OCMW Schaarbeek 

Enkel wie meer dan 20 jaar werkloos is verliest uitkering op 1 januari 2026

© Belga - BRUZZ
22/05/2025

Het kernkabinet van de federale regering is het woensdagnacht eens geraakt over de tweede lezing van de programmawet, met een eerste reeks hervormingen zoals de gefaseerde invoering van de beperking van de werkloosheid. Nieuw is dat vanaf 1 januari 2026 eerst degenen die al 20 jaar werkloos zijn hun uitkering zullen verliezen.

Een van de belangrijkste hervormingen die de arizonaregering wil doorvoeren, is de werkloosheidsuitkering beperken tot een periode van twee jaar.

Die hervorming zal nog steeds op 1 januari 2026 in werking treden, maar enkel voor wie langer dan 20 jaar werkloos is. Op 1 maart breidt de maatregel uit naar wie langer dan acht jaar werkloos is en op 1 april volgt de rest van de eerste golf. Brussel telt zo'n 37.000 langdurig werklozen.

Overleg met gewesten

De fasering volgt na overleg met de gewesten, de sociale partners en de OCMW's. De regering hield ook rekening met het advies van de Raad van State. "Ik hoor dat 1 januari als datum een te grote impact zou hebben voor veel mensen, waaronder de OCMW's, dus hebben we beslist de eerste fase in drie stappen door te voeren", zegt minister van Werk David Clarinval (MR) aan Belga.

Tussen 1 januari en 1 april 2026 zullen alles samen 115.000 mensen hun werkloosheidsuitkering verliezen. De goedgekeurde bijsturing zal de opbrengst voor de regering zowat 300 miljoen euro drukken, op een totaal van 2 miljard euro die de hervorming van de werkloosheid volgend jaar in het laatje zou brengen.

180.000 mensen verliezen uitkering

Een tweede golf wordt op 1 juli 2026 voorzien. Daarbij komen 60.000 extra mensen in beeld. Dat brengt de teller voor volgend jaar op zowat 180.000 mensen die hun uitkering verliezen.

De beperking tot twee jaar zal niet gelden voor wie een inkomensgarantie-uitkering ontvangt. Dat is een uitkering van de RVA voor wie het werk deeltijds hervat. Zij zullen hun uitkering kunnen behouden als ze minstens halftijds werken. Dat zou 43 miljoen euro minder opbrengen dan eerst geraamd.

De programmawet bevat ook fiscale maatregelen en het Terug-naar-werk-plan van minister Frank Vandenbroucke. Ook het plan van minister Annelies Verlinden om de overbevolking van de gevangenissen aan te pakken, passeerde de revue.

'Doof en blind'

Aftredend Brussels minister van Werk en Beroepsopleiding, Bernard Clerfayt (Défi), is weinig enthousiast over de hervormingen. Hij heeft het over “een kern die doof en blind is voor de Brusselse realiteit.”

Zo wijst Clerfayt op het onevenwicht wat betreft opleidingsniveaus. “Bijna 60 procent van de Brusselse werkzoekenden is laaggeschoold, terwijl het grootste deel van de jobaanbiedingen voor hooggeschoolden bedoeld is”, klinkt het in een mededeling. Voor tien laaggeschoolde werkzoekenden zou er volgens de OESO slechts één vacature zijn.

Opleidingen kunnen die kloof helpen te dichten. “Maar door de toegang tot uitkeringen na twee jaar werkloosheid af te snijden, komt de toegang tot opleidingen ook in het gedrang”, stelt de minister, die toevoegt dat sommige leertrajecten meerdere jaren in beslag kunnen nemen.

Verder hekelt Clerfayt dat er geen rekening werd gehouden met de aanbevelingen die hij formuleerde omtrent de beperking van de werkloosheid in de tijd. “Enkel het verzoek tot uitstel van de inwerkingtreding werd deels ingewilligd. Maar dat resulteerde in de geleide invoer van de maatregel over vier maanden, verre van een antwoorden op de uitdagingen.”

Tot slot vindt Clerfayt dat de gewesten te weinig betrokken waren bij de hervorming. Ook haalt hij aan dat “het Rekenhof reeds waarschuwde dat de terugverdieneffecten overschat worden, en de methode van de hervormingen fragiel is.” De minister vreest dat de maatregel veel werkzoekenden nog dieper in de precariteit zal duwen.

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni