| Lailuma Sadid: "Toen ik als diplomaat naar Brussel kwam, had ik alles. Als vluchteling had ik niks."

Afghaans-Brusselse journaliste vreest taliban: 'Schoonbroer al twee dagen vermist'

Bram Van Renterghem
© BRUZZ
20/08/2021

Haar smeekbede aan de NAVO, om de taliban niet te erkennen, maakte haar wereldberoemd. Nu moet ze vrezen voor het leven van haar familie. Toch wil Lailuma Sadid, die al tien jaar in Brussel woont, niet zwijgen. "Als ik dat doe, winnen de taliban."

Journaliste Lailuma Sadid leeft al tien jaar in België. "Ik woon in hoog-Molenbeek", zegt ze aan BRUZZ. "Een nette, rustige buurt tussen twee parken in. Maar als ik heimwee heb, ga ik naar het andere Molenbeek, waar het druk is op straat, er een Arabische sfeer hangt en waar je dezelfde soort winkeltjes hebt als in Afghanistan."

Ze leeft hier met haar partner en twee dochters. Op 11 september wordt ze 41 jaar. "Een datum die iedereen redelijk goed weet te onthouden", grapt ze. De vader van haar kinderen, met wie ze op haar 17de al moest trouwen, woont ook in België. "De Taliban legde gearrangeerde huwelijken op, maar mijn familie heeft wijs gekozen. Hij respecteerde me, was een goede man. Wat niet altijd het geval is in Afghanistan."

Boerka aan de haak

Lailuma Sadid studeerde journalistiek en werd in 2002 de eerste journaliste die weigerde een boerka te dragen. "Mensen steunden toen nog de taliban, ook al was die verslagen", zegt ze. "Mijn strijd is toen gestart."

In 2003 weigerde ze als journaliste ook de 'gewone' hoofddoek te dragen. Ze verscheen zonder op een persconferentie, live vanuit het presidentieel paleis. "En dat deed de bom barsten", zegt ze. "Iedereen was erover bezig, mijn familie en vrienden werden bedreigd. Ik veranderde daarom van werk, werd diplomaat, eerst drie jaar op buitenlandse zaken in Afghanistan en later in Brussel, waar de NAVO zit. Ik was hun 'voorbeeld'.

"Als diplomaat had ik een mooie, dure flat aan Ter Kamerenbos. Als asielzoeker had ik niet eens een flat"

Lailuma Sadid

En toen veranderde alles. Ze ging terug naar Afghanistan, kreeg meteen weer bedreigingen en keerde terug naar België, als asielzoeker deze keer. "Het contrast kon niet groter zijn. Als diplomaat verdiende ik 5000 euro per maand. Ik had een mooie, dure flat in Ter Kamerenbos, goed werk, een auto en mijn dochter zat in een goede school in Ukkel. Als vluchteling was dat helemaal anders. Geen job, niemand die me een appartement wilde verhuren, niemand die me kende, ik die de taal niet kende...Ik heb zes maanden moeten zoeken naar een woonst, wat echt frustrerend was. Ik voelde me gebroken - dat het leven zo verschillend kan zijn."

"Uiteindelijk heb ik toch een flat gevonden in Sint-Gillis, ben ik politieke wetenschappen beginnen studeren aan de ULB en kon ik af en toe als freelance correspondent werken voor Afghaanse en andere media."

Brussels Morning Newspaper

"En sinds twee maanden werk ik voor Brussels Morning Newspaper, een nieuw medium (over internationale politiek, red.). Nog maar 2 maanden ja, wat wel grappig is, want mijn baas moet nu voortdurend telefoontjes en mails voor mij beantwoorden. 'Nu voel ik me jouw secretaris", zegt hij." (lacht)

Haar humor heeft de taliban nog niet weten te kapen. Toch is ze extreem bezorgd - voor het Afghaanse volk in het algemeen, én om haar familieleden. "Weet je, als ik al niet de stem van de Afghaanse vrouw laat klinken, wie dan wel? Maar net door te spreken, krijgt mijn familie bedreigingen. Wat moet ik nu toch doen?"

"Mijn moeder smeekt me om niet met de media te praten. Maar ik mag niet zwijgen"

Nu al vreest ze dat hun leven in gevaar is. "Sinds ik op duizenden tv-schermen te zien ben, is de man van mijn zus vermist. Twee dagen al. Hij ging naar zijn werk in het ziekenhuis. Nu horen we niks meer van hem. (stil)."

"Mijn moeder, mijn zussen, mijn broers: allemaal zitten ze nog in Afghanistan. Ik heb niet veel contact met hen, maar ze zijn erg bang voor de toekomst. Mijn zus huilt de hele tijd, bang dat de taliban hen zal komen vermoorden."

"Ook mijn moeder smeekt me om voorzichtig te zijn, en niet met de media te praten. Maar ik zei haar: 'mam, ik ben een vechter. Ik geef er niet om als ze mij doden. Maar ik zal niet zwijgen. Als we dat doen, accepteren we de taliban, en de sharia.'"

Voor Lailuma Sadid is het dan ook heel belangrijk dat het Westen de taliban niet erkent. "Vertrouw ze niet, hun mentaliteit noch hun ideologie is veranderd", zegt ze. "Wat België dan wel kan doen? Humanitaire hulp sturen en Afghaanse families bijstaan die een link hebben met België. Om ze op het vliegtuig te krijgen."

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni