Reportage

De opmars van tweedehandskledij: ‘Het kan zelfs een statussymbool zijn’

Charlotte Deprez
© BRUZZ
10/11/2022

| Willem Chanterie werkt als stylist voor een productiehuis, maar koopt voor zichzelf veel tweedehandskleding.

Melting Pot en Think Twice, maar ook Oxfam en Spullenhulp. Allemaal zien ze dat tweedehandskledij alsmaar populairder wordt, vooral bij jonge consumenten die daar bewust voor kiezen. “Tweedehands dragen maakt vandaag deel uit van de cultuur.”

Ik koop enkel nog tweedehandskleding,” zegt de 18-jarige Alice Bout, terwijl ze snuistert tussen de rekken op de benedenverdieping van Melting Pot Kilo in de Marollen. De tweedehandswinkel, met twee vestigingen in Brussel, verkoopt kledij voor 15 euro per kilo. Ideaal, vindt Alice. Zo kan ze betaalbaar en ecologisch shoppen. Voor een bloesje betaal je slechts een drietal euro en voor 16 euro kan je al een winterjas vinden. “In andere winkels vind ik bovendien niet meer altijd wat ik wil.”

Willem Chanterie werkt als stylist voor een productiehuis, maar koopt voor zichzelf veel tweedehandskleding

| De manier waarop Chanterie shopt, hangt af van de reden van zijn bezoek. “Als ik voor mezelf kom, scan ik de winkel heel snel. Is het voor mijn werk, dan heb ik echt elk item in mijn handen gehad.

Het is 18 uur op een zondagavond, een halfuur voor sluitingstijd, en er zijn nog altijd een vijftiental klanten in de winkel. “Het wordt alsmaar drukker,” zegt verkoper Nele Wouters. “We merken een stijgende verkoop in vergelijking met een aantal jaar geleden. Er is intussen ook een Melting Pot in Antwerpen geopend.”

Melting Pot Kilo, Think Twice en Episode, het zijn slechts enkele van de populaire tweedehandskledingwinkels in het centrum van Brussel. De tweedehandsmarkt blijft jaar na jaar groeien. Hub.brussels heeft geen cijfers over de verkoop, maar bevestigt dat het aantal winkels in Brussel is toegenomen. “Het idee om tweedehands te dragen maakt nu deel uit van de cultuur,” zegt woordvoerder Florence Ortmans.

Dat beaamt modesocioloog Aurélie Van de Peer. “De voorbije twintig jaar zien we een toenemend marktaandeel van tweedehandskledij. Vroeger ging het vooral om vintagekledij.” Niet alle tweedehandskledij is immers vintage, om die term te gebruiken, moet het stuk minstens 25 jaar oud zijn.

“De voorbije jaren zie je vooral bij jonge consumenten interesse in tweedehandskledij die niet per se in het luxesegment zit,” zegt Van de Peer. Zeker jonge mensen die in steden wonen, kopen meer tweedehands. “Dat is uit ethische en ecologische overwegingen, maar ook financiële.”

Te veel kopen

Toch nuanceert Van de Peer dat duurzaamheidsaspect. “Het risico bij mensen die tweedehands kopen, is dat ze te veel kopen, net omdat het goedkoper is,” zegt ze.
Ook mogen consumenten er niet van uitgaan dat tweedehands per definitie duurzaam is. “Je moet kritisch blijven,” zegt Van de Peer. “Zo bestaan er resales van Shein of H&M, terwijl die merken wel teren op de uitbuiting van mensen in het globale Zuiden. De focus van hun verkoop ligt op eerstehandskledij. De tweedehandsverkoop is er enkel om mensen te overhalen ook eerstehands te kopen.” Van de Peer raadt daarom aan om lokaal te kopen. “Die winkels gaan veel ethischer om met tweedehands.”

“Wie als kind om financiële redenen wel tweedehands moest kopen, zal later sneller eerstehands kopen als statussymbool”

Aurélie Van de Peer, modesocioloog

De tweedehandsmarkt krijgt ook kritiek omdat ze niet zo ecologisch is als we zouden denken. De kledij die Think Twice inzamelt, gaat bijvoorbeeld eerst naar een sorteercentrum in Litouwen. Daar worden de vintagestukken geselecteerd en getransporteerd naar de verschillende winkels in België.

“Maar globaal gezien is het wél duurzamer,” benadrukt Van de Peer. “Ook iemand die zijn vleesconsumptie vermindert, is nog altijd ecologischer bezig dan iemand die elke dag vlees eet. Als er te veel aandacht gaat naar het feit dat het transport minder ecologisch is, kan dat gebruikt worden om toch maar naar de Nieuwstraat te hollen en iets nieuws bij Zara te kopen omdat het 'toch niets uitmaakt'. Terwijl dat niet zo is.”

Rekken vol kleding en accessoires aan de rechterkant, links decoratie en prullaria en op de eerste verdieping allerlei meubels: Le24, de tweedehandswinkel van het Leger des Heils vlak bij IJzer, is de favoriet van de 25-jarige Willem Chanterie. “Dit is echt een verborgen pareltje,” zegt de jonge Brusselaar, die als stylist voor productiehuis Sputnik werkt. Zijn kleerkast bestaat zo goed als volledig uit tweedehandsitems.

Willem Chanterie werkt als stylist voor een productiehuis, maar koopt voor zichzelf veel tweedehandskleding

| Le24, de tweedehandswinkel van het Leger des Heils vlak bij IJzer, is de favoriet van Willem Chanterie.

“Het aanbod is niet supergroot, maar de prijzen zijn goed en ze hebben vaak heel mooie stukken,” zegt hij. Dat de prijzen goed zijn, wordt meteen duidelijk: 2 euro per stuk staat op het blad dat aan de mand vol handtassen hangt.

De manier waarop Chanterie shopt, hangt af van de reden van zijn bezoek. “Als ik voor mezelf kom, scan ik de winkel heel snel. Is het voor mijn werk, dan heb ik echt elk item in mijn handen gehad. Dat kan soms veel tijd kosten, dus ik probeer ongeveer de helft voor mijn werk tweedehands te kopen. Soms is het makkelijker om eerstehands te kopen, zeker omdat je dan alle maten hebt.” Le 24 blijft om die laatste reden the place to be voor Chanterie. “Vaak hebben ze dezelfde stuks in verschillende maten, zoals hier,” zegt hij, terwijl hij door een rek met jeansbroeken gaat.

Betaalbaarheid

Een andere winkel waar Chanterie graag gaat winkelen, is de Oxfam Vintage in de Vlaamsesteenweg. De etalage straalt retro uit: een lange wijnrode mantel, okergele pumps, de 'newsboy'-pet en het gebloemde theekannetje lijken zorgvuldig te zijn uitgekozen.

Behalve de vintagewinkel heeft Oxfam nog vijf tweedehandswinkels in Brussel. Ook daar is de stijgende populariteit van tweedehands merkbaar. In vergelijking met 2021 steeg de omzet al met 23 procent. Vooral textiel steeg in verkoop. Het aantal bezoekers steeg met 47 procent in vergelijking met een jaar geleden. Al moeten die cijfers wat genuanceerd worden, omdat er in 2021 nog coronamaatregelen golden.

Tweedehandswinkel Paulien Carton Boutique op het Rouppeplein

| Paulien Carton Boutique op het Rouppeplein.

“We moesten de winkels sluiten tijdens de coronapandemie, maar daarna zagen we stijgende verkoopcijfers,” zegt Belinda Torres Leclercq, woordvoerder van Oxfam België. “We zien vooral een publiek met schoolgaande kinderen, maar het wordt ook steeds hipper bij een jonger publiek om tweedehands te kopen.”

De Oxfam-winkels hebben volgens stylist Chanterie als voordeel dat de kledij heel betaalbaar is. “In veel winkels zijn de stukken pre-selected, zoals bij Episode en Docks Caviar. Dan moet je minder hard zoeken naar goede items, maar er hangt ook een prijskaartje aan vast. Ik vind dat een groot segment wel betaalbaar moet blijven, zodat het voor iedereen toegankelijk blijft.”

Opvallend genoeg is tweedehandskledij vooral populair bij mensen die niet per se om financiële redenen tweedehands moeten kopen, legt modesocioloog Van de Peer uit. “De populariteit is er vooral bij jonge mensen die er bewust voor kiezen. Wie als kind om financiële redenen genoodzaakt was om tweedehands te kopen, zal later sneller eerstehands kopen als statussymbool.”

Omgekeerd kan een tweedehandsstuk net een soort statussymbool zijn bij mensen die wel genoeg geld hebben om eerstehands te kopen. “Je merkt dat consumenten heel trots zijn op koopjes, en bij een aankoop vaak het merk en de prijs vermelden. Het statussymbool is dat ze voor weinig geld een leuk kledingstuk kunnen vinden.”

“We zien vooral mensen met schoolgaande kinderen, maar het wordt ook hipper bij een jong publiek om tweedehands te kopen”

Belinda Torres Leclercq, woordvoerder Oxfam België

Ook bij Spullenhulp zijn tweedehandskoopjes te doen. “Een van onze belangrijkste missies is om mensen met een klein budget de mogelijkheid te geven om mooie kledij te kopen,” zegt Stephan Bartholomeus, verkoopmanager van Spullenhulp. Al merkt hij wel een lichte prijsstijging. “Ook onze kosten stijgen door de crisis. We krijgen vaak de kritiek dat we de kledij gratis krijgen, maar die moet opgehaald en gesorteerd worden. Daar kruipt flink wat werk in.”

Want maar vijftien procent van wat ingezameld wordt, wordt ook verkocht in de winkels van Spullenhulp. “We hanteren hoge kwaliteitscriteria. Dat betekent niet dat de rest in de vuilnisbak belandt. Zo hebben we in Anderlecht een outlet geopend begin oktober. Daar worden stukken verkocht die een klein defect hebben of niet verkocht werden in andere winkels. Alles kost er 1 tot 3 euro.”
Spullenhulp heeft 28 winkels verspreid over Wallonië en Brussel. “We hebben 22 winkels in Brussel, dubbel zoveel als tien jaar geleden,” zegt Bartholomeus. “Volgend jaar openen we wellicht onze eerste winkel in Vlaanderen, in Leuven.”

De hoofdwinkel van Spullenhulp in de Amerikaansestraat in Elsene kent een omzetstijging van 20 procent in vergelijking met 2019. Het aantal klanten steeg met 15 procent. “Op zaterdag ontvangen we er gemiddeld duizend klanten,” zegt Bartholomeus. “Er is enorm veel diversiteit in ons cliënteel, dat was vijf jaar geleden minder het geval. Het opvallendste is dat er steeds meer jonge mensen kopen. Daarom zullen we onze eerste Vlaamse winkel in een studentenstad als Leuven openen.”

Paule Lucas van tweedehandskledingwinkel Paulien Carton Boutique op het Rouppeplein

| “Mijn dochter zegt altijd dat het hier veel te vol hangt,” zegt Paule Lucas van Paulien Carton Boutique. “Maar ik vind het goed zo. Ik kies zorgvuldig stuk per stuk de items uit.”

Ook unieke stukken zoeken en vinden is een belangrijke motivatie om tweedehands te shoppen. Zulke stukken zijn onder meer te vinden bij Pauline Carton Boutique in de Vlaamsesteenweg. “Tweedehandskledij is altijd mijn passie geweest,” vertelt de 72-jarige uitbaatster Paule Lucas. Dertien jaar geleden begon ze met haar eerste boetiek op het Rouppeplein. Vier jaar geleden verhuisde ze naar de Dansaertwijk.

De gevel van haar boetiek valt op door de tekeningen van pin-upgirls uit de jaren 1950. Wie binnenkomt, wordt overladen met kledij, hoeden, tassen en schoenen in die stijl. Rechts in de hoek zit Lucas tussen sieraden, sjaaltjes en jurken achter haar kassa. Aan de muren hangen foto's van iconische figuren, zoals Marilyn Monroe, maar ook van Lucas zelf in haar jonge jaren. “Mijn dochter zegt altijd dat het hier veel te vol hangt,” zegt ze. “Maar ik vind het goed zo. Bovendien kies ik zorgvuldig stuk per stuk de items uit.”

Vroeger was het beter

Ook Lucas merkt de stijgende populariteit van tweedehands. “Het is een filosofie geworden. We willen zo weinig mogelijk verspillen en wegsmijten. Vintagekledij is een pak kwaliteitsvoller omdat er vroeger beter materiaal werd gebruikt en alles zorgvuldiger werd gemaakt. Tegenwoordig vind je dat niet meer,” voegt ze nog toe. “Het wordt wel moeilijker om mooie stuks te vinden.”
Het is dus niet zo vreemd om kleding van H&M of Zara in tweedehandswinkels te vinden. Tweedehandskleding is de laatste jaren breder geworden, zegt Van de Peer. “Fast fashion wordt meer en meer tweedehands verkocht, ook op onlineplatformen.”

Of tweedehandskledij een blijvende trend is, is voer voor onderzoek, zegt Van de Peer. “Ik kan geen voorspellingen doen, maar ik denk dat het niet zomaar een trend is, zeker omdat er een steeds grotere bezorgdheid is voor het klimaat. Uit duurzaamheidsoverwegingen hoop ik dat het blijft. Het zou fijn zijn als de jonge generatie voortrekker is van een nieuwe vorm van kledingconsumptie.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel , Shop , Economie , tweedehands , vintage , Melting Pot , think twice , Oxfam , Spullenhulp , Mode

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni