Interview

Stace, op de rand van de doorbraak: ‘Jezelf blootgeven maakt je kwetsbaar’

Tom Zonderman
© BRUZZ
27/01/2022
© Agnesska

Ze is een goedbewaard geheim uit de Brusselse neosoulscene, maar voor hoe lang nog? Stace, de alias van de in Frankrijk geboren Stacy Claire, staat op het punt om helemaal door te breken.

WIE IS STACE?

Geboren in 1994 als Stacy Claire, groeit op in Frankrijk

Studeert antropologie, verdiept zich in theater en fotografie

Wordt gitariste in Rumpus, een Franse bigband uit Toulouse die haar muzikale leerschool vormt

Verhuist zeven jaar geleden naar Brussel om er film te studeren aan INRACI

Wordt resident in Volta, met haar gloednieuwe trio treedt ze onder meer op op GATE en het AMOK-festival in Brugge

Debuteert in 2022 met de ep Green onyx, een verwijzing naar de kleur van haar ogen en de invloeden die in haar muziek samenkomen

“Fever got to me,” zingt Stace op haar vier songs tellende visitekaartje, Green onyx. Ze heeft het in het desbetreffende liedje, 'Busy', niet over een of ander virus dat klaarblijkelijk de ronde doet, maar over de liefde, die onuitputtelijke brandstof voor artistieke gedrevenheid. “Als je verliefd bent, geef je je helemaal bloot,” knikt de Frans-Brusselse zangeres, wier gloedvolle stem in 'Busy' een weg zoekt tussen troost en tristesse. “Die onvoorwaardelijkheid is mooi, maar maakt je ook kwetsbaar. Jezelf aan de andere overgeven, is jezelf loslaten. Maar als die dan de deur dichtslaat terwijl je in de opening staat, doet dat pijn.”

Stace werd geboren in de buurt van Parijs, groeide goeddeels op in Lyon, maar vond zeven jaar geleden een nieuwe thuis in Brussel. “Brussel is de shit, hé. (Lacht) Ik ben naar hier gekomen om film te studeren. In Lyon deed ik antropologie, maar dat was alleen maar goed om een paar interne vraagstukken op te lossen. Ik had al fotografie en theater gedaan, maar uiteindelijk dacht ik dat film mij het meest zou uitdagen. Het is anders uitgedraaid.”

Jezelf aan de andere overgeven, is jezelf loslaten. Maar als die dan de deur dichtslaat terwijl je in de opening staat, doet dat pijn

Stace

Film werd dus niets, maar Brussel wel. “Ik was sowieso toe aan een nieuwe plek, en Brussel was gewoon anders, er hangt hier een unieke vibe. Een paar weken geleden zat ik in een taxi ter hoogte van Louiza door het raam te turen met de tintelende pianoklanken van de Armeense pianist Tigran Hamasyan in mijn oortjes. Zo'n typisch filmmoment, zeg maar. (Lacht) Ik dacht: 'Oh my God, I fucking love this city.' Hoe langer ik hier woon, hoe meer ik van de stad hou.”

DE MARTINIKANEN KOMEN!
Brussel is ook de plek waar Stace zich uiteindelijk helemaal overgaf aan de muziek. Het zaadje werd nochtans al vroeg geplant. Stace' vader is een muzikant uit Martinique, samen met haar moeder en haar oom vormde hij een tijdje een band. “Ze zijn beiden op jonge leeftijd naar Frankrijk getrokken om daar te gaan studeren en werken, het klassieke verhaal voor jonge mensen uit Martinique.”

Haar ouders zijn intussen gescheiden, haar vader woont in Frans-Guyana. “Elke zomer ging ik ernaartoe. Toen vond ik dat niet leuk, want ik wilde in Frankrijk blijven bij mijn vrienden. Hij wilde dat ik en mijn broer ook muziek zouden leren spelen. Dat is een mes dat langs twee kanten snijdt: als je goed bent is het leuk, maar het kan ook zo verstikkend zijn dat je het beu wordt. Muziek moest voor mij vooral fun zijn.”

Op haar elfde kocht haar vader haar een gitaar. “Hij dacht dat ik er meteen mee weg zou zijn, maar ik was op dat moment meer geïnteresseerd in gamen en chatten. Toen ik een jaar later bij hem terugkeerde, had ik niets geleerd. Die zomer legde hij de zweep erover. (Lacht) Ik moest Braziliaanse muziek met moeilijke akkoorden leren spelen, zoals 'Chega de saudade' van João Gilberto. Ik heb mezelf tot het uiterste gedreven, tot tranen toe, om het te kunnen spelen. En uiteindelijk lukte het en raakte ik er toch aan verslingerd. Terug thuis sloot ik mij de hele tijd op op het toilet, omdat de akoestiek daar beter was, tot ongenoegen van mijn huisgenoten.” (Lacht)

Martinique is niet meteen in haar muziek te horen, maar Stace is wel trots op haar roots. “Het is zo'n klein eiland, maar het bulkt van het talent. Kijk alleen al naar de muziekstijlen, zoals zouk, biguine en bélé, die er zijn ontstaan.” Ze roemt Chassol, de Franse muzikale vrijbuiter met Martinikaanse roots, en verwijst ook naar Nala Sinephro, de Brussels-Caraïbische jazzmuzikante die vorig jaar hoge ogen gooide met haar debuut.

“Als je goed om je heen kijkt, besef je: Martinikanen zijn overal. (Lacht) Eigenlijk lijken Martinique en België wel op elkaar: Martinikanen zijn het gewoon om over het muurtje te kijken, en invloeden van buitenaf te laten binnensijpelen. Terwijl Fransen genoeg hebben aan zichzelf. Maar zo'n houding zet je niet aan om te vernieuwen. De Martinikaanse auteur Édouard Glissant verwoordde dat heel mooi: als eilandbewoners hebben Martinikanen de pretenties van het continentale denken achter zich gelaten. Ze stellen zich open voor andere dingen, en dat levert alleen maar rijkdom op.”

Muziek is iets heel persoonlijks voor mij, waardoor ik lang vond dat het geen job mocht zijn

Stace

Dat ze uiteindelijk film ging studeren, was eigenlijk een vlucht. “Er zijn zoveel mensen in mijn familie die het probeerden te maken in de muziek en mislukten. Ik vond dat beangstigend, ik dacht: misschien ben ik degene die eens iets anders moet doen. (Lacht) Muziek is iets heel persoonlijks voor mij, waardoor ik lang vond dat het geen job mocht zijn. Ik speelde een tijd in Rumpus, een bigband waar ik één optreden per jaar mee deed. Dat was voor mij voldoende.”

Rumpus, een Frans collectief, speelde niettemin een belangrijke rol voor Stace. “Het was mijn school, ik leerde er componeren en arrangeren. De muzikanten waren geweldig, ze gaven me het vertrouwen om dingen te proberen.”

Corona was uiteindelijk de vonk die ze nodig had om het hier in Brussel solo te proberen. “Tijdens de eerste lockdown had ik plots zeeën van tijd. Tot dan had ik enkel covers gespeeld, in mijn eentje, met een looppedaal en zo. Ik wilde ook mijn eigen nummers brengen en begon te schrijven. Ik kocht materiaal om dingen zelf op te nemen, en leerde Logic Pro via tutorials op YouTube. Dat idee dat ik daar op mijn kamertje een hele ep bij elkaar kon spelen en producen, vond ik geweldig.”

D'ANGELO OP ÉÉN
Als uk had Stace veel naar Caraïbische jazz geluisterd, haar broer stuwde haar richting r&b. Neosoul echoot vandaag het sterkst door in haar muziek. De songs op haar ep Green onyx schurken dicht aan tegen het werk van Erykah Badu en Lianne La Havas. “Elk jaar staat D'Angelo bovenaan bij mijn Spotify Wrapped van meest gestreamde artiesten, niemand kan hem onttronen.”

1784 STACE1
© Agnesska | Stace: “Eigenlijk lijken Martinique en België wel op elkaar: Martinikanen zijn het ook gewoon om over het muurtje te kijken en invloeden te laten binnensijpelen.“

Stace' songs zijn voorlopig veelal sober, waardoor ze haar zachte, lichthese stem mooi kan uitspelen. De laatste track, 'Moon', waarin ze samenwerkt met de Belgisch-Zambiaans-Tanzaniaanse rapper Kriticos, trekt haar wat meer in de elektronica. Het is de richting die ze wil uitgaan, zegt ze. “Ik heb veel plezier beleefd aan het maken, maar het is vooral ook de meest positieve song op de plaat. Ik ben een tweeling, ik ben nogal een twijfelaar. Ik heb nooit veel in mezelf geloofd, maar Kriticos heeft me geleerd om mezelf af en toe een ruiker bloemen te schenken. Toen ik onlangs mijn ep opnieuw beluisterde, dacht ik: ‘Wow, dat heb je allemaal zelf gedaan. Proficiat! Je mag veeleisend zijn voor jezelf, maar je moet ook trots kunnen zijn.”

STACE
De ep Green onyx verschijnt op 28/1
Live: 2/2, 20.00, Beursschouwburg, www.beursschouwburg.be
Instagram: @stace_ee

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni