Pétitions-Patrimoine geeft er de brui aan

Bettina Hubo
© BRUZZ
21/06/2018

| Petition Patrimoine, Tervurenlaan 120, het huis van Paul Hamesse waar het allemaal begon

De vzw Pétitions-Patrimoine houdt na vijfentwintig jaar op te bestaan. Niet dat haar taak erop zit. “Er is nog een enorm reservoir aan te beschermen gebouwen in Brussel,” zegt woordvoerder Antoine Boucher.

Petition Patrimoine Avenue Tervuren 120 Paul Hamesse BRUZZ ACTUA 1621

| Tervurenlaan 120, een ontwerp van Paul Hamesse. Hiermee begon het allemaal voor Pétitions-Patrimoine.

Pétitions-Patrimoine ontstond in 1993 naar aanleiding van de afbraak van een beschermd art-nouveauhuis van architect Paul Hamesse op de Tervurenlaan.

Enkele geëngageerde Brusselaars, bezorgd om het verdwijnen van waardevol erfgoed, sprongen op de barricades en bereikten met hun actie dat het pand grotendeels heropgebouwd werd. Andere successen zouden volgen: de drukkerij van Le Peuple in de Zandstraat, een jarendertighuis aan de Tervurenlaan, het Wijnpaleis in de Huidevettersstraat en de Citroëngarage aan IJzer. Alle werden ze, mede door Pétitions-Patrimoine, gered van de sloop of van een meedogenloze verbouwing.
Maar het tij keerde, de laatste jaren werden de zeges schaarser. Antoine Boucher: “Er worden vandaag nog nauwelijks gebouwen beschermd in Brussel.”

Welk erfgoed is tegenwoordig het meest bedreigd?
Antoine Boucher: De art-nouveaugebouwen lopen nauwelijks nog gevaar. Iedereen beseft inmiddels wel dat die waardevol erfgoed zijn. Vandaag zijn vooral de bekende neoklassieke rijhuizen met hun witte gevel bedreigd. Die huizen, die je onder meer aantreft in Sint-Joost of Elsene, worden vaak als ‘oninteressant’ afgedaan. Breek maar af!
Een andere bedreigde soort is het industrieel patrimonium, de fabrieken en pakhuizen aan het kanaal bijvoorbeeld. Ook dat erfgoed is nog te veel miskend.

Het werk is dus niet af. Toch stoppen jullie?
Boucher: We hebben onze vzw ontbonden omdat we merkten dat we aan impact verloren. De middelen die wij gebruikten in onze strijd voor het behoud van het patrimonium bleken de afgelopen jaren minder en minder doeltreffend. Neem ons belangrijkste instrument, de petitie.

Toen we in 1993 begonnen, konden verenigingen zoals de onze volgens de wet een petitie indienen, waardoor de gewestelijke overheid verplicht was te onderzoeken of bescherming op zijn plaats was. Het volstond dat de petitie de steun had van honderdvijftig burgers.

Mogelijke afbraakplannen lagen dan minstens voor een jaar stil. Maar de wet leidde her en der tot ongenoegen en in 2009 werd ze gewijzigd. Een petitie verplichtte de overheid niet langer om een beschermingsdossier te openen. Daardoor werd er steeds minder rekening mee gehouden. Op den duur hadden onze petities nauwelijks nog effect.

En wat met de andere instrumenten die jullie inzetten?
Boucher: Die werden ook minder effectief. Jarenlang konden we veel bereiken tijdens de overlegcommissies, maar dat veranderde in de loop der tijd. We stelden vast dat veel projecten goedgekeurd werden zonder dat er naar onze argumenten geluisterd werd. Dat was heel ontmoedigend voor onze vrijwilligers, die er vaak een vrije dag voor moesten nemen.

"Architecten zijn vaak de grootste tegenstanders van een bescherming, hoewel ze meestal het tegenovergestelde beweren"

Antoine Boucher, Pétitions-Patrimoine

Antoine Boucher, Pétitions-Patrimoine

Ook van de pers kregen we minder en minder steun. In de eerste jaren werden onze persberichten volop opgepikt. De media hadden aandacht voor deze problematiek. Maar sinds een aantal jaar daagt er nauwelijks nog iemand op onze persconferenties.

Wat blijft er dan over? Een rechtszaak aanspannen, maar dat kan alleen voor hele grote projecten, want het is duur. Bovendien word je vaak geconfronteerd met een overheid die te kwader trouw is en die, na de vernietiging van een bouwvergunning, gewoon ongeveer dezelfde vergunning aflevert.

Welke markante gebouwen zijn, ondanks jullie inzet, toch verloren gegaan?
Boucher: De historisch zeer interessante Godinfabriek aan het kanaal hebben we niet kunnen redden, net als het pakhuis van Delhaize aan de Akenkaai met de prachtige sgraffito van Paul Cauchie. Op de ene plek verrees het shoppingcentrum Docks, op de andere de Up-sitetoren.
Dan was er de sloop van de huizen op de Guldenvlieslaan, ook voor een winkelcomplex. En eigenlijk is de Citroëngarage waar nu het museum Kanal in zit, ook maar een halve overwinning voor ons. Toen de eigenaar de ateliers wilde afbreken, hebben we dat kunnen beletten. Maar de garage is vandaag nog steeds niet beschermd.

Het wordt dus steeds moeilijker om impact te hebben. Hoe verklaren jullie die evolutie?
Boucher: De druk van de vastgoedpromotoren is enorm in Brussel. En de projectontwikkelaars krijgen vaak de steun van de politiek, want grote projecten brengen geld in het laatje van het gewest.

En wat met de gewone Brusselaar. Is hij nog bekommerd om het erfgoed van de stad?
Boucher: De Brusselaar houdt van zijn erfgoed. De Open Monumentendagen zijn elk jaar weer een groot succes. Maar dat is natuurlijk meer toerisme dan militantisme.

De Brusselse bevolking leefde jarenlang met het trauma van de kaalslag in de Noordwijk, de sloop van het Volkshuis en de andere afbraakschandalen van de jaren zestig en zeventig. Inmiddels lijkt de bevolking echter in slaap gewiegd door het huidige discours van de Brusselse overheden dat het erfgoed niet langer bedreigd is.

Voortdurend klinkt het dat er heel veel, zelfs te veel, gebouwen beschermd zijn, dat er geen nood meer is aan bijkomende bescherming, dat de stad ook de kans moet krijgen om te evolueren. Veel mensen geloven dat en denken dat alle gevaar geweken is.
Daar komt nog bij dat het voor fabrieken en ander industrieel erfgoed moeilijker is om de steun van het publiek te krijgen, omdat in die buurten weinig mensen wonen.

Niet alleen politici zeggen dat de stad moet kunnen evolueren, het is ook de overtuiging van veel architecten.
Boucher: Natuurlijk. De bescherming van een gebouw beperkt hun creativiteit. Architecten zijn vaak de grootste tegenstanders van een erkenning als monument, hoewel ze meestal het tegenovergestelde beweren. Een architect wil zijn eigen stempel kunnen drukken. Kijk naar het Eastmangebouw in het Leopoldpark, dat tot Huis van de Europese geschiedenis werd verbouwd. Doordat het niet beschermd was, kon de architect er een flinke verdieping opzetten.

Wie zal de strijd nu nog voeren, en met welke middelen?
Boucher: De strijd is inderdaad niet gestreden. Er moeten nieuwe instrumenten gevonden worden om weer gehoor te krijgen. Sociale media wellicht, maar dat is niet onze specialiteit. Wij hopen dat iemand de fakkel overneemt.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel, Stedenbouw, Pétitions-Patrimoine, Antoine Boucher, Paul Hamesse

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni