Interview

Luk Lambrecht: 'Kinderen zouden massaal met kunst geconfronteerd moeten worden'

Tom Peeters
© BRUZZ
22/05/2021
© Saskia Vanderstichele | Luk Lambrecht: “De recuperatie van de ‘Vlaamse’ meesters is nu volop bezig. Ensor komt eraan en de volgende die verlept wordt tot toeristische attractie is Panamarenko.”

Karma smaakt soms zoet. De Brusselse tentoonstellingsmaker en kunstcriticus Luk Lambrecht, vorig najaar nog aan de deur gezet bij cc Strombeek omdat hij zijn gedacht had gezegd, krijgt nu de belangrijkste Vlaamse cultuurprijs omdat hij altijd zijn gedacht heeft gezegd. Maar vooral omdat hij als curator de kunstenaar altijd op de eerste plaats zette en zo dingen gedaan kreeg die anderen niet lukte.

Wie is Luk Lambrecht?

  • Geboren in 1959 in Ronse, opgegroeid in Avelgem
  • Was tentoonstellingsbouwer Postmuseum in Brussel en kunstrecensent De Morgen en Knack
  • 1999-2020: curator Cultuurcentrum Strombeek
  • Sinds 2021 coördinator Vrije Kunsten PXL-MAD School of Arts
  • Ondervoorzitter kunstenwerkgroep VGC, lid aankoopcommissie Hedendaagse Kunst Vlaamse Gemeenschap, adviseur kunstintegratie UZ Brussel
  • In voorbereiding: expo's van Steven Fillet, Stefaan Vermuyten, Carlos Caballero en Philippe Van Snick, boek over Jacqueline Mesmaeker

Eigenlijk staat Luk Lambrecht niet graag in de spotlights, en normaal hoeft dat ook niet. Als hij cureert of schrijft over beeldende kunst, dan mag alle aandacht naar de kunstenaars gaan. Voor Knack ging hij vroeger vaak incognito naar vernissages, en hij loopt niet hoog op met officiële diners of fotosessies. Maar als winnaar van de Ultima Beeldende Kunst, die hem beloont voor een leven in het ecosysteem van de kunst en in dienst van de kunstenaar, wil de Brusselaar met West-Vlaamse roots nog weleens poseren en zijn gedacht zeggen. Over de hoge nood aan kunst(educatie) in onze scholen, massamedia en tentoonstellingszalen. Over zijn omstreden ontslag bij Cultuurcentrum Strombeek, het kot in de Rand waar hij namen met wereldfaam binnenhaalde, vaak lang voor collega's er oog voor hadden.

Tijdens een urenlang gesprek zal hij voortdurend grijpen naar de catalogi van tentoonstellingen die hij maakte en ter voorbereiding op tafel heeft uitgespreid. Eén werk van zijn vriend Gerhard Richter, voor velen de grootste nog levende kunstenaar, zal enkele keren ter sprake komen: Familie im Schnee. Lambrecht haalde het ooit naar Strombeek, al was het maar om het verschil tussen interessante en belangrijke kunst te duiden. “Als je het gezin op het schilderijtje ziet, zal je misschien denken aan de Joden tijdens WO II of aan de vluchtelingencrisis, maar ook straks zullen er nog families op de vlucht zijn. Belangrijke kunst zit nooit expliciet op de huid van de actualiteit, maar overstijgt ze.”

“Tegenwoordig is alles vlak en vindt iedereen alles goed, omdat er veel te weinig aandacht is voor de kunst zelf. Het draait haast alleen nog om het spektakel dat errond hangt”

Luk Lambrecht, winnaar Ultima Beeldende Kunst

Luk Lambrecht, sinds 2021 coördinator Vrije Kunsten PXL-MAD School of Arts

De vele kunstboeken in het moderne rijhuis in de schaduw van de Basiliek van Koekelberg contrasteren met het cleane, minimalistische interieur en de witte muren, waaraan opvallend weinig kunst hangt. “Je moet kunst niet willen bezitten, maar de mogelijkheid hebben om het te kunnen bekijken, als gemeengoed,” klinkt het. Het boek dat hij momenteel voorbereidt over kunst in de openbare ruimte heet niet voor niets 'Mentaal Kunstbezit'. Hij vindt trouwens al langer dat alle vaste museumcollecties, die met belastinggeld betaald zijn, gratis zouden moeten zijn. Dat de Zwitserse kunstenaar Thomas Hirschhorn in Parijs ooit een pad wilde uitstippelen dat naar één kunstwerk in een museum leidde, vond hij geniaal. “Het idee dat kunst vanuit de straat gratis toegankelijk is voor iedereen is voor mij cruciaal. Met één nuance: je moet ook toelaten dat mensen het links laten liggen. Sommigen die van de schilderijen van Raoul De Keyser houden, hebben geen affiniteit met videokunst. Zoals ik altijd gebasket heb en minder interesse had in voetbal. Je kan mensen niet verplichten geïnteresseerd te zijn in beeldende kunst, maar ze moeten wel de kans krijgen.”

Haalt u met deze bekroning zo alsnog uw gelijk tegenover cc Strombeek, dat u vorig jaar op straat zette?
Luk Lambrecht: Voor mij heeft dat er niets mee te maken. Er kan altijd een einde komen aan een arbeidsovereenkomst, maar de manier waarop was niet oké. Ik had op die plek met één persoon een probleem: directeur Wim Meert, die het verschil niet kent tussen kunst en cultuur. Hij heeft dingen gedaan die niet door de beugel konden, waarna ik zo gechoqueerd was dat ik de voorzitter van de raad van bestuur heb laten weten dat ik zo niet kon functioneren. Twee en een halve maand hoorde ik er niets meer van, tot ik plots kon inpakken.

Het was even slikken toen we in een vrije tribune van Jan Lauwers (Needcompany) lazen dat uw kunstboeken plots verdwenen en opdoken in het toilet.
Lambrecht: In één jaar tijd heb ik drie klachten ingediend bij de vertrouwenspersoon, administratieve pesterijen van Meert. Op een bepaald moment moest een werk van wijlen Hermann Maier Neustadt plots heel snel naar zijn arme weduwe in München gestuurd worden, 'anders zou het vernietigd worden'. Een scheur in een werk van Jacques Charlier was volgens hem dan weer de schuld van de transportfirma. Ach, ik heb hem ooit gezegd dat hij in het kader van een subsidiedossier zijn werk niet behoorlijk had gedaan. Schermend met de privacy houden ze in Strombeek nu liever de lippen op elkaar over wat er zich echt achter de schermen afspeelde, want dan zou blijken dat er helemaal geen sprake is geweest van een zware fout. Ik heb gewoon mijn gedacht gezegd en gedaan.

Uw voormalige directeur zei in een reactie dat het ontslag geen gevolgen zou hebben voor samenwerkingen met de sector, maar zijn woorden waren nog niet koud of het SMAK trok zich al terug uit Museumcultuur Strombeek/Gent.
Lambrecht: Ook zijn fout. Drie weken heeft SMAK-directeur Philippe Van Cauteren gewacht op een reactie van Meert en de verantwoordelijke cultuurschepen. Dat ze nu nog twee jaar subsidies ontvangen op basis van een project dat intussen opgedoekt is, vind ik ongelofelijk onrechtvaardig. Maar het meest jammere is dat de geplande projecten niet kunnen doorgaan. Ik keek erg uit naar de expo met kunst in de openbare ruimte, met muziek van Thurston Moore, en de tentoonstelling van de Duitse kunstenaar Imi Knoebel had een mooi sluitstuk kunnen zijn voor mijn interesse in Richter en de Düsseldorfse scene. Maar goed, het is voorbij en dat voelt ook wel als een bevrijding. De geweldige tijd onder wijlen Chris Maere ben ik zeker niet vergeten, en met Lieze Eneman, die inmiddels ook is opgestapt, heb ik een compagnonne de route gevonden met wie ik tentoonstellingen zal blijven maken.

“Ik vind dat tenminste onze musea de evolutie van kunst naar koopwaar en esthetisch vernis moeten tegengaan”

Luk Lambrecht, winnaar Ultima Beeldende Kunst

Luk Lambrecht, sinds 2021 coördinator Vrije Kunsten PXL-MAD School of Arts

U hebt zichzelf bottom-up het vak binnengewerkt. Was uw onconventionele parcours ook een voordeel?
Lambrecht: Ja, want zo stond ik met één voet binnen, maar ook met één voet buiten het veld. Richter, Jan Dibbets, Lawrence Weiner: in het begin vonden al die grote kunstenaars mij maar een rare Pipo omdat ik geen kunsthistoricus was en bij de post werkte, en zelf was ik bang van hun genialiteit. Voor het kunstblad Flash Art schreef ik ooit een stuk over de Belgische musea, waarin ik op het einde vermeldde dat er ook nog zoiets bestond als het PMMK in Oostende. De hoofdredactie in Milaan ontving meteen een vlammende brief van museumdirecteur Willy Van Den Bussche: 'Hoe haalden ze het in hun hoofd om een postier over hedendaagse kunst te laten schrijven?' Hij kreeg een brief terug met een lijst van alle kunstenaars en curatoren die ooit bij de post hadden gewerkt (Lacht).
Ik ben schrijven over kunst altijd blijven combineren met tentoonstellingen maken, omdat dat voor mij eenzelfde beweging was, en de kunstenaars werden vrienden, ook omdat ik vanuit mijn underdogpositie autonoom bleef.

Waarom was u zo graag gezien bij de kunstenaars?
Lambrecht:
Ze linkten de manier waarop we in Strombeek werkten vaak met het begin van hun carrière, toen alles veel minder vermarkt was. Veel expo's zijn nu alleen maar mogelijk dankzij de steun van de galeries. Maar ik ben geen winkeldochter. Ik heb altijd rechtstreeks met de kunstenaars gewerkt. Zo krijg je andere tentoonstellingen. Het mooiste voorbeeld was misschien wel de in-situ-installatie van Daniel Buren. Ik heb er ook altijd op gestaan om beeldende kunstenaars een honorarium te geven als ze kwamen exposeren. Fabre en De Keersmaeker komen toch ook niet gratis dansen. Sommigen hadden dat nog nooit meegemaakt. Ik vond het fair. Er zijn misschien twintig kunstenaars die hier van hun werk kunnen leven. De rest klust bij.

Was het nooit frustrerend om in de Rand te werken?
Lambrecht: In de periferie zit je niet in de zon, maar de stad was altijd vlakbij. Ik kon lijnen leggen naar Bozar, WorkSpaceBrussels, de Beursschouwburg … en er kwamen veel Brusselaars langs. Het cc was ook altijd open. Je moest geen vakantie nemen om de tentoonstellingen te zien. Op die manier is Strombeek een soort voorkamer van de hoofdstad geworden. Ik heb er zaken kunnen verwezenlijken die in pakweg De Centrale niet mogelijk zouden zijn geweest.

Luk Lambrecht, sinds 2021 coördinator Vrije Kunsten PXL-MAD School of Arts
© Saskia Vanderstichele | Luk Lambrecht: "De architectuur van veel nieuwe kunsthuizen is anti-vrijheid en anti-verbeelding. Probeer maar eens een gat te boren in de muur van Museum M of het Concertgebouw;3

De architectuur van veel nieuwe kunsthuizen is anti-vrijheid en anti-verbeelding. Probeer maar eens een gat te boren in de muur van Museum M of het Concertgebouw. In Strombeek kon ik mijn tentoonstellingen, die essayistisch en associatief waren, op de valreep nog aanpassen. Met Wim Maes beschikte ik bovendien over een technieker die perfect aanvoelde wat de kunstenaar wou en dat vervolgens ook realiseerde.

Was zo'n voorkamerfunctie wel vol te houden met een meer lokale inbedding en dito mentaliteit?
Lambrecht: Voor mij wel, want ik vertrok steeds vanuit de context van het cultuurcentrum. Expo en ontsluiting beschouwde ik als een Twin Tower. Die stonden los van elkaar. Ik ben er altijd van overtuigd geweest dat je in de schoot van een cc geen toegevingen hoefde te doen op het vlak van kwaliteit, dat ook 'moeilijke' kunstenaars zoals John Knight in gewone mensentaal uit te leggen zijn. Ik liet mijn gasten vaak ook wandschilderingen maken in het café. Zo raakten ze ook aan de praat met mensen die een pintje kwamen drinken.

Een cultuurcentrum blijft een massamedium. Ik haalde mijn arbeidsvreugde uit het tonen van het allerbeste op een zo laagdrempelig mogelijke manier. Dat heeft te maken met mijn afkomst. Thuis hadden we het niet breed en was er amper kunst. Maar mijn schoolmeesters waren mannen van de wereld, die poëzie lazen en jazzconcerten organiseerden, en ik verslond de kunstkaternen in de media, die toen nog niet allemaal over dezelfde tien (grote) namen schreven.

Luk Lambrecht, sinds 2021 coördinator Vrije Kunsten PXL-MAD School of Arts
© Saskia Vanderstichele | Luk Lambrecht: "Waarom zijn zoveel ondernemers geïnteresseerd in avant-garde, denk je? Omdat ze zelf ook in de innovatie zitten. Zonder kunst blijft het leven haperen. Het is het enige dat overblijft van de mensheid."

U zegt het alsof we er tegenwoordig als samenleving niet meer in slagen om in een basisbehoefte te voorzien.
Lambrecht: Ja, en de vraag is wanneer ook onze onderwijsministers dat zullen inzien. Waar is het vak esthetica naartoe? Kinderen zouden massaal met kunst geconfronteerd moeten worden. Het kan zoveel in gang zetten. Stop dát in de eindtermen. Waarom zijn zoveel ondernemers geïnteresseerd in avant-garde, denk je? Omdat ze zelf ook in de innovatie zitten. Zonder kunst blijft het leven haperen. Het is het enige dat overblijft van de mensheid. Kunst – en dat is het verschil met cultuur – is een vrijplaats. Natuurlijk zorgt dat voor frictie. Bezoekers vielen achterover van wat ze te verwerken kregen op de expo van Sammy Baloji en Sven Augustijnen over Congo.

Je kan een kunstervaring ook niet vervangen door een beleving. Onlangs kreeg ik in C-Mine in Genk voor tien euro een esthetiserende belevenis in de kompels, alsof werken in de mijnen plezant was. Technologieën kunnen een hulpmiddel zijn, maar blijven ersatz. Echte kunst moet je zien. Schandalig dat dat nu niet kan met de Bruegels in Brussel, want ook al worden zijn dansende boerinnen misbruikt door bepaalde politieke partijen die niet weten hoe ze de Vlaamse identiteit in elkaar moeten steken, zijn werk is geen nieuwjaarskaartje. Hij had het over de stigmatisering van gipsy's en klimaatverandering, en was verdorie de enige die niet in opdracht van de Kerk heeft geschilderd.

De recuperatie van de 'Vlaamse' meesters is nu volop bezig. Ensor komt eraan en de volgende die verlept wordt tot toeristische attractie is Panamarenko. De koffiekopjes zijn er al. Op die manier worden kunstenaars logo's en hun kunst oppervlakkiger. Ik vind dat tenminste onze musea die evolutie van kunst naar koopwaar en esthetisch vernis moeten tegengaan.Ik ben nog opgegroeid in een tijd dat er positie werd ingenomen. Ik schrijf over het werk van Peter Rogiers, maar niet over dat van Johan Tahon. Ik heb niets met Jan Fabre, maar wel met Jan Vercruysse. Ik toon geen Werner Mannaerts, maar Walter Swennen. Punt. Mocht ik een nationalist zijn, dan zou ik voor Vlaams Belang stemmen, en niet voor N-VA. Snap je? Tegenwoordig is alles vlak en vindt iedereen alles goed, omdat er veel te weinig aandacht is voor de kunst zelf. Het draait haast alleen nog om het spektakel dat errond hangt. Al die Gallery Weekends passen perfect in die ideologie van vervlakking: twee minuten iets zien en dan weer naar iets anders, en ondertussen een terrasje.

Luk Lambrecht, sinds 2021 coördinator Vrije Kunsten PXL-MAD School of Arts
© Saskia Vanderstichele | Luk Lambrecht: "Ik ben schrijven over kunst altijd blijven combineren met tentoonstellingen maken, omdat dat voor mij eenzelfde beweging was."

Hoe staat de beeldendekunstensector ervoor in Brussel?
Lambrecht: Nu er met KANAL iets nieuws is bijgekomen, zal het Paleis voor Schone Kunsten meer onder druk komen te staan. De Picasso-expo's, die veel inkomsten genereren, zullen overgenomen worden. Omdat ik hou van dingen die tussen de plooien vallen, hoop ik dat Wiels niet te veel meer groeit. Als kunsthal doet het soms de job van een museum, zoals momenteel met Cobrakunstenares Jacqueline de Jong. Die expo had eigenlijk in het Museum voor Schone Kunsten moeten staan. Kunst is immers nooit nieuw. Het komt altijd ergens vandaan en musea zijn de beste plekken om dat intergenerationele pingpongspelletje of jojo-effect uit te leggen.

De verdere institutionalisering zal de boel sowieso moeilijker maken voor kleinere spelers en jonge kunstenaars. De grote instellingen zullen goed boeren. Ze worden opgepikt voor het prestige en krijgen beheersovereenkomsten van tien jaar. Momenteel zie je N-VA haar mannetjes verdelen bij de ambtenarij. Ik hou mijn hart vast, want het resultaat zou weleens nog meer van hetzelfde kunnen zijn. Terwijl ik vind dat je als je geld krijgt van de gemeenschap er iets mee moet doen dat er nog niet is. Daarom wil ik mijn rol blijven opnemen bij de kunstenwerkgroep van de VGC, die kunstenaars steunt die niet opgepikt worden, en ben ik mijn contacten met jonge kunstenaars nog meer gaan waarderen, zoals nu met mijn Erasmusstudenten op PXL.

Hoe moet het verder in de Rand?
Lambrecht: Dat is mijn probleem niet meer. Het enige wat ik daar nog over wil zeggen is dat je moet ageren op de plek waar je zit. Mijn opvolgster, Charlotte Crevits, komt van het Museum Dhondt-Dhaenens, waar ze met hedendaagse kunst bezig zijn. Van een renpaard is ze nu op een ezel gesprongen. Alle context is weg in Strombeek. Nu zeggen dat je er een kunsthal van wil maken is belachelijk. Dat maakt geen kans. Er is geen draagvlak voor. Misschien is er in de Rand nog ruimte voor iets anders, iets autonomer. Waarom geen kunstenaarsateliers maken in een leegstaand fabriekspand? In zo'n context zou een kunsthal meer kans op slagen hebben.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel, Expo, luk lambrecht, Ultima Beeldende Kunst, kunstenwerkgroep VGC, postmuseum Brussel, Vrije Kunsten PXL-MAD School of Arts, kunstcriticus, kunstrecensent, CC Strombeek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni