Oerwoud (4): Revolutie en pralines

© brusselnieuws.be
02/05/2012
Komt er een aap, zelfs zonder hoed. Slaat die met zijn vuisten behalve een businspecteur ook een Brusseldroom aan diggelen. Het is niet de revolutie waar Louis Paul Boon het over had in Brussel een oerwoud. De vierde en laatste column van Filip Rogiers.

'Iemand vraagt wanneer de revolutie nu komt godomme, maar verder maakt hij ruzie over den prijs van de pralines.'

De oorlog is voorbij, wapens zwijgen, maar de revolutie hangt er wel in de lucht, in Boons Brussel van de jaren veertig. Ten minste, dat is wat hij wist dat zijn broodheer -het communistische dagblad De roode vaan- graag wilde lezen. En dus sloot hij zijn 'reportage' Brussel een oerwoud iet of wat geforceerd af met de beschrijving van een socialistische meeting. Daar moest de lezer van De roode vaan dan maar uit afleiden dat er toch nog wat licht gloorde aan het einde van de tunnel, na de pagina's lange processie van hoofdstedelijke paupers en verdrukten.

Quod non. Die meeting baadt alles behalve in een rode gloed. Eerder getuigt de beschrijving van een tristesse die elke gedachte aan revolutie, elke hoop op beterschap bij voorbaat ondergraaft.

'Een oude redenaar vertelt van den tijd die voorbij is en een jonge redenaar vertelt van den tijd die komt, en de luidspreker staat wat te ver en pruttelt en klinkt heesch maar niemand denkt er aan om hem te verzetten.'

Het citaat van de revolutie en de pralines tekent Boon op in een werkloosheidsbureau avant la lettre, een jobbeurs. In het volgende stukje steekt hij de straat over naar 'DE ANDERE BEURS. DEZE MET DE TRAPPEN EN ZUILEN', zoals hij het Brusselse Wall Street noemt. Het volk dat daar samentroept, komt uit de provincie en komt in de hoofdstad brassen. 'In hun provincie-nest zijn het groote mannen, groote dieven, die zich rijkgestolen en armgespeeld hebben en terug rijkgewoekerd en weer armgehoereerd. Lijk de beurs zelf. Hausse Baisse.'

Arm en rijk, de 99 en die ene procent, zo zouden we vandaag zeggen. Maar de revolutie blijft dus uit. De Indignados murmelen iets onverstaanbaars. Er wordt niet gevochten in dat Brussel van Boon, en al zeker niet voor een goede zaak.

Vandaag woeden er in Brussel vele strijden die Boon niet kon voorzien. Er is de strijd tegen overlast door overbevolking en gebrek aan perspectieven. Door een gebrek aan opvoeding en beschaving, ook. Er is de strijd tegen het gebrek aan visie waarmee de stad wordt bestuurd en waardoor dit altijd maar in potentie machtige Brussel dagelijks kansen mist om zichzelf te tonen als een moderne wereldstad. De lelijkheid blijft het in het stadsbeeld vaak stuitend voor het zeggen hebben.

Stad, kom uit je ei
De utopie van de 'metropolitane gemeenschap', zoals Bart Eeckhout het noemde in De Morgen (14/04/12) ; dit Brussel dat maar niet uit het ei wil komen : het is een goede zaak die meer dan één revolutietje waard is. Deze stad wordt nog altijd te veel aan de grond gehouden door zijn eigen middelmatigheid.

Gevochten wordt er intussen wel genoeg op straat en op het openbaar vervoer. Uit balorigheid en rauw nihilisme. In die zin is er dan toch weer niet zoveel veranderd. Op de meeting van de socialen blijft Boons oog hangen bij een jonge nietsnut 'met in zijn mond een stuk kauwgom', 'hij kauwt altijd maar verder - wat er ook gebeuren mag- en als iedereen stormachtig toejuicht kauwt hij dat zijn kaakbeen dreigt uit den haak te springen.'

Zo ook vandaag, elke dag, zie, hoor en lees je moedige Brusselaars die op Facebook of in kranten een mooie hoofdstedelijke revolutie prediken. Elke dag doen honderden mensen ook hun uiterste best om van deze prachtige, weerbarstige, ingewikkelde stad iets moois te maken.

Maar dan komt er een aap, zelfs zonder hoed, en die slaat een businspecteur dood. Of er gooit een andere aap een brandbom naar een moskee. En zo wordt er bijna dagelijks een stukje van die machtige kosmopolitische droom aan diggelen geslagen.

De luidspreker klinkt dan inderdaad 'heesch maar niemand denkt er aan om hem te verzetten'. De volgende dag gaat het weer over de pralines. En lamenteren we verder over het oerwoud.

Filip Rogiers is journalist (voor De Standaard) en schrijver. Voor brusselnieuws.be schrijft hij een tweewekelijkse column. Dit is zijn laatste bijdrage.

Filip Rogiers

Filip Rogiers is journalist (voor De Standaard) en schrijver. Eind vorig jaar debuteerde hij met de verhalenbundel Nauwelijks Lichaam. Voor brusselnieuws.be schrijft hij een tweewekelijkse column.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Column, Filip Rogiers

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni