Menu

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni

Saskia Vanderstichele

Meer capaciteit in Brusselse crèches, maar door personeelstekort blijven plekken leeg

Jasmijn Post
© BRUZZ
01/07/2025

De Brusselse kinderopvang is de voorbije jaren met zo'n tweehonderd extra plaatsen flink uitgebreid. Maar ondanks die groei, daalde het aantal effectieve inschrijvingen. “Het meest urgente probleem is het tekort aan personeel, niet aan plaatsen,” verklaart Annelies Gryffroy, coördinator van de vzw Samenwerken aan Kinderopvang in Brussel.

“Deze herfst ging er haast geen week voorbij zonder dat er groepen tijdelijk gesloten werden – meestal op het laatste moment door ziekteverlof,” getuigt een Brusselse ouder in het jaarverslag van de vzw Samenwerken aan Kinderopvang in Brussel, dat net verscheen. “Eind december kregen we een planning voor januari en februari: voor onze groep stonden er twee sluitingsdagen per week op de kalender.”

Dat was nog niet alles, gaat de ouder verder. “Daarbovenop kwam dan onverwacht ziekteverzuim: deze week dreigt de groep van onze dochter zelfs drie dagen te sluiten. Voor ons, twee ouders met voltijdse jobs, is dat gewoon onhoudbaar.”

"Voor onze groep stonden er twee sluitingsdagen per week op de kalender. Voor ons, twee ouders met voltijdse jobs, is dat gewoon onhoudbaar."

Brusselse ouder

De getuigenis staat niet op zichzelf. “We krijgen veel meldingen van ouders die zich uit de naad werken om alles geregeld te krijgen,” zegt Annelies Gryffroy, coördinator van de vzw Samenwerken aan Kinderopvang in Brussel, die het centrale aanspreekpunt is voor de Nederlandstalige kinderopvang in Brussel. “Sommige ouders betalen babysits of proberen 's avonds hun werk in te halen. Maar dat is geen duurzame oplossing.”

Extra opvangcapaciteit, geen extra inschrijvingen

Het is een opvallende paradox die naar voren komt in het jaarverslag van de vzw: terwijl er op papier extra opvangcapaciteit is bijgekomen, daalt het aantal ouders dat een kind kan inschrijvingen in een opvang. “Er zijn in 2024 tweehonderd extra plekken méér beschikbaar ten opzichte van 2021,” zegt Gryffroy.

“Op basis van een inschatting van Kind en Gezin blijkt dat gemiddeld 1,25 kinderen gebruik maken van één opvangplaats. Dus die plaatsen hadden moeten leiden naar zo’n 250 extra inschrijvingen. Maar het tegenovergestelde gebeurde: we telden in 2024 ruim honderd inschrijvingen minder dan in 2021.”

dce1d339-output4.png

BRUZZ

Er vond dus geen groei plaats, maar een terugval. “In totaal konden 350 kinderen niet opgevangen worden, waarvoor technisch gezien wel plaats was. Dat is bijna 14 procent van het totale aantal inschrijvingen,” benadrukt Gryffroy. “In veel gevallen zijn het moeders, alleenstaand of niet, die dan beslissen om thuis te blijven. Niet vrijwillig, maar uit noodzaak.”

Crèches sluiten of draaien niet op volledige capaciteit

Uit een rondvraag bij opvangorganisaties blijkt inderdaad dat heel wat crèches momenteel niet op volle kracht draaien. De oorzaak is duidelijk: er zijn simpelweg te weinig begeleiders om alle leefgroepen open te houden.

"We zouden in principe veel meer plaatsen kunnen aanbieden, maar komen structureel mensen tekort," verklaart Emilie Breuer, coördinator kinderopvang bij de Scholengroep Brussel. Volgens haar zijn vooral bepaalde regio’s zwaar onderbemand. “Bij ons zijn gaat het om Oudergem, Watermaal-Bosvoorde, Sint-Pieters-Woluwe en Sint-Lambrechts-Woluwe. Daar zoeken we al lange tijd extra mensen."

De gevolgen van die personeelstekorten laten zich op verschillende manieren voelen: "In verschillende crèches draaien we door het personeelstekort slechts aan de helft van onze capaciteit,” legt ze uit. Ook de openingsuren van heel wat opvanglocaties worden wel eens aangepast. Daarnaast kampt de sector met veel ziekteverzuim, wat voor bijkomende problemen zorgt: "Als je nét genoeg mensen heb en er valt iemand uit, dan zit je meteen met een probleem.”

Op andere plekken in de stad moesten crèches zelfs volledig sluiten. Crèche Kiekeboe 1 in Sint-Gillis is zo'n voorbeeld. Die opvangplek kondigde vorige maand aan dat ze in de zomer moet sluiten. Kinderdagverblijf Zonneschijn in Anderlecht bleef bijna een jaar gesloten wegens personeelstekort, maar kon na elf maanden heropenen.

"In totaal konden 350 kinderen niet opgevangen worden, waarvoor technisch gezien wel plaats was. Dat is bijna 14 procent van het totale aantal inschrijvingen."

Annelies Gryffroy

Coördinator vzw Samenwerken aan Kinderopvang in Brussel

“Het wordt eerst slechter voor het beter wordt, hoor ik vaak in de sector,” zegt Gryffroy. “Maar volgens mij zitten we al op het dieptepunt. Als crèches sluiten bij gebrek aan personeel, dan weet je dat de bodem bereikt is.”

Ook in 2025 worden nieuwe plaatsen verwacht, want een aantal nieuwe opvanginitiatieven staan in de steigers. Zo wordt het project Zavelberg – een nieuwe Nederlandstalige school met opvangplaatsen voor jonge kinderen in Sint-Agatha-Berchem – binnenkort opgeleverd. Volgens Gryffroy bestaat er een reëel gevaar dat ook die extra capaciteit niet benut kan worden.Volgens haar zal extra infrastructuur alleen het probleem niet oplossen.

Zij-instromers alleen 'geen uitweg voor personeelstekort'

Begin 2024 lanceerde de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC), met steun van de Brusselse arbeidsbemiddelaar Actiris, een opleidingstraject voor zij-instromers. Deelnemers werken drie dagen per week in een crèche en volgen één dag les. Ze doen dit onder het GECO-statuut (gesubsidieerde contractuelen) en worden begeleid door een coach die hen inhoudelijk ondersteunt. Momenteel zijn er 37 deelnemers actief in het traject, dat plaats biedt aan 44 personen. Vorige week studeerden de eerste zes af. Allemaal kregen ze een contract of vervolgtraject aangeboden.

Is dat voldoende? “Nee,” zegt Gryffroy. “Het opleidingstraject van de VGC is een uitstekend begin, maar de noden in de sector zijn groot. Er zijn dus bijkomende maatregelen nodig. De werkdruk voor begeleiders blijft hoog. De huidige richtlijn voorziet één begeleider per zeven kinderen, maar dat is niet houdbaar. Die ratio moet dringend omlaag, naar één op zes of zelfs één op vijf, zoals voorgesteld in het toekomstplan Kinderopvang.”

Een lagere kindratio zou niet alleen het personeel ontlasten, maar ook de kwaliteit van de opvang verbeteren. “Met zes of vijf kinderen per begeleider is er tijd voor pedagogisch werk: samen naar buiten, taalontwikkeling stimuleren, nieuwe ervaringen aanbieden."

De boodschap vanuit de sector is duidelijk: het masterplan Kinderopvang, dat minister Caroline Gennez (Vooruit) in februari lanceerde, moet zijn focus verleggen. Dat plan steunt op drie P’s: plaatsen, personeel en prijs. “De focus moet nu echt naar personeel,” benadrukt Gryffroy. “Want zonder mensen op de werkvloer blijven crèches leeg, ongeacht hoeveel plaatsen er op papier bestaan.”

"Meer plaatsen creëren en meer personeel aantrekken, gaan hand in hand."

Caroline Gennez (Vooruit)

Vlaams minister van Welzijn, Cultuur, Armoede en Gelijke Kansen

'Investeren in plaatsen én personeel'

“Meer plaatsen creëren en meer personeel aantrekken, gaan hand in hand,” reageert Vlaams minister van Welzijn en Armoedebestrijding, Cultuur en Gelijke Kansen, Caroline Gennez (Vooruit). “We werken aan nieuwe initiatieven om zij-instromers aan te trekken en investeren in een nieuwe graduaatsopleiding tot kindbegeleider."

Dinsdag werd bovendien een stagecharter ondertekend met scholen, zorgkoepels en studenten, meldt Gennez. "Zo willen we garanderen dat elke jongere die kiest voor een job in zorg en welzijn ook een kwaliteitsvolle stage kan volgen. Dat kan het verschil maken tussen iemand die gemotiveerd is en in de sector blijft, of iemand die afhaakt.”

Ook de kindratio is een belangrijk aandachtspunt, al zit een wijziging naar één begeleider op zes kinderen er voorlopig niet in. “We komen van een gemiddelde van één begeleider per negen kinderen,” meldt de woordvoerder van de minister. “De beslissing om dat te verlagen naar één op zeven is een stap vooruit. Het verlaagt de werkdruk en maakt de job opnieuw aantrekkelijker.”

Daarnaast blijft ook het uitbreiden van het aantal opvangplaatsen cruciaal, benadrukt Gennez. “Personeel aantrekken, lukt alleen als de werkomgeving aangenaam is: met voldoende uitdaging, ontwikkelingskansen, een correcte verloning en werkbaar werk." Daarbij kiest de minister ervoor om vooral te investeren in inkomensgerelateerde opvang – waar volgens haar de loon- en arbeidsvoorwaarden beter zijn. Die keuze zou bijdragen aan de aantrekkelijkheid van de sector. "Ook dat moet zorgen voor meer instroom én minder uitstroom.”