Het aantal moeders dat borstvoeding geeft vanaf de geboorte is de afgelopen tien jaar gestaag toegenomen. Vooral in Vlaanderen is die stijging opvallend. In Brussel lag het percentage al langer hoog. Dat is geen verrassing in een superdiverse stad, zegt Kind en Gezin: “Moeders van niet-Belgische origine starten vaker met borstvoeding dan moeders met Belgische roots.”
©
Belga
Steeds meer baby's starten met borstvoeding én krijgen het langer
Naar aanleiding van de Internationale Week van de Borstvoeding - van 1 tot 7 augustus - deelt Kind en Gezin nieuwe cijfers. De algemene tendens: meer kinderen krijgen borstvoeding vanaf de geboorte en moeders gaan er ook steeds langer mee door.
Toch zijn er ook enkele opvallende regionale verschillen op te maken uit de cijfers. Een eerste vaststelling: Brusselse moeders starten opvallend vaak met borstvoeding. Al tien jaar krijgt zo'n negentig procent van de baby's van Belgische moeders in Brussel borstvoeding vanaf de geboorte. Voor kinderen van vrouwen van buitenlandse origine ligt dat aandeel nog hoger: rond de 95 procent.
“Borstvoeding geven is ook cultureel bepaald,” zegt Christel Geebelen van Kind en Gezin. “Moeders van niet-Belgische origine starten vaker met borstvoeding dan moeders met Belgische roots. In een stad als Brussel, waar veel culturen samenleven, zie je dat duidelijk weerspiegeld in de cijfers.”
Waar komen de cijfers vandaan?
Kind en Gezin bezoekt zo’n 93 procent van alle pasgeboren baby’s in Vlaanderen en Brussel. Tijdens die huisbezoeken wordt informatie verzameld, waaruit de cijfers voortkomen. Voor Brussel geldt een belangrijke nuance: de data slaan alleen op kinderen die begeleid worden door Kind en Gezin in het Brussels Gewest. Franstalige kinderen vallen vaak onder de Franstalige tegenhanger ONE, en zijn dus niet in deze cijfers opgenomen.
Wil je meer weten? Bekijk de gedetailleerde cijfers op: www.opgroeien.be
Kansarmoede speelt mee
Toch zou het percentage in Brussel mogelijk nog hoger kunnen liggen. Wat kansarmoede blijkt een belangrijke factor in het vroegtijdig stoppen met borstvoeding. Vooral Belgische vrouwen in penibele situaties stoppen sneller dan gemiddeld. “Bij vrouwen van niet-Belgische afkomst speelt dat minder,” aldus Geebelen.
Waarom vrouwen in kansarmoede vroeger stoppen, is niet duidelijk. “Misschien ontbreekt er een rolmodel in hun omgeving of missen ze toegang tot betrouwbare informatie,” zegt Geebelen. “Maar de belangrijkste reden is wellicht praktisch: wie in armoede leeft, kampt vaak met stress en zorgen die veel energie vragen. Dan is er minder ruimte voor borstvoeding.”
Borstvoeding na zes maanden
Ook langdurig borstvoeden zit in de lift. In Brussel kreeg in 2015 nog 43 procent van de kinderen van Belgische vrouwen na zes maanden nog borstvoeding. Bij kinderen van vrouwen met een andere nationaliteit was dat iets meer dan 52 procent. In 2023 zijn die cijfers gestegen naar respectievelijk 55 en bijna 62 procent.
“Die evolutie sluit aan bij wat we ook in Vlaanderen zien,” zegt Geebelen. “Het advies van de Wereldgezondheidsorganisatie om zes maanden uitsluitend borstvoeding te geven, wint steeds meer aan bekendheid.”
Het advies van de Wereldgezondheidsorganisatie om zes maanden uitsluitend borstvoeding te geven, wint steeds meer aan bekendheid.
Wat is Voeden in Verbinding?
“Ik organiseer in Brussel al vier jaar lang Voeden in Verbinding," zegt Ana Maria Osoria Gil. Omdat voeden iets is waarvoor we steun moeten krijgen. Punt. Het is iets natuurlijks. We zouden dat gewoon moeten kunnen doen – ook al voelt het soms bijna onmogelijk. En kolven? Dat is ontzettend uitputtend.”
“In de westerse wereld voelt het vaak alsof ik iets geks aan het doen ben. Maar bij Voeden in Verbinding kom ik terecht tussen vrouwen, vaders en grootvaders die voeden mooi vinden... Dan maakt het ineens niets meer uit dat er twee kinderen aan je borst hangen. Dat is het gevoel dat we willen geven: dat je er niet alleen voorstaat.”
Bij Voeden in Verbinding is iedereen welkom. Niet alleen vrouwen die borstvoeding geven, maar ook wie geïnteresseerd of nieuwsgierig is, wie vragen heeft of misschien zelfs twijfelt of kritisch staat tegenover borstvoeding. Echt iedereen mag erbij zijn."
Voeden in Verbinding is een jaarlijks evenement tijdens Wereldborstvoedingsweek. Dit jaar vindt het plaats op 3 augustus 2025. In Brussel start het evenement om 9.30 uur aan Guinguette Émile in het Dudenpark in Vorst.
Vlaanderen volgt, met opvallende groei
In Vlaanderen stijgt niet alleen het aantal kinderen dat langer borstvoeding krijgt, maar ook het aantal baby's dat het krijgt na de geboorte. Tien jaar geleden gaf 73 procent van de Vlaamse moeders met een Belgisch paspoort borstvoeding vanaf de geboorte. Vandaag is dat meer dan 77 procent.
“Die groei is het resultaat van jarenlange inzet,” zegt Geebelen. “Zorgverleners, zoals lactatiedeskundigen en onze eigen Kind en Gezinteams, spelen daarin een belangrijke rol in. Ouders zijn beter geïnformeerd en voelen zich ondersteund.”
Ook zichtbaarheid van borstvoeding draagt bij aan de groei, denkt Geebelen. “Als je borstvoeding ziet bij je schoonzus, collega of op sociale media, dan voelt het vanzelfsprekender. Rolmodellen maken echt een verschil. Daarom steunen we ook volop acties die borstvoeding normaliseren, zoals ‘Voeden in Verbinding’ (zie kaderstuk)."
Opvallend is dat baby's van vrouwen met een niet-Belgische nationaliteit ook in Vlaanderen altijd al veel borstvoeding gaven, vergelijkbaar met die van Belgische vrouwen uit Brussel: rond de 92 à 93 procent.
Met borstvoeding starten lijkt bovendien een stedelijk fenomeen, want ook in Antwerpen ligt het gemiddelde hoger dan elders in Vlaanderen. "Ook daar wonen meer kinderen met een moeder van buitenlandse origine," verklaart Geebelen.
Ana Maria Osorio Gil van Voeden in Verbinding vertelt wat borstvoeding geven betekent voor haar en vrouwen uit haar netwerk.
Lees meer over: Brussel , Samenleving , borstvoeding , Voeden in Verbinding
