Beeldspraak caféterras met geklede aap in Brussel in 1932

| Caféterras, Brussel, 1932.

Column

Beeldspraak: Café, vriend van de rekening

Michaël Bellon
© BRUZZ
22/06/2019

Elke week verzint Michaël Bellon een nieuw onderschrift bij een oude persfoto. Deze week: een Brussels terras in 1932.

Op verschillende plaatsen in de stad zijn er huizen waar je gewoon kan binnenlopen, je kan neerzetten, en vragen om een Taras Boulba, of een Orval van zes maanden oud. Iemand anders, die eigenlijk ook niet in dat huis woont, komt dat dan brengen.

Het is een sterk concept, dat misschien enigszins verwonderlijk ‘café’ wordt genoemd, omdat je in theorie ook een koffie zou kunnen bestellen, die dan óók zou worden gebracht, meestal zelfs meteen met melk, suiker en speculaas erbij, al kan je die extraatjes ook allemaal laten liggen als je ze niet hoeft.

In ruil vraagt niemand je wat in zo’n café. Je kan er dus sociaal drinken zonder sociaal te moeten zijn, en zonder je iets aan te trekken van het leeggoed achteraf. Het is als een extra huis, maar dan zonder de afbetaling, en zonder claim van gezinsgenoten op je doen en laten, dat er zonder hen wel even anders uitziet.

Het is een vorm van cohousing, maar dan zonder conflicten met inwonende bemoeiallen die je sarcastische benadering van hun bekrompen ideeën niet lusten, in tegenstelling tot de blaadjes van de woekerende basilicum naast de verroeste stoelen op de gemeenschappelijke daktuin, die sinds de uit de hand gelopen gemeenschapsraad trouwens door iedereen wordt gemeden.

"Je betaalt in een café alleen voor je consumpties. Reken dat uit per maand en je zou je kunnen afvragen waarom niet iedereen permanent op café woont"

Michaël Bellon, columnist bij BRUZZ

michael bellon

En de geldsom die tegenover al die voordelen staat is belachelijk laag, want je betaalt in een café alleen voor je consumpties. Reken dat uit per maand en je zou je kunnen afvragen waarom niet iedereen permanent op café woont. Al heb je natuurlijk al langer in de gaten dat mensen voortdurend tegen hun eigenbelang in handelen.

Het enige nadeel van goede cafés is dat je er als vaste klant toch een band met bijhorende praatjes en sociale plichtplegingen mee riskeert op te bouwen. Vooral dan met de ober, die je zowel bij de bestelling, het serveren als de betaling te woord tegenkomt. Een goede ober houdt die contactmomenten dan ook zakelijk, waardoor het soms lastig is hem te pakken te krijgen voor de afrekening.

Daarom vraag ik de rekening meestal vanop een afstand, door met twee duimen en wijsvingers een vierkant in de lucht te tekenen. Dat vierkant is een adequate uitbeelding van het kasticket, zeker als ik ondertussen ook mijn mond in de stand zet die hoort bij de ‘e’ van ‘rekening’, of de ‘a’ van ‘addition’. Als de ober dan knikt, volgt er altijd een klein moment van opluchting om het tot stand gebrachte contact.

Ook al is het nog nooit gebeurd dat de ober mijn teken niet begrijpt. De kans dat ik na het legen van mijn glas en het dichtritsen van mijn jas met dat vierkant in de lucht nog aangeef te willen proeven van de huisgemaakte ravioli, is namelijk klein.

De context wijst zo dwingend naar de betekenis dat ik zelfs elke keer een ander teken zou kunnen maken. Bijvoorbeeld mijn linker- en rechterhand afwisselend met sierlijke golfbewegingetjes van mijn romp weg laten zwemmen, of rechtstaan en met een denkbeeldige houten lepel in een denkbeeldige tinnen pot roeren. Ook daaruit zou de ober dan glimlachend concluderen dat ik om de rekening vroeg.

Maar dat zou het soort affectieve band met de ober bevorderen dat we per se wilden vermijden. Dus brengen de veranderende betaalgewoonten in de horeca misschien soelaas. Vroeger waren er cafés waar je op de poef kon drinken. Daarna verschenen er spreuken achter de toog dat de cafébaas geen krediet verstrekte en werd het de gewoonte te betalen bij je vertrek.

Recenter is het fenomeen dat je moet afrekenen wanneer je je bestelling krijgt, en meer en meer vraagt men nu zelfs al te betalen wanneer je je bestelling plaatst.

Dra komt dus de tijd dat je vóór je komst al krediet kan storten op een lopende rekening, waardoor de sociale interactie tot een minimum wordt herleid en je pas echt kan doen alsof je thuis bent.

Column: Beeldspraak

Elke week voorziet Michaël Bellon een oude persfoto van een nieuw onderschrift in zijn column Beeldspraak.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel, Column, Column: Beeldspraak, caféterras, aap, 1932

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni