'Brusselse lokale besturen kunnen kostenexplosie de baas'

Net als hun Vlaamse tegenhangers, kunnen de gemeenten in Brussel een "kostenexplosie" de baas. Door de inflatie stijgen de (fiscale) inkomsten namelijk mee. Dat besluit Belfius donderdag in de jaarlijkse studie (2023) naar de lokale financiën.

Na twee coronajaren zagen de negentien Brusselse steden en gemeenten in 2022 een ongeziene financiële crisis sinds de jaren 80. Ook in Brussel joeg de inflatie de personeels- en energiekosten fors de hoogte in. In de begroting 2023 van de Brusselse negentien bespeurt Belfius 11 procent hogere gewone uitgaven, of 3,01 miljard euro in totaal.

Daar tegenover staat een stijging met 12,5 procent van de gewone ontvangsten tot 3,02 miljard euro. In de hoofdstad zorgt de inflatie en bijhorende indexering enerzijds voor hogere inkomsten uit belastingen, fondsen en toelagen. Maar om de begroting in evenwicht te houden, hebben acht van de negentien zelf ook de opcentiemen op de onroerende voorheffing verhoogd.

Belfius maakt voorts gewag van een "lokale taxshift" die zich blijft doorzetten in de hoofdstad: al jaren daalt de gemiddelde aanslagvoet van de aanvullende belasting op de personenbelasting (waarin de belasting op arbeid zit), terwijl de gemiddelde aanslagvoet bij de onroerende voorheffing (belasting op eigendom) al langer toeneemt.

De Brusselse steden en gemeenten realiseren samen een "bescheiden" overschot. Dat overschot neemt in vergelijking met Vlaanderen meer af en de reserves dalen structureel.