De Cocof heeft nu drie Bapa’s (inburgeringsbureaus). Samen met het Brussels Onthaalbureau (BON), georganiseerd vanuit Vlaanderen, zouden die negenduizend inburgeraars moeten kunnen begeleiden. Elk ongeveer de helft. Vlaanderen, maar ook Cocof, heeft zich al geëngageerd om daar de middelen voor opzij te zetten.
Een Brussels inburgeringsparcours
Dat raakt meteen aan een tweede grote moeilijkheid. Toen Alain Maron (Ecolo) nog parlementslid was, heeft hij die opdeling tussen Cocof en Vlaamse Gemeenschap te vuur en te zwaard bestreden. Hij vreesde het begin van een subnationaliteit in Brussel. Waarbij Vlaamse en Franse Gemeenschap in Brussel nog eens in een concurrerende positie terechtkomen. Vandaag is Alain Maron (Ecolo) ironisch genoeg minister bevoegd voor de inburgering. En moet hij die tweedeling goedschiks aanvaarden.
Hij herhaalt wel dat hij tot een Brussels inburgeringsparcours wil komen, wars van de Vlaamse en Franse Gemeenschap. Maar dat is voor de lange termijn. Eerst moet de verplichte inburgering uitgevoerd worden. Zoals de wet dat vraagt.
Daar zijn nu zopas de eerste stappen voor gezet. De Brusselse regering besliste vorige week dat de overheid via de Kruispuntbank toegang zal kunnen krijgen tot de relevante gegevens over wie zich in de gemeente inschrijft. Dat moet voor een automatische detectie zorgen bij de lokale besturen van wie verplicht ingeburgerd moet worden.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.