Jonge leraren zijn schoolmoe

Ondanks het nijpend lerarentekort, stokt het aantal leerkrachten jonger dan 25. In het basisonderwijs viel het aantal tijdens de voorbije legislatuur terug met bijna 13 procent. In het secundair was er een nog sterkere terugval van bijna 16 procent.

Dat blijkt uit een parlementaire vraag van Steve Vandenberghe (SP.A) aan minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V), schrijft Het Laatste Nieuws donderdag.

Werkonzekerheid of afschaffing brugpensioen?

De daling komt vooral door de werkonzekerheid, zegt Vandenberghe. "Een schooldirecteur moet eerst benoemde leraren een job geven en daarna leerkrachten onder het statuut TADD (Tijdelijke Aanstelling van Doorlopend Duur)", aldus de SP.A'er.

"Voor tijdelijke leraren blijven veelal interimopdrachten van korte duur over. Dat hou je misschien een paar jaar vol, maar niet langer", zegt hij. Crevits wijst echter naar de afschaffing van het brugpensioen in 2012. "Leraren moeten langer werken en daardoor is er minder ruimte om nieuwe, jonge leerkrachten aan te werven."

Nog veel leraren nodig

De minister benadrukt dat het totale lerarenkorps in het basisonderwijs in zeven jaar tijd gegroeid is met 10.000 leraren. In het secundair was dat 2.000 in zeven jaar tijd. En ook de komende jaren zijn bijzonder veel leraren nodig, aldus Crevits.

Ze verwijst naar allerlei genomen maatregelen die jongeren moeten enthousiasmeren voor de job, zoals een betere begeleiding van beginnende leraren. Ook zullen beginnende leerkrachten het TADD-statuut al na twee in plaats van drie jaar krijgen en zullen leerkrachten sneller vast benoemd worden.