Na een dipje door corona lijkt lindyhop populairder dan ooit in Brussel. “Energie op de dansvloer uitstralen is belangrijker dan perfectie nastreven,” zegt lesgever Morgane Borra.

'Lindyhop verbindt en dat heeft Brussel nodig'
Lindyhop ontstond eind jaren 1920 in Harlem, New York. “Het is een zwarte kunstvorm, ontstaan in de Afro-Amerikaanse gemeenschap,” legt Morgane Borra uit. Zij is leerkracht bij de Apollo Swingclub, die lessen aanbiedt in Etterbeek, Elsene en Sint-Gillis, en die een harde kern van dansende enthousiastelingen aantrekt. De club is ook actief in Antwerpen, Vlaams-Brabant en Wallonië.
“Vandaag wordt de dans over de hele wereld beoefend. Eigenlijk spreekt het iedereen aan, vooral omdat lindyhop een sociale dans is. Je danst met twee, maar je kunt het ook alleen doen. Dan neigt het meer naar solojazz, wat daar goed bij aansluit.”
Lindyhop combineert – onder de klanken van Count Basie, Duke Ellington, Benny Goodman, Louis Armstrong en andere jazzartiesten – elementen van jazzdans, met tapdans en de charleston, en laat ook improvisaties toe.
“Jong en oud dansen in een ander tempo"
Lindyhop-lesgever
Morganes liefde voor lindyhop komt niet uit de lucht vallen. Thuis klonk altijd Amerikaanse muziek: haar vader zong blues, rhythm-and-blues en rock-'n-roll. “Als kind wist ik al snel wat jazz was. Die sound is me altijd bijgebleven.” De vonk sloeg definitief over toen ze de film Hellzapoppin' zag, waarin er enkele legendarische dansscènes te zien zijn. “Ik wist toen: dát wil ik later ook doen.”
Toch duurde het nog even voor ze zich inschreef bij een club. De drukte op haar werk liet het lange tijd niet toe, maar op haar negenentwintigste kon ze het verlangen niet langer negeren. Ze zocht via Google naar Brusselse lindyhopclubs en vond er, tot haar verbazing, meerdere. “Voor corona kon je bijna elke avond ergens gaan dansen, specifiek ook lindyhop. Daarna viel het wat stil, maar ik zie dat de community zich stilaan heropbouwt. Mensen zien anderen lachen op de dansvloer en denken: 'Daar wil ik ook bij horen.'”
“Anderhalf jaar nadat ik me had ingeschreven bij Apollo Swing, vroegen ze me of ik zelf les wilde geven. Ik was wat verrast, maar ik zei meteen ja. De tijd vliegt: ondertussen doe ik dat al zo'n zeven jaar. Ik verlaat de danszaal altijd met een positief gevoel, het idee dat ik mensen iets heb bijgebracht.”
“Bij ons kan iedereen starten, met of zonder ervaring,” zegt Morgane. “De lessen zijn laagdrempelig waardoor iedereen op zijn eigen tempo begint. We werken in semesters, met één les per week van een uur. Je leert niet alleen de passen, maar ook het ritme en de muziek te begrijpen. De energie is belangrijker dan perfectie.”
Het leukste aan lesgeven in lindyhop? Volgens Morgane Borra is dat de diversiteit aan leeftijden. De meeste beoefenaars zijn tussen de 30 en 40 jaar, maar haar oudste leerling is een zeventiger. “Dat is net heel leuk,” zegt ze. “Jong en oud dansen in een ander tempo. Dat daagt mij als leerkracht uit. Ik moet me aanpassen, maar leer er zelf ook telkens iets van bij. Het werkt in twee richtingen. Met workshops en internationale lesgevers probeer ik lindyhop levend te houden. De dans verbindt en net dat heeft Brussel nu nodig.”
Lees meer over: Sport , Sporting Flagey , lindyhop