Reportage

Zucht van verlichting bij heropening horeca: ‘Wij hebben de cafés nodig, en zij ons’

Kris Hendrickx
09/06/2020
© Saskia Vanderstichele | Koffierbar Ana Attento in de Ortsstraat: Liselotte en Jan drinken glunderend een koffie.

Natuurlijk zijn er wat lastige veiligheidsmaatregelen, waardoor een grap achter een mondmasker weleens fout wordt begrepen. Maar de heropening van de horeca zorgde maandag toch vooral voor een zucht van verlichting in de stad. “Op restaurant gaan, wij hebben dat nodig zoals een sportman zijn trainingen.”

9.30u. Metteko, Anspachlaan

Olivier (45) zit met zijn eenjarige dochtertje op schoot op het uitgebreide terras van café Metteko
© Saskia Vanderstichele | Olivier (45) zit met zijn eenjarige dochtertje op schoot op het uitgebreide terras van café Metteko.

“Is dit niet zalig? Dit heb ik echt gemist!” Olivier (45) zit met zijn eenjarige dochtertje op schoot op het uitgebreide terras van café Metteko, met tafeltjes op ruime afstand van elkaar, die helemaal tot tegen de fietsnietjes reiken. De beslissing om een koffie te drinken nam de directeur van een start-up spontaan, hij is immers wat te vroeg om zijn dochter naar haar moeder te brengen. Zijn volgende restaurantbezoek heeft hij wel al gepland: de volgende dag, in Bottega della Pizza, een gereputeerde pizzeria in Sint-Gillis. “De donderdag waarop de lockdown werd aangekondigd waren we daar. We zagen er de ontzetting op het gezicht van de uitbaters. Morgen willen daar nu met diezelfde vrienden naartoe. Voor onszelf, maar ook om het restaurant te steunen.”

Terwijl we met Olivier praten, vult het terras van café Les Brassseurs aan de overkant zich langzaam. Op de eerste verdieping van de kroeg groet een figuur ondertussen met brede gebaren en luide stem vrienden verderop in de straat, een beetje zoals een koning dat met zijn volk zou doen. De figuur blijkt Zwangere Guy, die er zijn studio heeft.

10.00u. Ana Attento, Ortsstraat

Koffierbar Ana Attento in de Ortsstraat: Liselotte en Jan drinken glunderend een koffie
© Saskia Vanderstichele | Jan en Liselotte (l.) zijn bij de eerste klanten van koffiebar Ana Attento in de Auguste Ortsstraat.

Dat een volledige heropening niet voor iedereen is weggelegd, blijkt bij koffiebar Ana Attento, het vroegere ‘Or’ tegenover de Beursschouwburg. Déconfinement of niet, de zaak beperkt zich nog steeds tot take-away. “Een extra persoon voor zaalservice is gewoon te duur voor de paar klanten die we hier kunnen plaatsen,” legt Aïda uit. “Maar de banken voor de deur mogen wel. Als het mooi weer is, kunnen we zelfs een bank voor de etalage van Bobbi Brown hiernaast zetten. De uitbater – een sympathieke man en een vaste klant – gaat daarmee akkoord.”

Op de banken die er nu al staan zitten Liselotte en Jan glunderend koffie te drinken. De collega's van Circus zonder Handen waren even aan een pauze toe bij het bezorgen van pakketten voor kwetsbare jongeren, die ze net bij de VGC ophaalden. Als we hun gesprek onderbreken gaat het net over restaurant- en cafébezoeken, zo blijkt. Jan heeft vrijdag al gereserveerd voor een spaghetti in de Monk. Liselotte twijfelt nog of ze de eerste week, die mogelijk drukker wordt, niet aan zich moet laten voorbijgaan. Kwestie van het besmettingsrisico niet op te zoeken. “Maar als iemand me meevraagt naar café Midpoint aan de Vlaamsepoort, zal ik waarschijnlijk niet nee zeggen.” Liselotte glimlacht even bij het idee. “Schrijf maar op: Fatma van Midpoint is de beste cafébazin van Brussel.”

11.00u. De Markten, Oude Graanmarkt

Wie er haastig langs wandelt of fietst, zou het misschien niet zeggen, maar het café van het gemeenschapscentrum is wel degelijk open. Aan het defecte en gesloten rolluik wordt gewerkt. De twee allereerste klanten blijken twee Franse buren uit de wijk, die maar wat blij zijn dat ‘hun’ café weer open is. “Natuurlijk kunnen we thuis ook koffie drinken, maar het is niet hetzelfde,” vertelt Cyril (50). Al was het maar omdat de kinderen niet de hele tijd naast je staan te springen.”

Van springende kinderen geen spoor in De Markten. Luide tafelburen riskeren de twee buren evenmin. Om de sociale afstand te garanderen, is hier gekozen om ongebruikte tussentafels met planten te decoreren. Het cafégroen zorgt voor een aparte sfeer en is een welkome afwisseling met de stickerkruisen op tafels die elders vaak terugkeren.

Aan de ingang van het café wacht serveuse Marjolein op de volgende gasten, die ze er welkom zal heten en informeren, zoals de overheid dat aanbeveelt. De jongevrouw zit met een bedenking die we deze ochtend bij veel van haar collega’s horen: in de horeca werken is communiceren, en met een mondmasker is dat aartsmoeilijk. “Op dit moment glimlach ik bijvoorbeeld, maar ziet u dat wel?” We stellen haar gerust: ook ogen kunnen lachen.

11.45u. Café Walvis, Vlaamsepoort

Onze centrumwandeling leidt ons nu langs de Vlaamsesteenweg naar die horecavuurtoren aan het kanaal genaamd Walvis, met tussenstops in Café Chicago, waar de heropening uitbaatster Julie Belaen nog het meest aan een eerste schooldag doet denken. Een schoolbegin dat gerust wat drukker had mogen zijn wat haar betreft. “We hebben nu drie mensen in de zaak, op dit moment is dat eigenlijk te veel.”

Aan de overkant van de straat prijken dan weer tafeltjes en stoelen op een parkeerplaats voor Casa Mia, een van de 280 terrasuitbreidingen in de straat. Er loopt ook een aanvraag van de handelaars om de hele straat autovrij te maken zodat meer terrassen mogelijk worden, maar een beslissing is er nog niet, horen we.

Ook in de Walvis is de opkomst met een achttal gasten nog wat lauw. De Italiaanse performancekunstenaar Serena (38) leest er een boek en de krant, aan haar eigen tafeltje. “Normaal zit ik aan de toog, daar ben je meer deel van het geheel, daar houd ik juist van in Brusselse cafés. Maar dat mag nu niet, en dat is wennen.”

Café Walvis
© Saskia Vanderstichele | De Italiaanse performancekunstenaar Serena (rechts) leest een boek en de krant, aan haar eigen tafeltje.

Letizia is niet enkel afgesneden van communicatie met het personeel aan de bar, de tafels achter en voor haar zijn ook geschrapt. De uitbaters kozen daarbij voor een gadget dat in de maritieme sfeer blijft: op elke ongebruikte tafel ligt een opblaaskreeft.

Dat de gasten maar mondjesmaat hun weg terugvinden naar het eetcafé, baart het personeel nog geen zorgen. “Voor vanavond hebben we al twintig reservaties,” weet serveuse Didi. “We hebben een erg trouw publiek, vooral uit de wijk. Veel mensen hebben ons tijdens de lockdown­weken ook verteld hoezeer ze de plek misten.”

De mondmaskers blijken ook hier een bron van ergernis. “Ik ben een erg expressieve persoon, die veel mimiek gebruikt en op de lippen van de klanten leest als het luid is,” zucht Didi’s collega Edwige. “Hoe weet ik nu of mensen mijn gezichtsuitdrukkingen ook zien? Een grap wordt nu snel misbegrepen.”

12.15u. La Brouette, Grote Markt

La Brouette op de Grote Markt is op 8 juni, de eerste dag na de lockdown van de coronacrisis weer geopend: Virginie (42) en Rodrigo (45) op het terras
© Saskia Vanderstichele | La Brouette op de Grote Markt is op 8 juni, de eerste dag na de lockdown van de coronacrisis weer geopend: Virginie (42) en Rodrigo (45) op het terras.

Op naar dé toeristische hotspot van de hoofdstad, de Grote Markt. Die biedt maandagmiddag een wat onwerkelijk beeld. Terwijl het plein zelf een oase van rust blijft, heeft restaurant La Brouette – naast het bekende Le Roy d’Espagne – zijn terras uitgebreid. Virginie (42) en Rodrigo (45) zitten er dan ook gewoon op de kasseien, nog voor de vaste terrasconstructie van het hamburgerrestaurant, met twee blonde Affligems in aanslag. De twee tortelduifjes zijn vijftig kilometer gereden uit Bergen en La Louvière om deze dag in Brussel door te brengen. “Zie ons hier zitten, alsof het hele plein van ons is.”

Rodrigo weet zich amper blijf met zijn plezier, en ook zijn vriendin glundert. “Ik móét mensen zien, de voorbije maanden was ik echt niet gelukkig thuis. En het gaat natuurlijk ook omgekeerd: deze mensen hebben ons ook nodig.” De rest van de dag wil het koppel solidair blijven met de Brusselse horeca. Op het programma staan straks minstens nog een restaurantbezoek bij Bobby Bao aan de Beurs en een cocktailbar op de Zavel.

12.40u. Chez Léon, Beenhouwersstraat

Mosselrestaurant Chez Léon in de Beenhouwersstraat
© Saskia Vanderstichele | Mosselrestaurant Chez Léon in de Beenhouwersstraat.

Op het vlak van het aantal maaltijden moet Chez Léon – een van de weinige klinkende namen in de Beenhouwersstraat – zowat het grootste restaurant van Brussel zijn. Liefst 1.300 werden er gemiddeld geserveerd per dag, voor de lockdown. “Dat we vandaag honderd reservaties hebben, stelt dus niet zoveel voor,” vertelt Rudy Vanlancker gelaten. De eigenaar van het restaurant, die recent ook Aux Armes de Bruxelles aan de overzijde van de straat kocht, zit ondertussen 45 jaar in het vak en ziet de nabije toekomst niet zo rooskleurig in. Maar tegen de herfst hoopt hij wel op beterschap.

"Tegen begin volgend jaar hoop ik dat we weer op volle toeren kunnen draaien. Tenzij er een tweede golf komt natuurlijk, alors on est tous cuit”

Rudy Vanlancker, eigenaar Chez Léon en Aux Armes de Bruxelles

“Juni is sowieso verloren en ook in de zomer zullen de toeristen Brussel niet overspoelen. Brussel is eigenlijk geen toeristische stad, maar leeft vooral van congressen en de Europese instellingen. In september zullen die uitgestelde evenementen dan hopelijk wél plaatsvinden en zullen we misschien geen verlies meer draaien, want van honderd couverts kan ik de twintig personeelsleden die hier vandaag zijn niet betalen. Tegen begin volgend jaar hoop ik dat we weer op volle toeren kunnen draaien. Tenzij er een tweede golf komt natuurlijk, alors on est tous cuit. Dan zijn we allemaal de klos.” Vanlancker toont zich erg tevreden over de steun die hij van verschillende overheden krijgt – “Straks komt de hele gemeenteraad trouwens nog eten als steunbetuiging” – maar wijst er ook op dat veel van de maatregelen vooral uitstel zijn. “Leningen die we niet meteen moeten betalen of sociale bijdragen die later gestort mogen worden: dat is mooi, maar de schuldenmuur groeit wel de hele tijd.”

In een hoekje van Chez Léon zitten Bernard (64) en Francine (68), twee klanten die alvast van plan zijn op hun bescheiden niveau bij te dragen tot de heropstanding van de Brusselse horeca. “Vroeger gingen we een à twee keer per week op restaurant, deze volgende tijd wordt dat waarschijnlijk twee tot drie keer,” aldus de gepensioneerde Bernard. Of ze de restaurantbezoeken gemist hebben? Francine kijkt ons met licht onbegrip aan. “Natuurlijk! De plezier van het kiezen van je restaurant, van het gerecht. Wij hebben dat nodig, zoals een sportman zijn trainingen.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel-Stad, Resto & Bar, Samenleving, exitstrategie, coronavirus, versoepeling coronamaatregelen, lockdown

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni