© Bart Dewaele | Piet Vandermot, directeur scholengroep Sint-Goedele Brussel.

Vandermot klaagt onderfinanciering opvang aan: 'Duizenden kinderen vallen uit boot'

KVDP
© BRUZZ
13/09/2021

Er zijn onvoldoende middelen voor de buitenschoolse opvang. Nog steeds kunnen niet alle Brusselse kinderen terecht in een Initiatief voor Buitenschoolse Opvang (IBO). Dat zegt voormalig directeur van de scholengroep Sint-Goedele Piet Vandermot, intussen op pensioen, in een open brief. “Kinderen zijn in het Nederlandstalig onderwijs van onze hoofdstad nog steeds niet gelijk.”

Tot juni 2020 was Piet Vandermot algemeen directeur van Sint-Goedele, de grootste katholieke scholengroep in Brussel. In een open brief gericht aan bevoegde ministers Elke Van den Brandt (Groen) en Wouter Beke (CD&V) uit hij zijn bezorgdheid over de voor- en naschoolse opvang. “Ondanks talloze noodkreten hebben de Vlaamse en Brusselse overheid nog steeds niet het probleem van de voor- en naschoolse opvang kunnen oplossen, laat staan van de middagopvang op school”, aldus Vandermot.

“Nog steeds kan slechts een zeer beperkt aantal kinderen voor of na schooltijd terecht in een Initiatief voor Buitenschoolse Opvang”, zegt Vandermot. Hij schat dat het om zo'n duizend kinderen gaat, van een totaalaantal kinderen van meer dan 55.000 in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel.

De IBO’s worden gesubsidieerd door de Vlaamse overheid, al is een decreet hangende om dit over te dragen aan de VGC. Eind vorig schooljaar maakte Vlaams minister Beke extra middelen vrij voor de IBO’s, 459.000 euro voor Brussel, maar dat is onvoldoende, vindt de voormalige topman van Sint-Goedele. “Waar moeten de kinderen worden opgevangen die uit de IBO-boot vallen?”

'Niet gelijk'

Sommige schoolbesturen organiseren dan maar zelf voor- en naschoolse opvang, maar aangezien die opvang niet gesubsidieerd wordt, moeten ouders een hogere bijdrage betalen. Bovendien is de niet-gesubsidieerde opvang vaak meer beperkt in tijd. “De kostprijs noodzaakt schoolbesturen de opvang later te starten of vroeger te eindigen”, stelt Vandermot. “Tenslotte staat er in een IBO één personeelslid in voor de begeleiding van een tiental kinderen. In de voor- en naschoolse opvang van een schoolbestuur kan het dat een groep van bijna dertig kinderen wordt toevertrouwd aan één begeleider.”

“Kinderen zijn in het Nederlandstalig onderwijs van onze hoofdstad dus nog steeds niet gelijk, ook niet in eenzelfde school. Als ouder kan je een kind hebben dat ’s avonds door het IBO in de schoollokalen wordt opgevangen tot 18 uur voor 2 euro per uur, en een kind dat voor 4 euro per uur tot slechts 17 uur worden opgevangen.”

_mg_2708.jpg
© Muuselabs | De kinderen kunnen in de IBO spelen of zich creatief bezighouden tot ze worden opgehaald door hun ouders.

Kwaliteitsvolle opvang

Bij de IBO's staat het spel centraal en zijn er samenwerkingen met organisaties als Circus zonder Handen. De opvang vervangt in zekere zin de sportclub en de muziekacademie waar ouders hun kinderen heen sturen. "Elk kind heeft daar recht op in mijn ogen," zegt Vandermot. "Misschien de kinderen uit een moeililjke thuissituatie nog meer. Maar net als voor de scholen moeten ouders hun kinderen online inschrijven. Dat maakt dat het vooral de ouders zijn die handig zijn met technologie die erin slagen hun kinderen in te schrijven. Dat stuit me tegen de borst."

Ook met de middagopvang zijn er problemen, stelt Vandermot. “Aangezien het gesubsidieerd schoolpersoneel slechts beperkt moet instaan voor de opvang tijdens de middagpauze, moet er extra personeel worden aangeworven door het schoolbestuur.” Maar de werkingstoelagen die de scholen krijgen mogen niet worden aangewend voor die extra loonlast. “Die toelagen mogen enkel gebruikt worden voor onderwijs en opvang is geen onderwijsdoel, dus moeten ouders instaan voor de middagopvang.”

Transversale aanpak

Vandermot vraagt de Vlaamse en Brusselse overheden op om dringend meer te investeren in de voor- en naschoolse opvang, “zodat alle Brusselse schoolkinderen eindelijk ook in hun opvang gelijke kansen zouden krijgen.” Ook vraagt hij om een transversale aanpak. "De breuk tussen onderwijs en opvang is nefast. Dit is een alarmkreet om domeinoverschrijdend te denken, en te vertrekken vanuit het kind. Opvang oplossen door een kind in een groep van dertig te zetten, is dat begeleiding?"

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni