Zazie trok naar de Brazilië-tentoonstelling Indios no Brasil

Patrick Jordens
© Brussel Deze Week
16/11/2011
Indianen, we kennen ze vooral uit strips en cowboyfilms, waarin ze vaak de roodbeschilderde slechteriken moeten spelen. In het Jubelparkmuseum kan je ze nu anders – béter – leren kennen, dankzij de wondermooie tentoonstelling Indios no Brasil (‘indianen in Brazilië’). Zazie kreeg er een boeiende rondleiding van drie jonge gidsen, Celia (9), Sonja (10) en Alex (11).

Eerst dit: deze tentoonstelling gaat NIET over het leven van indianen vroeger, maar van vandaag. In Brazilië leven nog altijd zo'n 750.000 indianen, vooral in het Amazonewoud. Oorspronkelijk, lang geleden, waren ze met veel meer. Met zo'n vijf miljoen!

Toen de Portugezen in de zestiende eeuw Brazilië binnenvielen, werden enorm veel indianen gedood. Of ze stierven aan typisch westerse ziekten, waartegen ze niet bestand waren. Maar het indianenvolk is taai. Of liever, de indianenvolkeren. Want er zijn 234 verschillende stammen, die maar liefst 180 verschillende talen spreken. De ene indiaan is dus de andere niet!

Op de expo valt veel te zien en nog meer te ontdekken. We pikken er een paar opvallende dingen uit. Of beter: onze jonge gidsen Celia, Sonja en Alex doen dat voor ons. Duik je mee met hen het Amazonewoud in?

In wigwams?
"Nee," zegt Sonia, "ze leven niet meer in van die typische wigwams. Nu bouwen ze grote hutten waarin ze soms wel met 35 tegelijk wonen, de vrouwen apart van de mannen. Waar ik wel wat jaloers op ben, is dat ze altijd in hangmatten slapen. Die maken ze vast aan palen zodat ze een flink stuk boven de grond liggen. Zo kunnen ze zich beschermen tegen slangen of gevaarlijke insecten. Vergeet niet dat ze vooral in de natuur leven."

Met pijl en boog?
"Ja, die gebruiken ze nog," weet Alex. In een van de vitrinekasten op de tentoonstelling zien we zelfs minipijltjes waarmee de kleinste jongens kunnen oefenen. "Maar meestal gebruiken ze die niet meer om mensen te doden - dat denk ik toch. Eerder voor de jacht, om te kunnen eten. Maar op vogels en apen jagen ze met botte pijlen." Botte pijlen? "Ja, dan zijn de dieren niet dood als ze geraakt zijn, alleen bewusteloos. Van de vogels willen ze meestal alleen de veren, om een hoofddeksel van te maken. Voor de indianen zijn veel vogels eigenlijk goddelijke wezens. En apen, die willen ze hebben als huisdieren. Weet je waarom? Omdat die de giftige spinnen vangen en opeten."
"Ja, maar soms stelen die apen ook het eten uit de keuken," komt Celia er nog achteraan.

Boys don't cry?
"Ik zou toch niet graag bij de indianen geboren zijn," bekent Alex. "Als de jongens twaalf jaar worden, moeten ze de test met de mierenhandschoen doen. In die handschoen zitten wel vijftig mieren die heel hard prikken. Anderhalf uur lang moeten de jongens die handschoen dragen, én er een dansje mee doen. Ze mogen niet wenen! Als ze huilen, zijn ze niet sterk genoeg om volwassen te worden. We zagen op een video dat hun hand nadien helemaal gezwollen is van zoveel mierenbeten." Hij kijkt er wat beduusd bij. "Ja, en in sommige stammen trekken de oudere vrouwen bij de meisjes de haren uit als ze twaalf worden," vertelt Sonja nog. Aiaiai...

Veren of rietjes?
Het meest onder de indruk waren onze gidsen en wij van de kleurrijke verenkransen en de magnifieke maskers. Die indianen maken zich duidelijk graag mooi. En ze hebben smaak! Bij feesten en ceremonies zetten ze meestal zo'n prachtige, veelkleurige pluimenkroon op. Echte kunstwerken zijn het. "De witte pluimen vinden ze het kostbaarst. Voor hen zijn ze meer waard dan de gekleurde, en zelfs dan goud," weet Celia.

Ons bezoek eindigt met een grappige anekdote die Alex kent: "Er was eens een brand in een hut waarin heel veel mooie veren lagen. Die waren allemaal opgebrand. Maar voor een feest hadden ze toch een krans nodig. Toen is een indiaan op zijn motor snel naar de winkel gereden om plastic rietjes te kopen. En met die rietjes heeft hij een originele kroon gemaakt. Als andere indianen nu ook zo'n kroon van rietjes willen maken, moeten ze hem eerst betalen."

Dat rietjesexemplaar is ook op de expo te bewonderen, naast al de gevederde pronkstukken. Toch moderner dan we dachten, die indianen...

-----------------------------

Zazie vond deze drie jonge gidsen dankzij de JUBclub, een crea-atelier tijdens de herfstvakantie waaraan Sonja, Celia en Alex deelnamen. In de kerstvakantie kan je ook zo'n atelier meemaken. Verenpracht en toverkracht heet dat, en alle info vind je op www.kmkg.be/nl/verenpracht-en-toverkracht.

Als je gewoon een bezoek wil brengen aan Indios no Brasil, dan ligt er een audio-/videogids voor je klaar. Daarin vertelt opa Gustaaf, een indianenkenner, aan zijn betweterige kleindochter Juliette allerlei weetjes over sjamanen, lipschijven en het leven na de dood bij de Indios. Surf naar www.kmkg.be.

In het Jubelparkmuseum kan je zelfs een verjaardagsparty houden! Misschien krijg je voor de gelegenheid zo'n schitterende verenkrans op je hoofd. Kijk snel op www.kmkg.be/nl/feest-het-amazonewoud.

europalia.brasil

Festivalorganisator Europalia slaagt er in de meeste musea, expositieruimten, concert- en theaterzalen van Brussel als partner te strikken om met honderden evenementen één land in de kijker te zetten. Nu is dat met het economische groeiland Brazilië, dat Brussel onder meer komt tonen hoe het met architectuur omspringt. 

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: europalia.brasil

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni