Voor de helft van de Brusselse kinderen ligt de school op meer dan 1,2 km van huis

Eén op de twee leerlingen in het Brussels gewest woont in vogelvlucht op minder dan 1,2 kilometer van zijn school. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse (BISA). Dat betekent ook dat de andere helft dagelijks een langere afstand aflegt.

Hoe ver wonen Brusselse kinderen van hun school? Voor de helft van de kinderen ligt de school in vogelvlucht op minder dan 1,2 kilometer van hun woonplaats. De afstanden lopen sterk uiteen, afhankelijk van het onderwijsniveau, de onderwijsvorm en de wijk waar het kind woont.

In het kleuteronderwijs wonen de leerlingen op een mediane afstand van 0,7 kilometer van hun school. In het lager onderwijs stijgt dat naar 0,9 kilometer en in het secundair onderwijs zelfs naar 2 kilometer. Voor kinderen in het buitengewoon onderwijs liggen die afstanden nog een stuk hoger: 3,5 kilometer.

In het Nederlandstalige onderwijs ligt de mediane woon-schoolafstand op 1,5 kilometer, tegenover 1,1 kilometer in het Franstalige onderwijs. Dat 13 procent van de Nederlandstalige kinderen naar school gaat in de Brusselse Rand, vooral in Dilbeek, Vilvoorde en Zaventem, verklaart dat verschil deels.

Buurtonderwijs

In het kleuteronderwijs en het lager onderwijs blijft het idee van buurtonderwijs overeind: een meerderheid woont op wandelafstand. Toch woont 38 procent van de kleuters en 46 procent van de lagere schoolkinderen op meer dan een kilometer van school, en moet 8 tot 9 procent zelfs meer dan vier kilometer afleggen. Dat zijn afstanden waarbij gemotoriseerd vervoer het vaak overneemt van de fiets of te voet gaan.

Die trend zet zich sterker door in het secundair onderwijs, waar 75 procent van de leerlingen op meer dan één kilometer van hun school woont. Dat heeft veel te maken met het aanbod: scholen in het secundair onderwijs zijn vaak groter en bieden meerdere studierichtingen aan. Door die specialisatie moeten jongeren verder reizen om hun gewenste richting te volgen.

Langere verplaatsingen

Voor leerlingen in het technisch onderwijs en het beroepsonderwijs zijn de mediane woon-schoolafstanden groter dan voor leerlingen in het algemeen onderwijs. De hoge mate van segmentatie in het aanbod maakt dat de keuze beperkter is en de afstand groter wordt.

Kinderen in het buitengewoon onderwijs wonen gemiddeld zelfs drie keer zo ver van hun school als kinderen in het gewoon onderwijs. In alle onderwijsniveaus - van kleuter tot secundair - zijn de mediane afstanden daar significant hoger. Een deel van die verplaatsingen gebeurt dan ook met de schoolbus.

Kinderen die in de Brusselse Vijfhoek of eerste kroon wonen, gaan gemiddeld naar scholen dichter bij huis dan kinderen in de tweede kroon. Toch is dat centrum-randpatroon niet eenduidig: ook in centrale wijken ligt de school voor sommige kinderen op meer dan vier kilometer afstand.