Vervoort wil 'achterhaalde' taalwetgeving moderniseren

© Belga
02/10/2018
Updated: 02/10/2018 18.01u

Voor Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS) is het essentieel dat "op een dag het nodige gezond verstand gevonden wordt om te komen tot een modernisering van de taalwetgeving", die volgens hem "ondertussen compleet achterhaald is". Dat verklaarde hij dinsdag in het Brussels Parlement. N-VA reageert verbolgen.

Dat antwoordde de minister-president op interpellaties van Dominiek Lootens (Vlaams Belang) en Paul Delva (CD&V) over het taalrapport 2017 van de vice-gouverneur, waaruit blijkt dat er nog nooit zo veel benoemingen van Brussels gemeentepersoneel geschorst werden wegens schending van de taalwetgeving.

Lootens klaagde in juni aan dat uit het taalrapport van de vice-gouverneur gebleken was dat in 2017 73,17 procent van de benoemingen binnen de Brusselse gemeenten in strijd was met de taalwetgeving. In 2012 was dat nog 58,11 procent. Bij de OCMW's liep dat zelfs op tot 94,4 procent (tegen een kleine 80 procent zes jaar eerder).

Vervoort wees erop dat de Brusselse regering al in 2008 tot de bevinding gekomen was dat de taalwetgeving die in Brussel geldt, aan modernisering toe is. De minister-president wijst naar de federale regering, die ondanks arresten van het Grondwettelijk Hof en het Europees Hof van Justitie geen enkel initiatief genomen heeft om de taalwetten aan te passen "zonder afbreuk te doen aan de taalvaardigheden van de ambtenaren van de plaatselijke besturen, waaraan alle leden van mijn regering gehecht zijn".

'Dienstverlening niet in gevaar brengen'

De Brusselse regeringsleider benadrukte voorts dat hij "de voogdij niet op zodanige wijze zal uitoefenen" dat het onmogelijk wordt om personeel aan te werven, waardoor de continuïteit van de openbare dienst ernstig in gevaar zou komen. Daarom is het voor Rudi Vervoort essentieel dat de taalwetgeving, die in 1966 gecoördineerd werd - "dat is lang voor het gewest bestond" -, gemoderniseerd wordt.

Ondertussen blijft het gewest volgens hem alles in het werk te stellen om het aanleren van talen te bevorderen. "Maar als we niet willen dat dit debat nog vele jaren gevoerd moet worden, zullen we op een dag toch 'de koe bij de horens moeten vatten' en de wetgeving op het taalgebruik moderniseren", aldus Vervoort.

"De minister-president van het tweetalige Brussel kiest er voor om het Nederlands actief af te bouwen"

Liesbeth Dhaene (N-VA)

Liesbet Dhaene, lijsttrekker N-VA in Oudergem.

"In plaats van op te treden tegen deze onwettige benoemingen en de Nederlandstalige dienstverlening in Brussel te garanderen, kiest de minister-president van het tweetalige Brussel ervoor actief het Nederlands af te bouwen", besluit Brussels N-VA-parlementslid Liesbet Dhaene uit het antwoord. "Dit is ronduit een schande!"

Volgens Dhaene is het aantal onwettige benoemingen enkel te verklaren door een manifeste onwil om een Nederlandstalige dienstverlening te garanderen, zowel bij de gemeenten zelf als bij de Brusselse regering, die weigert op te treden.

'Pas taalwetgeving toe'

Paul Delva, parlementslid voor CD&V, ziet de suggestie van minister-president Vervoort om de taalwetgeving aan te passen aan de sociologische realiteit niet zitten: "De taalwetgeving is er gekomen omwille van een reden, namelijk dat inwoners in beide landstalen kunnen worden geholpen. Laten we dan de taalwetgeving zoals ze is toepassen," klinkt het.

Hij stelt voor om een aantal good practices te bundelen en te delen onder de verschillende Brusselse lokale besturen. Zo zouden vacatures naar Nederlandstalige scholen moeten worden verstuurd of via Nederlandstalige kanalen of websites verspreid.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel, Politiek, Taal, Nederlands

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni