Absenteïsme bij Brusselse overheidsinstellingen stijgt voor derde jaar op rij

In 2018 waren er meer afwezigen bij de Brusselse overheidsinstellingen dan het jaar ervoor. Dat blijkt uit cijfers die parlementslid Benoît Cerexhe (CDH) opvroeg. Gemiddeld ligt het afwezigheidspercentage op 8,85 procent, tegenover 8,16 procent in 2017.

Het Centrum voor Informatica voor het Brussels Gewest (CIBG) lijkt een statistische uitschieter. Vorig jaar lag het absenteïsme bij de dienst op 19 procent, een stijging met maar liefst 10,19 procent ten opzichte van 2017. Maar daar is een goede verklaring voor: "Er werken maar vier vaste ambtenaren voor de CIBG, één van hen heeft gezondheidsproblemen," vertelt Tony De Coux, de communicatieverantwoordelijke van de dienst aan BRUZZ.

Op nummer twee staat Innoviris, het Brussels Instituut voor Onderzoek en Innovatie, met 15,91 procent. Maar dat cijfer heeft betrekking op alle afwezigheden van het personeel (loopbaanonderbrekingen, zwangerschapsverlof, ...), reageert het instituut. De top drie wordt afgesloten door het gewestelijk parkeeragentschap parking.brussels, met 11,70 procent.

Bij Finance Brussels en Net Brussel waren er in 2018 net minder afwezigheden, respectievelijk 1,10 procent (een daling van 0,13 procent) en 7,21 procent (een daling van 0,76 procent tegenover 2016), om precies te zijn.

Volgens Cerexhe moeten er dringend maatregelen genomen worden. “De cijfers stijgen al drie jaar op een rij. De wet voorziet mogelijkheden om mensen terug te integreren op de werkvloer, laten we die systematisch toepassen. Daarnaast moeten we objectieve criteria vastleggen om te bepalen in welke gevallen er een controlearts moet gestuurd worden." Ten slotte wil Cerexhe het aantal ziektedagen zonder doktersbriefje beperken.