Wordt Molenbeek in 2030 de culturele hoofdstad van Europa? Deze week komt een internationale jury de Brusselse gemeente inspecteren, volgende week valt de finale beslissing. Zal de massale aanwezigheid van dansgezelschappen, theatergroepen en beeldende kunstenaars indruk maken? “Molenbeek is het beste van alle continenten op 5,89 vierkante kilometer.”
©
Veerle Vercauteren I Kanal - Centre Pompidou I MB2030
Van Laure Prouvost, Needcompany en Ultima Vez over Volta en Recyclart tot Decoratelier en Cinemaximiliaan: de lijst artiesten en culturele instellingen die resideren of werken in Molenbeek oogt lang en indrukwekkend. Van startende kunstenaars tot artistieke zwaargewichten, van individuele artiesten tot wijdvertakte (sociaal-)artistieke netwerken, ze krijgen, in de laatste weken voor de beslissing in het Molenbeek for Brussels 2030-dossier, volop het licht.
Toch is hun aanwezigheid niet nieuw, zegt kunstenaar Kris Verdonck, die vijftien jaar geleden met zijn gezelschap A Two Dogs Company zijn intrek nam in een pand aan Ribaucourt. “Molenbeek was een zwaar geïndustrialiseerde gemeente met gaandeweg veel leegstaande loodsen. Voor kunstenaars op zoek naar atelierruimte was het de enige betaalbare optie,” vertelt hij.
Een pragmatische overweging dus, zoals ook Cinemaximiliaan die maakte, toen het in 2017 verhuisde naar een groot achterhuis in de Manchesterstraat. De vrijwilligers van het Brusselse filmplatform voor en door nieuwkomers hadden aangegeven dat “een grote keuken” essentieel was in het nieuwe pand. “Samen koken en samen eten vormen sterk verbindende activiteiten”, aldus coördinator Annabelle Van Nieuwenhuyse. “Bij Cinema Trottoir komen tachtig mensen eten. Een geschikte keuken is dan geen bijkomstigheid. Maar die infrastructuur vind je niet overal.”
Terroristische aanslagen
In 2016 joegen de terroristische aanslagen een schokgolf door de gemeente. Zowel het Molenbeekse cultuurveld als het bestuur kreeg een dreun, en het verlangen groeide om de negatieve perceptie rond de gemeente te counteren door haar culturele rijkdom zichtbaar te maken en op de kaart te zetten. Gewest en gemeente investeerden in culturele infrastructuur en heel wat nieuwe artiesten en organisaties vonden de weg naar Molenbeek. Dit keer niet uitsluitend om financiële redenen. Juist de underdogpositie van Molenbeek triggerde sommige organisaties om te zoeken naar oplossingen, voor de gemeente én voor Brussel, denkt Jan Ockerman van muziekproductiehuis MetX. Hij noemt Molenbeek “een letterlijk en figuurlijk kruitvat, vol prikkels en pigment.” Maar ook: een ongeziene concentratie aan artistiek en menselijk talent uit alle windstreken. Ockerman: “Het beste van alle continenten op 5,89 vierkante kilometer.”
©
Sophie Soukias
| Met LionCity verrees er een nieuwe creatieve hub op de voormalige Delhaize-terreinen in de Ossegemstraat, met plaats voor makers, sport, sociale activiteiten, een moestuin, winkels, kantoren en meer.
Soms gaan pragmatiek en verlangen samen. Zoals bij muziekcentrum Volta, dat na passages in Elsene en Anderlecht kiest voor 1080: het strijkt neer in LionCity, de nieuwe, door Entrakt beheerde creatieve hub op de voormalige Delhaize-terreinen in de Ossegemstraat. In eerste instantie omdat er de ruimte en de mogelijkheden zijn om de werking logistiek-technisch uit te bouwen, vertelt coördinator Arne Huysmans. “Maar ik raakte ook in de ban van een plek vol creativiteit, warmte en talent.” Aan die plek wil het muziekcentrum ook iets teruggeven. Huysmans: “Met onze ‘Open Calls’ geeft Volta jongeren artistieke inspraak in de werking. Zij krijgen de ruimte om hun stem te laten horen en actief het culturele landschap van de stad mee vorm te geven.”
Gezocht: verbinding
De voorwaarde voor zoveel enthousiasme rond Molenbeek is natuurlijk dat de culturele spelers de goesting en noodzaak voelen om zich met het complexe stedelijke weefsel te verbinden. Louter hun aanwezigheid garandeert nog geen culturele dynamiek, laat staan een sociale gedragenheid. Huysmans knikt: “De echte uitdaging ligt niet in de diversiteit, maar in het vinden van verbinding tussen de stemmen, achtergronden en verhalen die samenkomen.”
“Er is een groot verschil tussen organisaties die werken in Molenbeek en organisaties die werken met Molenbeek,” knikt ook Salim Haouach fijntjes. Hij is geboren en getogen in Molenbeek en richtte er zijn theatergezelschap Ras El Hanout op. “Het theatercollectief ontstond volledig bottom-up, zonder institutionele impuls, en gedragen door de buurt en de islamitische gemeenschap.”
'Wanneer de dealers aan de poort staan, wordt het moeilijk om de deuren open te zetten'
Kunstenaar
Niet alle culturele spelers zijn zo vanzelfsprekend in het stadsweefsel verankerd als Ras El Hanout. De organisaties die niet in Molenbeek zijn ontstaan of gegroeid, moeten voor hun inbedding lang en hard werken. De gemeente lijkt dan ook vooral aantrekkelijk voor een bepaald type artiest, dat er niet voor terugschrikt zijn comfortzone te verlaten.
Voor danser en choreograaf Seppe Baeyens vormt die uitdaging de kern van zijn artistieke werk. In 2011 kwam hij en stoemelings in de gemeente terecht in het spoor van dansgezelschap Ultima Vez. Vandaag woont hij in Molenbeek en runt hij atelier Leon, een participatief dansatelier dat nauw samenwerkt met de buurt. Baeyens: “Het heeft even geduurd voor ik mijn weg vond in het kluwen aan verenigingen en socioculturele organisaties. Maar als je eenmaal de rijkdom aan partnerschappen ziet, ben je verkocht.”
Het project Mariage, dat onder meer te zien was op de tweede editie van Molenfest begin september, brengt bewoners en lokale partners samen in straatateliers om een ‘universeel trouwfeest’ voor te bereiden. Baeyens: “Bij de opening van Mariage zag ik plots een groep nieuwkomers arriveren met wie we een week eerder hadden gewerkt in het Klein Kasteeltje. Dat soort verbindingen leg je niet overal.”
Een goed verhaal
Om die culturele verbindingen te verbreden en te verdiepen is een verbindend narratief nodig. Enter Molenbeek for Brussels 2030: een verhaal dat de afzonderlijke spelers samenbrengt, connecting the dots. En niet alleen de culturele spelers, corrigeert Jan Goossens, co-opdrachthouder van Molenbeek for Brussels 2030, zelfs niet in de eerste plaats: “Ik heb niet zoveel met de invulling van Molenbeek als culturele hotspot. De kandidatuur is niet gestart vanuit de focus op artiesten, maar met een bevraging van de Molenbekenaars.
©
Sophie Soukias
| In 2011 kwam danser en choreograaf Seppe Baeyens en stoemelings in Molenbeek terecht in het spoor van dansgezelschap Ultima Vez. “Als je eenmaal de rijkdom aan partnerschappen ziet, ben je verkocht.”
Naast het culturele potentieel van Molenbeek zijn er ook de sociale organisaties, de creatieve ondernemers, de bewonersverenigingen – zij staan evenzeer in het hart van het plan.” Dat heel wat van de culturele organisaties die vandaag in Molenbeek zitten er net bewust voor kiezen om met hun directe omgeving aan de slag te gaan, maakt die gelijkwaardige insteek geloofwaardig.
Het klinkt ook prachtig: Molenbeek als voorbeeld van sadaka, grensoverschrijdende solidariteit, waarbij de culturele actoren als belangrijke spelers mee de dynamiek aanjagen. Tegelijkertijd moet het sterke concept werken als een selffulfilling prophecy, want de solidaire verbinding blijkt nog niet in alle buurten een even grote realiteit te zijn. Een aantal van de culturele organisaties werkten of werken nog steeds “achter gesloten deuren,” zegt Kris Verdonck, zonder veel contact met de buurt of met elkaar. Daar heeft de onveiligheid van sommige plaatsen alles mee te maken. Verdonck. “Wanneer de dealers aan de poort staan, wordt het moeilijk om de deur open te zetten.”
Ook Bart Nagels, medeoprichter en coördinator van de in Molenbeek opgerichte Fanfakids, is bezorgd. De Fanfakids zijn een jongerenpercussiegroep die veelal optreedt in de openbare ruimte, en dat bleek de voorbije jaren niet altijd evident. “Er is veel in Molenbeek geïnvesteerd,” vertelt Nagels, “maar vandaag gaan sommige wijken er toch weer op achteruit, met openlijk drugsgebruik en schietpartijen, waardoor veel kinderen niet meer in de parken mogen spelen.”
'Wanneer de dealers aan de poort staan, wordt het moeilijk om de deuren open te zetten'
Kunstenaar
Ook Baeyens en dramaturg Kristin Rogghe erkennen dat werken in de openbare ruimte – een methodiek die nogal wat artistieke organisaties hanteren – de nodige omzichtigheid vereist. “Voor veel mensen is de publieke ruimte hun huis,” legt Rogghe uit, “het doet ertoe op welke manier je daar binnenkomt. Hoe ga je om met seksisme en racisme? Het zijn belangrijke vragen die overigens gelden voor de publieke ruimte in élke Brusselse gemeente. Ik vind de negatieve focus op Molenbeek in de media schadelijk, hij raakt de eigenwaarde van de bewoners. De perceptie dient te worden gekeerd, om ook de realiteit te kunnen veranderen. In die zin kan de term ‘culturele hotspot’ werken als een belofte.”
Subsidies
Hoe gaat de gemeente Molenbeek bestuurlijk gezien om met de culturele bloei op haar grondgebied? Als een minzame supporter, zo lijkt het, die haar ploeg aanmoedigt vanaf de zijlijn, zonder die zelf te sponsoren. Subsidies komen veelal van het Gewest, soms met een tussenstop via de gemeente. Nagels: “Via Brede School Molenbeek krijgen de Fanfakids extra middelen voor workshops op scholen. Die lopen sinds kort wel via de gemeente, maar eigenlijk zijn het subsidies van de VGC.”
De steun vanuit de gemeente zelf lijkt voornamelijk infrastructureel of regelgevend. Zo heeft atelier Leon een standplaats in het Huis van Culturen en Sociale Samenhang, dat een initiatief is van de gemeente. Cinemaximiliaan, dat geregeld vergunningen nodig heeft voor activiteiten in de openbare ruimte, ondervindt daarbij geen enkel obstakel. Niet financieren maar faciliteren, lijkt het credo van de gemeente. De vraag is of dat, in het licht van het aanwezige potentieel en het dossier dat voorligt, genoeg is. Uitschuivers zoals de sluiting van het MIMA, het Millennium Iconoclast Museum of Art, lagen dan wel niet in handen van het bestuur, maar konden ook niet voorkomen worden.
©
Ivan Put
| De Fanfakids treden veelal op in de openbare ruimte. Dat is niet altijd evident, zegt coördinator Bart Nagels. “Openlijk drugsgebruik en schietpartijen maken dat veel kinderen niet meer in de parken mogen spelen.”
In de gesprekken met de culturele partners klinkt echter opvallend veel begrip voor de financiële terughoudendheid van het bestuur. “De gemeente kampt met grote problemen, heeft andere prioriteiten,” haalt Haouach de schouders op. De afwezigheid van burgemeester Catherine Moureaux (PS), die al enkele maanden uit is, wordt ook sterk gevoeld. Jan Goossens: “Een burgemeester die trekt is erg belangrijk. Moureaux heeft zaken gerealiseerd; toen Jozef Wouters en Decor-atelier weg moesten uit de Manchesterstraat, heeft zij ervoor gezorgd dat ze in Molenbeek konden blijven. Ze was een grote verdediger van het Molenbeek for Brussels 2030-dossier, maar gelukkig is ook haar vervanger Amet Gjanaj op de afspraak.” Bij de gemeente bleek niemand beschikbaar om te reageren.
Uit de bubbel
Op donderdag maakt de jury van het project Europese Culturele Hoofdstad 2030 een toer door Molenbeek. Een week later, op woensdag 24 september, weet Molenbeek of het met de titel aan de haal gaat. Volgens Annabelle Van Nieuwenhuyse verzilvert Molenbeek de kandidatuur met de vingers in de neus. “Ik zeg dit met alle respect voor de kwaliteiten van de andere aanvragers, maar het dossier van Molenbeek, als miniversie van Brussel, is uniek. Het toont de weg naar solidariteit en gastvrij samenwonen, net wat de wereld kan gebruiken.”
'De negatieve focus op Molenbeek in de media raakt de eigenwaarde van de bewoners'
Dramaturg
Ook Kris Verdonck ziet de potentie, op diverse vlakken. “Het zou de eerste keer zijn dat een minder gegoede plek culturele hoofdstad wordt. Dat kan het concept, dat langzamerhand een beetje was uitgeleefd, een nieuw elan geven. En Molenbeek zelf krijgt de kans om écht uit de bubbel te komen. Want ik zie vandaag veel geweldige dingen gebeuren, maar ik vraag me soms af in hoeverre we aan de ‘rand’ blijven werken, zonder écht door te dringen tot de kern van de bevolking. Molenbeek blijft toch nog steeds een wereld op zich, het mist aansluiting met de rest van Brussel. Dat is wat de gemeente volgens mij het meeste nodig heeft: doorstroming naar het grotere geheel. Zodat alles in beweging komt, niet alleen de culturele schil.”
De bekroning van Molenbeek zou alvast een verhelderend licht werpen op de manier waarop Europa de rol en functie van kunst en cultuur invult: als een sector die niet op zichzelf opereert, maar bruggen slaat naar de samenleving. Met niet het werk in schouwburgen en musea als brandpunt, maar de aanwezigheid van cultuur in de openbare ruimte, in het stedelijke weefsel. Bart Nagels hoopt dat Molenbeek for Brussels 2030 vooral dat doet: de openbare ruimte teruggeven aan de bevolking.
©
Sophie Soukias
| In de Manchesterstraat huizen culturele spelers als Recyclart, Cinemaximiliaan en La Raffinerie/Charleroi danse.
“Molenbeek komt de laatste tijd weer negatief in beeld,” zegt hij. “Op dit moment liggen de mensen meer wakker van hun veiligheid dan van Molenbeek 2030. Het zal niet evident worden, maar hopelijk ziet de jury dit als een kans om het tij te keren.” Daarvoor moet het project wel van de eigenaars blijven, vindt Salim Haouach. “We moeten vermijden dat we ons laten institutionaliseren. De dynamiek die er vandaag is, werd ontwikkeld door Molenbekenaars. En ze moet ook in handen blijven van Molenbekenaars.”
Patchwork
Voor heel wat van de (socio)culturele organisaties en kunstenaars in Molenbeek zou het binnenrijven van de titel vooral een verduurzaming van hun activiteiten betekenen – financiering blijkt vaak van tijdelijke aard en versnipperd over verschillende potjes.
De andere zijde van de medaille is de druk die daarmee op de aanwezige spelers komt te liggen. Jan Ockerman: “Er zijn geen grote theaters of concertzalen op het grondgebied van de gemeente, wel een gigantisch patchwork van middelgrote en kleinere culturele spelers. Het is van immens belang dat zo’n evenement niet enkel in 2030 komt ‘landen’ in de gemeente en nadien een gat achterlaat. Het moet juist bruggen helpen bouwen naar wat de rest van Brussel gemeen heeft met Molenbeek.”
En als het niets wordt? Vrijwel alle organisaties erkennen dat de kandidatuur van Molenbeek for Brussels 2030 zelfs in het geval van een afwijzing de moeite waard zal zijn geweest. Baeyens: “Het proces is deel van het resultaat. Er is al zoveel gebeurd, er zijn zoveel banden gesmeed. Je kan onmogelijk nog van een mislukking spreken.”
Lees meer over: Sint-Jans-Molenbeek , Cultuurnieuws , Molenbeek 2030 , culturele hoofdstad van Europa , Jan Goossens , Laure Prouvost , Seppe Bayens , Marriage , leon , Needcompany , Ultima Vez , VOLTA , Recyclart , Decoratelier , Cinemaximiliaan , lioncity , Kris Verdonck , Kristin Rogghe