Het Grondwettelijk Hof heeft zich woensdagnamiddag uitgesproken over de Kinderopvangzaak en geeft de middenveldorganisaties die tegen de nieuwe regelgeving ten strijde is getrokken gelijk. Daarmee oordeelt het Hof dat de nieuwe Vlaamse voorrangsregels in de inkomensgerelateerde gesubsidieerde kinderopvang vernietigd moeten worden. Dat meldt de Kinderopvangzaak woensdag.

©
Dieter Nijs
Grondwettelijk Hof vernietigt voorrang voor werkenden in kinderopvang
Sinds 1 april 2024 bestaan er nieuwe regels die bepalen wie voorrang krijgt in de inkomensgerelateerde kinderopvang. Die regels gelden ook in Brussel. Deze geven voorrang aan ouders die samen vier vijfde of meer werken of een dagopleiding volgen. Ook het aantal voorbehouden plaatsen voor gezinnen in een kwetsbare situatie daalde.
De Vlaamse regering voerde de voorrangsregels in ondanks negatief advies van de Vlaamse Sociaal-Economische Raad (SERV), de Raad van State, de Vlaamse Raad voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin (WVG), het Agentschap Opgroeien en het Kinderrechtencommissariaat, aldus de initiatiefnemers van de strijd tegen de voorrangsregels. Daartoe behoren onder meer de Vrouwenraad, Furia, ZIJkant en Netwerk tegen Armoede, en Brusselse organisaties zoals het Lokaal Loket Kinderopvang Brussel, Eva BXL en Kinderdagverblijf De Ketjes.
Discriminerend
De in totaal twintig middenveldorganisaties van de Kinderopvangzaak hekelen de verscherpte voorrangsregels en trokken naar het Grondwettelijk Hof om de nieuwe regelgeving te vernietigen.
"Deze regels houden een belangrijk verlies van rechten in en zijn discriminerend. De drempel van vier vijfde werken benadeelt met name vrouwen, mensen in armoede, mensen met een beperking of chronische ziekte en mensen met een migratieachtergrond. De Kinderopvang is een basisdienst, een recht voor alle kindjes", duidt de coalitie aan middenveldorganisaties.
Woensdagnamiddag sprak het Grondwettelijk Hof zich na enkele maanden beraad uit over de eventuele vernietiging van de Vlaamse regelgeving. Ze geeft de middenveldorganisaties over de hele lijn gelijk, zo duiden ze zelf.
Het Hof is van oordeel dat de nieuwe regelgeving het recht op gelijke toegang tot de kinderopvang schaadt, zonder redelijke verantwoording. De regelgeving is discriminerend, zo stelt het Hof. Ook de beperking van plaatsen voor kwetsbare gezinnen of alleenstaanden wordt teruggeschroefd naar minstens twintig procent.
Duidelijkheid
De Gezinsbond steunt de beslissing van het Grondwettelijk Hof en wil snel meer duidelijkheid van de Vlaamse overheid. “Als de overheid wil dat zoveel mogelijk mensen aan het werk gaan, moet ze ook voldoende kinderopvang voorzien voor iedereen die daar nood aan heeft", zegt algemeen directeur Jeroen Sleurs.
"De nieuwe voorrangsregels zijn in bepaalde gevallen zelfs contraproductief omdat het net personeelsleden in de kinderopvang, en bij uitbreiding de zorgsector, zijn die vaak deeltijds werken waardoor de personeelstekorten zeker niet opgelost zullen raken."
Volgens de Gezinsbond zijn de grootste slachtoffers van de voorrangsregels kwetsbare kinderen van ouders die niet of beperkt beroepsactief zijn. "Onderzoek toont keer op keer de sociale en de pedagogische functie van de kinderopvang aan. Stem de kinderopvang af op wat ouders en kinderen nodig hebben", besluit Sleurs.
‘Voorrang voor wie werkt’
Vlaams viceminister-president en minister van Begroting, Ben Weyts (N-VA), houdt er een andere mening op na. "Als er wachtlijsten zijn voor de kinderopvang, dan is het logisch dat wie werkt voorrang krijgt. Zo beloon je mensen die werken en bijdragen. En zo geef je een duidelijk signaal aan mensen die niet werken: zij kunnen voordelen verkrijgen door aan de slag te gaan."
Volgens de N-VA-minister volgt het Grondwettelijk Hof die logica ook. "Maar ze zegt dat we niet zo een strikt onderscheid mogen maken tussen gezinnen die in het geheel minstens vier vijfde werken en gezinnen die minder werken.”
Mogelijk zal de Vlaamse overheid nu soepeler moeten worden voor deeltijds werk, eerder dan de lat op vier vijfde te leggen. “Maar de essentie moet absoluut behouden blijven: voorrang voor wie werkt", dixit Weyts.
Caroline Gennez (Vooruit), Vlaams minister van Welzijn, voegt nog toe dat er 200 miljoen euro vrijgemaakt is voor 10.000 extra plaatsen in de kinderopvang. "De oproep naar initiatieven wordt binnenkort gelanceerd. Met die bijkomende plaatsen zullen er geen voorrangsregels meer nodig zijn", stelt ze.
Lees meer over: Brussel , Samenleving , De Kinderopvangzaak , grondwettelijk hof , kinderopvang