Celia Ledoux klein BRUZZ ACTUA 1619 cSaskia Vanderstichele
Column

Celia schiet met scherp: hindernissenparcours

Celia Ledoux
© BRUZZ
14/09/2018

Ik weet niet of u het kopstukkendebat van BRUZZ zag, beste lezer. Het maakte me wat humeurig. Brussel is een grootstad, ja, maar als Nederlandstalige Brusselaars kruisen we mekaar zo vaak dat grote verwijten en boze retoriek raar klinken. Zoals mijn kinderen als die bekvechten: ze moeten nog te lang met mekaar leven om zo kinderachtig te ruziën.

Laten we het over iets vrolijks hebben. Mijn schoenmaker bijvoorbeeld. Hij lacht zo minzaam als zijn evenknie op zijn uithangbord. In zijn boordevol atelier zitten drie papegaaien, en toon en timing van zijn “bonjour”, “ça va bien” en “au revoir” zijn gecodeerd als een Japans theeritueel. Ik zie hem vaker dan mijn vrienden, een verzuchting die ik met veel Brusselse vrouwen gemeen heb. “C’est les talons?” vraagt hij. Het zijn altijd onze hakken.

Zelfs mijn schoenmaker herinnert mij nu aan problemen. Een goeie maand geleden wilde een Vlaamse vrouwelijke schepen kasseien afschaffen in haar stad, opdat vrouwen hun hakken niet voortdurend zouden kapotlopen. Een journalist vond dat nonsens: kasseien waren erfgoed en zij moest maar andere schoenen aan. Maar het gaat niet alleen om hakken.

"Ik waarschuwde u al, beste lezer. Ik ben deze week niet goed gezind"

Celia Ledoux, columniste

Celia Ledoux, BRUZZ-columniste

Sinds mijn ontmoeting vorige week bekijk ik onze stad met andere ogen. Hoe vaak zat de man met rollator knel in een ontbrekende kinderkop voor zijn deur? In heel Brussel is het met krukken of een wandelstok wegglibberen op kasseien, hobbelen op losse stoeptegels, hoge of scheve trottoirs op en af, op bobbelend asfalt, onverwachte grindstroken en onaffe verlaten werken. Een rolstoelgebruiker of zelfs een ouder met een kinderwagen: geef het ze te doen. Hulp nodig? U kan wel elfendertig verantwoordelijke diensten contacteren en een dozijn websites raadplegen waarvan de helft niet meer werkt.

Het gaat niet alleen om wegen. Metrostation Montgomery heeft geen lift, Park niet eens een roltrap. Officieel mag je met de buggy trouwens niet op de roltrap, wat had men dan in gedachten? Er met je opvouwbare hovercraft boven vliegen? Dan hebben we het nog niet over gemene metropoortjes die liefst op een kind, oudere of minder mobiele mens dichtklappen. Of het gebrek aan openbare bankjes en toiletten, die wie oud, jong, zwanger of ziek is, zouden helpen. In de kinderrijkste gemeenten zoals Schaarbeek en Sint-Joost moeten ouders met kleintjes in ganzenpas op smalle trottoirs langs de auto’s.

Er worden inspanningen gedaan, ja: stilaan zijn er minder trams waar kinderwagen of rolstoel niet eens in passen en zonder die steile rottrappetjes. De piétonnier is eenmaal áf goed begaanbaar. Steden lijken vaak ontworpen door kinderloze, perfect mobiele mensen die nooit hakken dragen, en Brussel doet nog wat harder zijn best om je klem te zetten. Of zijn wij werkelijk allemaal een uitzondering? Bijna ieder van ons, een deel van ons leven?

Ik waarschuwde u al, beste lezer. Ik ben deze week niet goed gezind. Keek ik na dat debat te vaak naar de grond, en naar de doodgewone Brusselaar die erop loopt? Tja: als je naar de lucht kijkt, breek je geheid een been.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel, Column, Celia Ledoux

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni