Portret

Brussel herdenkt 76 straatdoden: 'Alexandre had zo'n mooi hart'

SB
© BRUZZ
25/05/2022
Updated: 25/05/2022 15.28u

Op het Brusselse stadhuis worden vandaag 76 straatdoden herdacht door de Stad Brussel en het Collectief Straatdoden. Die organisatie zet zich in om (ex-)daklozen elk jaar te herdenken. Een van hen is Alexandre. "Hij leefde zoals hij dat zelf wilde."

Na twee online edities, door de coronacrisis, kan de herdenking dit jaar weer doorgaan op het stadhuis in Brussel. De Stad Brussel en het Collectief Straatdoden zetten zich sinds 2005 in voor een waardig afscheid van Brusselse straatdoden. De term ‘straatdoden’ verwijst naar overledenen die ooit op straat hebben geleefd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Tijdens de herdenking zullen getuigenissen van familieleden, symbolische getuigenissen en liederen van het koor Les Choux de Bruxelles worden voorgedragen. Burgemeester Close zal de plechtigheid inleiden. Het Brusselse Dichterscollectief zal een litanie voordragen van 76 gedichten, een gedicht voor elke overledene. Later zal voor elke straatdode een symbolisch lieveheersbeestje opgehangen worden aan de herdenkingsboom op het Albertinaplein, gemaakt door het creatieve atelier van Nachtasiel Hoeksteen.

Toename afremmen

Onder de 76 straatdoden van 2021 werden 66 mannen en 10 vrouwen geteld. Zij waren tussen de 22 en 80 jaar oud. De meesten onder hen waren Belgen, daarnaast was er ook een groot aantal Poolse en Roemeense straatdoden. Het aantal gaat in stijgende lijn, in 2020 ging het nog om 69 straatdoden.

Bijna de helft van de straatdoden stierf in een ziekenhuis, een kwart stierf in de openbare ruimte. Dat wil zeggen: op straat, in een parking, een metrostation, een park, een tent, het kanaal.

Van de 76 straatdoden leefden 37 mensen op straat op het moment van overlijden. Het Collectief pleit dan ook voor een verbetering van de toegang tot waardige en toegankelijke huisvesting, gecombineerd met een begeleiding op maat, om zo de toename af te remmen.

alexandre.jpeg

| Alexandre

‘Hij had zo’n mooi hart’

Alexandre is een van de overledenen die vandaag worden herdacht. Hij stierf op 23-jarige leeftijd. Zijn moeder, Christine, praat graag over haar zoon, die ze ook wel “mon grand” noemde.

Alexandre werd geadopteerd uit Colombia toen hij vier jaar oud was, daarna groeide hij op in Doornik. Hij had het niet altijd makkelijk. Van jongs af aan voelde hij zich anders en onbegrepen.

“Hij was zo’n mooi kind. Intelligent ook, hij ging bijvoorbeeld elke zaterdag met mij mee naar de bibliotheek. Hij kwam daar vooral in contact met volwassenen, vriendjes van zijn eigen leeftijd had hij niet echt,” vertelt Christine. Hij voelde zich vaak niet goed op school en wilde niet meer gaan op zijn vijftiende. “Hij had hoogtes en laagtes. Als hij pijn had, dan verstopte hij zich zoals een gewond dier, dan hoorde je hem niet. Op zijn hoogtepunten was hij een verleider, dat had hij als kind al. Hij wou er goed uitzien en had gevoel voor mode,” zegt Christine.

Christine ontmoet Philippe van l’Ilot, een centrum waar daklozen en mensen in een kwetsbare situatie terecht kunnen. “Hij leefde een duister leven,” zegt Philippe over Alexandre. Brussel was volgens Christine en Philippe een stad waar Alexandre anoniem kon leven en toch een vorm van erkenning kon vinden. “Hij had een zekere dualiteit in zich. Enerzijds probeerde hij zich te marginaliseren, zodat mensen niet naar hem zouden kijken. Anderzijds wilde hij net de aandacht trekken,” vertelt Christine.

Zo had hij opmerkelijke tattoos in het aangezicht. “Dat was iets dat enkel hem toebehoorde,” zegt Philippe daarover. Zijn tattoos maakten hem speciaal. “Hij wilde een soort vrijheid. Vooral niet afhankelijk zijn van iemand anders, van een tijdschema. Als hij met mij kwam praten, ging dat over alles en niets. Over zijn tatoeages, bijvoorbeeld. Welke er nog gingen komen, hoe hij dat linkte aan zijn roots,” vertelt Philippe.

“Ik zal altijd van je houden. Ik ben fier dat ik aan jouw zijde heb mogen staan. Ik mis je"

Christine, moeder van Alexandre

“Hij had zo’n mooi hart,” vertelt iemand in het centrum waar hij twee à drie maanden kwam. “Maar niet iedereen accepteerde hem, omwille van zijn tattoos en zijn geaardheid. Dat is zo jammer. Iedereen moet het recht hebben zichzelf te kunnen zijn,” vertelt de man geëmotioneerd. “Uiteindelijk leefde hij zoals hij dat zelf wilde.”

Christine schreef een boek over haar zoon: Il vient d’ailleurs. Dat eindigt met een brief aan Alexandre. “Ik zal altijd van je houden. Ik ben fier dat ik aan jouw zijde heb mogen staan. Ik mis je. Jij, mijn geschenk van de hemel, mijn ster. Jij, diegene die ergens anders vandaan komt.”

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni