Over de aanpak van deze coronacrisis is hier al veel gezegd en geschreven. Het mag duidelijk zijn dat de Brusselse beleidsmakers zeker in aanloop naar de tweede golf te laat hebben ingegrepen. Dat heeft ertoe geleid dat de situatie pijlsnel escaleerde, onze zorgverleners opnieuw zwaar onder druk kwamen te staan en onze stad op een bepaald moment dé coronahoofdstad van Europa werd. Eens te meer een reputatie die ik onze stad liever bespaard had gezien. In het buitenland, zeker, maar ook in eigen land.
Want laten we wel wezen: 2020 zal niet de geschiedenisboeken ingaan als het jaar waarin de Belg zijn hoofdstad opnieuw omarmde. De mensen die dankzij hun pendeltraject al een stukje van de stad te zien kregen, bleven noodgedwongen thuis met hun scherm als venster op de wereld. Zij die geregeld naar Brussel afzakten voor een dagje shoppen, waren er ook aan voor de moeite. En zij bij wie de stad sowieso al onbekend en dus onbemind is, zullen zich alleen maar gesterkt voelen in hun vooroordelen over Brussel. Voeg daar opnieuw enkele gewelddadige rellen aan toe en een aangekondigde kilometerheffing die voor de pendelaar neerkomt op een ondubbelzinnige stadstol, en de rekening voor Brussel in 2020 ligt al klaar.
Uit al het bovenstaande concludeer ik twee dingen. Dat we enerzijds kritisch moeten blijven voor de dingen die hier niet goed lopen. Wij als Brusselse media, maar ook wij als burger, zijn onszelf dat verplicht met het simpele doel om van Brussel een betere stad te maken om te wonen, te werken en een toekomst uit te bouwen. Maar misschien nóg belangrijker, want veel minder evident: we zijn het evengoed aan onszelf verplicht om Brussel uit te dragen als de ongemeen interessante, eclectische en prachtige stad die het is. Als de stad waar 183 nationaliteiten, opgehoopt op 161 vierkante kilometer, behoorlijk harmonieus samenleven. Waar de culinaire en artistieke scene amper haar gelijke kent in West-Europa. En waar ook in het horrorjaar 2020 wel degelijk stappen zijn gezet om van Brussel een leefbare stad te maken waar we allemaal trots op kunnen zijn.
Het is dát Brussel dat ik u zou willen vragen om uit te dragen. Het zal dit jaar niet aan de traditionele kersttafel zijn, waar u de bezorgde blikken van nonkels en tantes zal weerleggen met al het moois dat in Brussel te ervaren valt. Maar ik vertrouw erop dat u, op uw eigen creatieve manier, deze stad bekend en dus bemind zal maken. Ik beloof u van onze kant hetzelfde.
Ik wens u verder heel warme feestdagen en al het beste voor 2021 toe,
BRUZZ-redactiechef Mathias Declercq.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.