Klimop: Sperwer strijkt neer in klimplant in Alhambrawijk

Steeds vaker planten Brusselaars klimplanten om hun gevels op te fleuren. Dat leidt soms tot indrukwekkende natuurtaferelen, zoals een sperwer midden in de grootstad die een aantal mussen terroriseert.

Dat klimplanten in de stad een interessante biotoop kunnen vormen voor verschillende vogelsoorten, bewijst ook de Alhambrawijk, in het centrum van Brussel. Niet alleen biedt de begroeiing op een aantal gevels beschutting aan een kolonie mussen, ook streek er vorige week een zeldzame bezoeker neer: een sperwer. De grijsachtige roofvogel at vervolgens een van de mussen op. Het buurtcomité maakte een heuse collage van het natuurgebeuren en plaatste die op Facebook.

Het verhaal vormt een goede reminder dat in een betonnen omgeving gevels een belangrijke plek innemen in het biodivers maken van een stad. Meer nog: sommige planten – om de blauweregen niet te noemen – kunnen het beton van het voetpad of de rijweg zelf omhoog wrikken met hun sterke wortels. Alsof niets hen tegenhoudt. Werken met voldoende grote bloembakken als basis kan een oplossing bieden. Sowieso mogen de planten de doorgang op het trottoir niet hinderen.

Dat hebben ze in de Alhambramoestuin mogen ondervinden: “Op bevel van de Stad Brussel werden de laatste jaren een aantal klimplanten verwijderd, omwille van gevelrenovatiewerken, of omdat een paar buren vinden dat gevelplanten vuil veroorzaken,” klinkt het bij de organisatie. “We hebben al kabels gespannen boven de straat waar de klimplanten zich kunnen aan vasthechten zodat ze geen gevels meer bedekken. We zullen dat nu ook doen boven de moestuin.”

Eén mythe mag alvast de wereld uit: klimop maakt een gevel niet kapot. Althans, als die gevel zich in goede staat bevindt. Beschadigd voegwerk is voor deze klimplant een uitnodiging om zijn hechtwortels in de gevel te planten, wat inderdaad wel schade kan veroorzaken. Werken met een hekwerkje of een steun die enkele centimeters van de muur verwijderd is, kan al veel hoofdbrekens vermijden. Soorten als de klimroos en de winterjasmijn hebben trouwens zo’n steuntje echt nodig om te kunnen klimmen. Soms moet je de twijgen in de goede richting ‘leiden’ om ze aan het klimmen te krijgen. Overigens vinden klimplanten ook hun weg omhoog via natuurlijke steunpunten als bomen en heggen.

Bij Leefmilieu.Brussels zijn ze alvast fan van dit soort gevelklimmers. Logisch, want ze dragen bij aan de biodiversiteit, bieden onderdak aan verschillende vogelsoorten en zijn een wapen tegen het hitte-eilandeffect. De ‘klimaatkampioenen’ zijn boskamperfoelie, bosrank, klimop, hop, met eervolle vermeldingen voor de gele kornoelje, haagbeuk, wilde liguster en hulst. Invasieve exotische soorten zijn uit den boze.
In de brochure ‘De Straattuin in opmars!’ krijgen de klimmers een apart hoofdstuk. Ideaal voor wie wel verslingerd is aan zijn klimop of goudenregen, maar door de bomen het bos wil blijven zien.