Loonsverhoging voor Waalse en Vlaamse huishoudhulpen, Brusselse collega's moeten wachten

Bijna anderhalve maand nadat vakbonden en werkgevers uit de dienstenchequesector een akkoord hadden bereikt over een loonsverhoging voor de huishoudhulpen in de privé, is de cao ondertekend. Dat maakten de vakbonden donderdag bekend. In Vlaanderen en Wallonië althans, want in Brussel zijn de gesprekken nog aan de gang.

Vorige maand maakten de vakbonden zich nog druk omdat werkgeversfederatie Federgon zou treuzelen om de cao te ondertekenen. Daardoor kregen de meeste huishoudhulpen de beloofde opslag nog niet in juli. Sommige dienstenchequebedrijven keerden die wel al uit. De loonsverhoging zou dan wel met terugwerkende kracht worden uitbetaald, de vakbonden noemden het uitstel toch "onaanvaardbaar".

Nu is de cao wel definitief. "Vanaf vandaag zijn alle bedrijven dus juridisch verplicht om voor prestaties hun werknemers te betalen volgens de nieuwe barema's. Bedrijven die in juli nog geen loonsverhoging betaalden, zullen dat met terugwerkende kracht moeten rechtzetten", staat in een persbericht van ABVV, ACV en ACLVB.

De cao geldt wel enkel voor Vlaanderen en Wallonië. Als reden geven de bonden het uitblijven van een volwaardige Brusselse regering. "We hebben een afspraak met aftredend Brussels minister van Werk Bernard Clerfayt (Défi) om de onderhandelingen voort te zetten. We zullen blijven strijden, zodat ook de Brusselse werkneemsters dezelfde loonsverhoging krijgen als hun collega's”, klinkt het nog.

‘Weinig voorstellen’

De verklaring van het ‘uitblijven van een Brusselse regering’, nuanceert het kabinet van Clerfayt door te verwijzen naar de huidige politieke context. “Vorige maand zijn we heel last minute uitgenodigd voor het overleg waarbij de Vlaamse en Waalse ministers van Werk, Zuhal Demir (N-VA) en Pierre-Yves Jeholet (MR), betrokken waren”, stelt woordvoerster Sonia Ghariani.

Maar door de andere hete, Brusselse hangijzers, zoals de onenigheid rond metro 3 en de budgettaire beperkingen door de voorlopige twaalfden, en het daarop volgende zomerreces, zou er te weinig tijd overgebleven zijn om de loonsverhoging voor huishoudhulpen grondig te bespreken binnen de Brusselse regering.

“Daardoor konden we in feite niet veel voorstellen doen en werd besloten om de Brusselse huishoudhulpen voorlopig niet op te nemen in de ondertekende cao.” Het kabinet-Clerfayt geeft wel aan dat de aftredende minister deze donderdag de vakbonden heeft ontmoet.

'Gelijkwaardig speelveld'

Intussen liet ook Federgon, de federatie van de HR-dienstverleners, zich horen over de Brusselse situatie. "Ook wij willen strijden voor dezelfde bruto loonsverhoging voor de Brusselse huishoudhulpen. Maar dan moet er wel een gelijkwaardig financieringsspeelveld zijn", klinkt het. Dat zou kunnen door "de spelregels tussen de verschillende regio's gelijk te trekken."

"Door de inruilwaarde te verhogen en opnieuw de vrijheid te bieden aan Brusselse dienstenchequeondernemingen om administratieve kosten aan te rekenen, naar analogie met de werking van de dienstenchequesector in Vlaanderen en Wallonië, kan er ruimte gecreëerd worden om ook voor onze Brusselse huishoudhulpen een gelijke loonsverhoging te realiseren."

Volgende week staat een overleg tussen Clerfayt en Federgon gepland. “Na die ontmoeting zal het verdere verloop bestudeerd worden", klinkt het bij het kabinet-Clerfayt.

Eventuele timings worden niet gegeven. “Maar we zullen ons uiterste best doen om de verloning van de Brusselse huishoudhulpen zo snel mogelijk gelijk te trekken met het loon van hun Vlaamse en Waalse collega’s", aldus nog het kabinet.