MR wil strengere aanpak ordeverstoorders

MR wil dat daders van ordeverstoring, zoals de rellen van afgelopen weekend, dat in de toekomst harder voelen in hun portefeuille. De partij pleitte vrijdag tijdens de voorstelling van een nieuw veiligheidsplan ook voor versnelde gerechtelijke procedures en versterking van het statuut en opleiding van de politie.

Het nieuwe veiligheidsplan is onder meer een antwoord op de rellen die zondag uitbraken na de wedstrijd tussen België en Marokko op de Wereldbeker in Qatar en de dodelijke aanval op een agent in Brussel.

De partij wil dat de maatregelen die ze voorstelt zo snel mogelijk worden aangenomen en zal daarvoor zowel in de parlementen als in de regering initiatieven nemen. De gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden mogen niet onbestraft blijven, aldus MR.

"Op een moment dat het land is getroffen door verschillende incidenten van onveiligheid, willen wij een globaal plan presenteren met maatregelen op de verschillende machtsniveaus", zei MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez vrijdag.

De eerste reeks voorgestelde maatregelen gaat over de financiën van de daders. De MR is van oordeel dat de betaling van sociale of gezinstoelagen moet worden stopgezet voor daders van rellen zoals die onlangs in Brussel. Ook moeten symbolen van de staat, zoals de Belgische vlag, worden beschermd. Federaal afgevaardigde Caroline Taquin kondigde de reactivering aan van een wetsvoorstel om dergelijke aanvallen op te nemen in het strafwetboek.

De MR komt ook met verschillende voorstellen om de politie te ondersteunen, onder meer door daders van aanvallen tegen hen systematisch te vervolgen en door de verbetering van de bezoldiging van politieambtenaren. Denis Ducarme voegde toe dat hij het Comité P. zal vragen om een analyse te maken van de gebeurtenissen van afgelopen weekend, onder meer wat betreft de omvang van het politieoptreden en de arrestaties.

De leider van de MR in Brussel, David Leisterh, betreurde tot slot per videoconferentie vanuit Nice, waar hij deelneemt aan een werkbezoek om kennis te nemen van de plaatselijke veiligheidsmaatregelen die na de aanslag van juli 2016 zijn genomen, dat de Brusselse minister-president Rudi Vervoort zijn veiligheidscoördinatieopdracht volgens hem onvoldoende heeft uitgevoerd.