Beperking werkloosheid: 'Actiris kan niet voor elke uitgeslotene een job vinden'

Voor Actiris zal het onmogelijk zijn om voor iedereen die de komende maanden uit de werkloosheid wordt uitgesloten een passende job aan te bieden. “We rijden recht op een muur af, dat is overduidelijk,” zegt Bernard Clerfayt (Défi), minister van de Brusselse regering in lopende zaken, bevoegd voor Werk en Beroepsopleiding, donderdag in een interview met RTBF.

Volgens Clerfayt is er in Brussel, zowel op kwantitatief als op kwalitatief vlak, geen match tussen de beschikbare vacatures en de profielen van de mensen die hun uitkering zullen verliezen in het kader van de federale hervorming van de werkloosheid.

Uit een recente analyse van Actiris blijkt dat naar schatting 42.000 Brusselaars tussen januari 2026 en juli 2027 hun werkloosheidsuitkering verliezen, waarvan bijna negen op de tien al in de eerste zeven maanden van 2026. Maar wie zijn uitkering verliest, “wordt daardoor nog geen werknemer die de bestaande vacatures kan invullen,” waarschuwt Clerfayt.

"Ten eerste numeriek: we sluiten 42.000 mensen uit, er zijn 24.000 knelpuntvacatures", aldus Clerfayt. "En kwalitatief: die knelpuntjobs vereisen diploma’s van ingenieurs, artsen, verpleegkundigen, enzovoort. Terwijl langdurig werklozen meestal mensen zijn met een tekort aan kwalificaties".

Opleidingen

Volgens de minister had de federale regering beter de stimulansen behouden om opleidingen te volgen die leiden tot werk, ook langere opleidingen. Enkel opleidingen die leiden naar een knelpuntberoep in de zorg (zoals verpleegkundige of zorgkundige) blijven op lange termijn vrijgesteld.

“Niet voor leerkrachten, boekhouders of ingenieurs. We gaan recht op de muur af", zegt Clerfayt. "Zeker omdat de regering-Arizona en de vorige al talloze maatregelen hebben genomen die laaggeschoolden beconcurreren in sectoren zoals de horeca, via flexi-jobs en studentenjobs".

Hoewel sommige uitgeslotenen wellicht opnieuw werk zullen vinden, verwacht Clerfayt dat een “groot deel” zich tot het OCMW zal moeten wenden. Daar wordt het gezinsinkomen onderzocht voordat financiële steun wordt toegekend. “Veel gezinnen zullen hun inkomen zien dalen, met een deprimerend effect op de economie en nieuwe sociale problemen, vooral in de gemeenten die nu al het zwaarst door werkloosheid getroffen zijn.”