In 2024 registreerde Unia in Brussel 208 klachten over discriminatie op het werk – een record. Natali Tshepupu is één van de gedupeerden: een mogelijke werkgever noemde haar in een mail 'goed, maar zwart en wat ouder'. De arbeidsrechtbank gaf haar gelijk. "Mensen kennen hun rechten steeds beter en zijn vaker bereid om een melding te doen."
Els Keytsman van Unia vertelt bij Lilith over klachten over discriminatie op het werk.
Klachten over discriminatie op het werk nemen toe: ‘Niet slecht, maar oud en zwart’
Lees ook: Unia noemt Brussel ‘voortrekker’ door wetgeving die aanpassingen voor mantelzorgers oplegt
In mei oordeelde de arbeidsrechtbank dat Natali Tshepupu slachtoffer was van discriminatie, zowel op basis van huidskleur als op basis van leeftijd. De rechtbank kende haar een dubbele schadevergoeding toe: twee keer zes maanden brutoloon, omgerekend een bedrag van ruim 20.000 euro.
"Natuurlijk was dat goed nieuws: er was gerechtigheid geschied," zo blikt Tshepupu er een half jaar later op terug. Ter herinnering: toen Tshepupu in mei 2022 via Actiris solliciteerde om als boekhouder aan de slag te gaan bij een bedrijf in Grimbergen, kreeg ze per ongeluk een interne mail over zichzelf in haar mailbox. “Niet slecht, maar oud en zwart”, schreef de HR-medewerker naar de CEO.
"Actiris heeft destijds geprobeerd met het boekhoudkantoor contact op te nemen om een oplossing te zoeken. We hebben alles gedaan om te onderhandelen. Uiteindelijk heeft Unia zich burgerlijke partij gesteld," zegt Tshepupu. "Het vonnis liet zien dat niet alle demarches voor niets waren geweest: we zijn tot het einde gegaan en hebben gewonnen."
In mei van dit jaar, toen het vonnis bekend werd, stond het verhaal van Tshepupu in alle kranten. "Dat was geen evidente keuze. Maar uiteindelijk besefte ik: het gaat niet alleen om mij, er zijn ook anderen in een gelijkaardige situatie. Ik kon een stem zijn voor hen." De werkgever die haar niet lang na de discriminerende e-mail aanwierf, was begripvol. "Mijn manager heeft zelfs in de rechtbank getuigd over mijn kwaliteiten en mijn contract is twee jaar later ook verlengd," zegt de administratief bediende, die nog steeds in Brussel woont en werkt.
Tshepupu is niet de enige die te maken krijgt met discriminatie op de arbeidsmarkt. In het jaar 2024 ging het grootste aantal klachten die Unia ontving daarover, zo blijkt uit het laatste jaarverslag. Er kwamen in totaal 505 meldingen binnen over werk, goed voor bijna vier op de tien meldingen in het gewest.
Niet elke melding wordt onderzocht en sommige meldingen worden gebundeld: Unia startte in 2024 in totaal 208 onderzoeken op. Dat is het hoogste aantal van de afgelopen jaren. Ter vergelijking: in 2023 werden er 192 dossiers geopend. De jaren daarvoor schommelde het cijfer tussen de 136 (2022) en 178 (2020).
Zoomen we in, dan zien we dat het verhaal van Tshepupu niet uniek is in zijn soort. Van de 208 dossiers gingen ruim 65 dossiers over discriminatie op basis van raciale kenmerken, of ruim 31 procent. Daarna volgden klachten over handicap (57 dossiers, goed voor 27 procent) en over levensbeschouwing of religie (40 dossiers, goed voor 19 procent).
In totaal kreeg Unia 1.293 meldingen van discriminatie in Brussel en werden 487 dossiers geopend om een klacht te onderzoeken. Mogelijk ligt het werkelijke aantal mensen dat met discriminatie te maken krijgt, nog veel hoger. “Veel mensen kennen Unia niet of durven hun ervaring niet te melden,” klinkt het.
Toch toont het feit dat het aantal klachten voor discriminatie op de arbeidsmarkt blijft stijgen, dat er een kentering is. “Mensen kennen hun rechten steeds beter en zijn vaker bereid om een melding te doen,” verklaart Unia-woordvoerder Carole Poncin.
Tips van Unia voor een inclusieve werkvloer
- Overheid moet goede voorbeeld laten zien:
Lokale en regionale besturen moeten het eigen personeelsbestand onder de loep nemen en daarna diversiteitsplannen invoeren. Zo kan de overheid zorgen voor een betere mix van bijvoorbeeld leeftijd, afkomst en handicap.
- Voeg antidiscriminatieclausule toe aan overheidsopdrachten:
Bedrijven die een overheidsopdracht uitvoeren, moeten verplicht worden om non-discriminatie en gelijke kansen te respecteren. Bij grote opdrachten kan gevraagd worden om extra stappen te zetten, zoals een actieplan maken of het volgen van een opleiding over discriminatie via het gratis online leerplatform van Unia, eDiv.
- Voer meer proactieve discriminatietesten uit:
Discriminatie bij aanwerving is vaak moeilijk te bewijzen. Daarom pleit Unia voor het proactief inzetten van praktijktesten en mystery shopping. Sinds juni 2023 mogen inspectiediensten dat proactief doen, ook zonder melding.
Stereotypen en vooroordelen
Opvallend: Brussel is het Belgische gewest met de meeste meldingen van discriminatie op de arbeidsmarkt, maar het is tegelijk ook de plek waar via Unia de meeste opleidingen bestaan over de problematiek. Daarmee duikt een mogelijke extra verklaring op voor de stijging van het aantal meldingen van discriminatie: "Er kan een link zijn tussen het aantal vormingen in Brussel en het aantal meldingen," beaamt Poncin.
In 2024 ging bovendien ruim 70 procent van die opleidingen specifiek over discriminatie op het werk. Unia werkte samen met Actiris, de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (GOB), het agentschap Equal.Brussels en de Franse Gemeenschapscommissie Cocof om onder meer leidinggevenden te trainen in het herkennen van stereotypen en vooroordelen.
'Een voorbeeldrol'
Ook bij het Brussels agentschap voor Gezondheid en Bijstand aan Personen, Vivalis, zette men concrete stappen. Volgens Marguerite Artigny, twee jaar diversiteitsmanager bij Vivalis, heeft een publieke instelling een voorbeeldrol. Daarom werkte ze samen met Unia.
In 2024 onderzocht Unia via een audit het volledige rekruteringsproces, van de vacaturetekst tot het moment dat een kandidaat aanvaard wordt. Ook kreeg elke hr-medewerker een opleiding over antidiscriminatiewetgeving en onbewuste vooroordelen. Een jaar na de opleiding door Unia merkt Artigny duidelijke veranderingen: "Méér kandidaten durven een handicap te vermelden in hun sollicitatie. Ook collega’s stellen vaker vragen over diversiteit."
Opleidingen zijn een stap in de goede richting, zegt Tsepupu. Maar échte verandering vraagt tijd en volgehouden inspanningen. Volgens haar moet vooruitgang van twee kanten komen. Enerzijds spelen de instellingen die rond diversiteit en integratie werken een cruciale rol bij een mentaliteitswijziging. "De mentaliteit moet evolueren," benadrukt ze. Dat is volgens haar een langzaam proces. "Haat en vooroordelen zijn vaak diep verankerd in families, en de groei van extreemrechts maakt de situatie er niet makkelijker op."
Anderzijds is er de bereidheid om discriminatie te melden, en daar ziet ze al verbetering. “De generatie van onze ouders was veel banger, we kwamen niet op voor onze rechten. Vandaag kennen we die rechten veel beter en durven we ze opeisen.” Dat er organisaties zijn die slachtoffers bijstaan, maakt volgens haar echt een verschil. "Discriminatie heb ik altijd ervaren, maar weten dat ik me kan verdedigen is enorm belangrijk. Wat vroeger door onze ouders werd verdragen, accepteren wij vandaag niet meer."
Lees meer over: Samenleving , discriminatie , Unia