Vrouwelijke cipier in gevangenis Haren krijgt molotovcocktail naar woning gegooid

Donderdagochtend gooiden onbekenden een molotovcocktail naar de woonst van een vrouwelijke cipier die in de gevangenis van Haren werkt. Dat schrijft Het Nieuwsblad en bevestigt het Gevangeniswezen aan BRUZZ. De politie is een onderzoek gestart.

De feiten speelden zich donderdag rond zes uur 's ochtends af in het Waalse Strépy, waar de vrouw woont. Dat meldt Eddy De Smedt van het VSOA Gevangeniswezen. “De lokale politie is bezig met het onderzoek”, voegt hij toe.

“Momenteel is nog niet duidelijk of het voorval binnen de privésfeer kadert of een gevolg is van haar functie als cipier.” Het Nieuwsblad vernam wel uit goede bron dat de cipier van onbesproken gedrag is. Het Gevangeniswezen bevestigt de feiten, maar onthoudt zich van verdere commentaar.

De schade aan de woning zou beperkt blijven. Toch zorgt het voorval voor ongerustheid onder het gevangenispersoneel, zegt De Smedt. Het is immers de vierde keer in relatief korte tijd dat een cipier geviseerd wordt.

Fenomeen

Midden januari werd een woning van een cipier met een brandbom bestookt. Twee weken voordien werd de wagen van een andere cipier in brand gestoken op de parking. Beide gedupeerden werkten in de gevangenis van Haren. In november vorig jaar ging ook de auto van een cipier die in de gevangenis van Leuven werkt in vlammen op in het Limburgse Heers.

Volgens De Smedt duiden de incidenten op een nieuw fenomeen. “In Frankrijk worden die praktijken al langer toegepast. Ze lijken nu over te waaien naar ons land”, legt hij uit. Dergelijke aanvallen voorkomen blijkt in de praktijk geen evidente zaak. “Het is moeilijk om op voorhand in te schatten waar en wanneer zo’n incident zich zal voordoen.”

Wel benadrukt De Smedt dat het tegengaan van overbevolking in de gevangenissen een stap in de goede richting zou zijn. “Zo krijgt het personeel meer ruimte om de nodige controles uit te voeren. Zeker op verborgen gsm’s bij de gedetineerden is dat nodig. We vermoeden dat over incidenten zoals dat van deze ochtend allicht vanuit de gevangenis wordt gecommuniceerd.”