik het boek schenk, het al zou hebben. Die kans is groot. Marcel Javaux was een gereputeerde scheidsrechter met wie ik aangenaam samenwerkte in het wekelijkse voetbalprogramma Studio 1 op de RTBf.

Het is er eindelijk van gekomen. Ik ga hem bezoeken na een gezonde (en uitgeregende) boswandeling in Orchimont, op de grens van de provincies Namen en Luxemburg, meer dan honderdvijftig kilometer van de hoofdstad en op een boogscheut van Frankrijk.

Javaux is een bourgondiër, een Orval-freak. In de kelder van zijn kraaknette woning met uitzicht op heuvels, bossen en een heel klein stukje Frankrijk heeft hij een heuse Orval-proeverij ingericht. Met bar en al. Iedereen kent Javaux. De winkelier vraagt me met aandrang hem de groeten te doen. Dat is beloofd. Het gezellige en rommelige winkeltje biedt een uiterst uiteenlopend assortiment spulletjes aan. Lounge-cd's, fruitige wijnen, kalenders, siropen, geurstokken, kinderboeken, pennen, kaarsen, theepotten en kannen, naslagwerken over fauna en flora van de streek, speelgoed en andere prullaria. Achter de winkel is er een piepklein cafeetje met stoof, uitsluitend bevolkt door Nederlandstaligen. De aubergiste/winkelier is een gezellige man die honderduit vertelt. Zo zijn er wel meer. Onze Brusselse vrienden die bijna wekelijks naar de Vallée de la Semois gaan, maken ons wegwijs en zijn helemaal verknocht aan de Ardennen. Met recht en reden.

Wanneer we later Marcel Javaux gaan bezoeken, is hij druk aan het koken. De Belgische vlag hangt uit. 11 november. Het echtpaar zal, na ons bezoek, de buren ontvangen. Acht koppels komen eten. Allemaal Vlamingen die hun hart verpand hebben aan de Waalse gastvrijheid. Bijna heel Vlaanderen zal vertegenwoordigd zijn ten huize Javaux, tot zelfs een postbode uit Oudenaarde die nooit meer terug wil.

Javaux heeft zelf meer dan dertig jaar in Brussel gewoond. De voormalige toparbiter was rijkswachter. Als kind had hij geen Nederlands willen leren totdat hij, als aankomend scheidsrechter, een wedstrijd in Wervik moest fluiten. Die rare West-Vlaamse klanken waren hem helemaal vreemd. Hij begreep geen jota van wat die voetballers hem vertelden en toeschreeuwden. Onderweg naar huis besefte hij hoe dat gebrek aan talenkennis hem parten zou spelen in de uitbouw van zijn passie, het leiden van voetbalwedstrijden. Die maandag verzamelde hij zijn Vlaamse collega's en vroeg hun om hem in het Frans of Nederlands aan te spreken. Hij zou uitsluitend in het Nederlands antwoorden. Ze moesten hem wel beloven dat ze hem niet zouden sparen. Elke fout moest consequent verbeterd worden. Zo gezegd, zo gedaan. Marcel is in enkele maanden tweetalig geworden.

We worden met alle egards ontvangen. Ook onze vrienden zijn welkom, hoewel hij ze nog nooit ontmoet heeft. 'Wallonie, Terre d'Accueil' is geen loos begrip. Zoals beloofd doe ik hem de groeten van Jean van de Serpolet. "Ah ja," zegt hij lachend, "ook een Orval-kenner."

Jean woont al dertig jaar samen met zijn vrouw in het dorpje en keert om de twee weken terug naar zijn familie en schoonfamilie in zijn geboortestad. Sint-Pieters-Woluwe. Brussel zit overal.

--------------------------------
David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht

David Steegen

David Steegen is persverantwoordelijke van Anderlecht. Uw wekelijkse blik achter de schermen van de grootste voetbalclub van het land.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sport, David Steegen

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni