"Frans was een verschrikking. Een gesel gods. De taal van de vijand. Toch?" Kris Cuppens over hoe hij verliefd werd op een meisje en haar taal.

Ongeveer 35 jaar geleden stuurde mijn vader me op taalkamp. Mijn vader was Volksuniemandataris, zij het een progressieve. Had Schumacher's 'Hou het klein' gelezen, over kleinschaligheid, integraal federalisme, inspraak en vergaande democratisering. Maar hij was anderzijds een man van weinig woorden. Met zijn 120 kg en 1m 85 had hij die ook niet nodig. Mijn mening over het nut van een taalkamp werd dan ook niet gevraagd.

Frans was een verschrikking. Een gesel gods. De taal van de vijand. Toch? Over Brel en zijn 'les F...' werd er in die dagen gesproken als over de baarlijke duivel. Dus, toen mijn vader me naar Dinant bracht, bereidde ik me voor op het ergste. De citadel beloofde niet veel goeds. En het streng katholieke internaat, waar we werden ondergebracht, nog minder. Elk een klein kamertje, op een lange gang.

Ik had geen wekker. Vroeg in gebarentaal, erbarmelijk Frans, en met een kop zo rood als een biet, het meisje in het kamertje tegenover me om me zonodig te wekken.

En plots viel ik voor dat meisje. En met het meisje voor de taal. Een openbaring, die eerste woorden Frans tegen haar die mijn eerste liefje werd. Ik hou, sindsdien, van allebei.

In de politieserie 'Heterdaad', waar Brussel als een Vlaamse stad werd opgevoerd, pleitte ik indertijd voor de aanwezigheid van Franstalige acteurs. Zo maakte ik kennis met de actrice Yvette Merlin, die nieuwsgierige neus Joachim Lafosse meebracht. Met hem werkte ik, toen hij als regisseur afstudeerde aan het IAD, aan films zoals 'Folie Privée' en 'Ca rend heureux', waar naast het Frans ook het Nederlands een plaats kreeg.

Met de dramaopleiding van het Lemmens instituut, waar ik de artistieke coördinatie betracht werkten we met datzelfde IAD van Louvain-La-Neuve, -ja, die van Walen buiten- aan het 'Transfer(t)s' project.

Studenten van Louvain-La-Neuve werden gedurende drie weken ingebed bij families in Mechelen. Studenten uit Leuven werden ingebed in Charleroi. Ze kregen les van andere docenten, in een taal die de hunne niet was, zagen KV Mechelen vs. Sporting Charleroi, en gingen op zoek naar de hartenklop van de buren. Van hun bevindingen maakten ze elk een theatervoorstelling, met medewerking van o.m. Paul Pourveur en Michaël de Cock, en hielden elkaar, met veel sympathie en voor een enthousiast publiek, een spiegel voor.

Sluipend gif
Toch heeft mijn liefde voor het Frans, ook nu en dan een stevige knauw gekregen. Misschien ook omdat ik niet wens te verloochenen wie of wat ik ben, en als Nederlandstalige Brusselaar op mijn strepen sta. Enfin, de gewoonlijke akkefietjes, quoi.

In de spoed van een ziekenhuis in het Nederlands uitleggen dat je vrouw je eerste kind aan het verliezen is en te horen krijgen: 'Mais monsieur, votre femme est peut-être enceinte?' Je zoon na een ongeval willen bezoeken en aan het onthaal is er niemand die weet wat het woord 'kamer' betekent. In het gemeentehuis van Schaarbeek voor de zoveelste keer verwezen worden naar waar je niet moet zijn. La langue d'amour is dan ver zoek.

Ik erger me, na al die jaren, nog steeds aan het gemak waarmee dit soort ongemak wordt weggewuifd als een 'accident de parcours', of van mijn kant als 'principe reiterei'. De afbouw van de officiële tweetaligheid in Brussel is echter een sluipend gif. En wordt gaandeweg ook openbaar bepleit. Op zo een moment als Brusselse Vlaming de middelvinger opsteken naar Vlaanderen, Brussel als volwaardig gewest promoten en geloven dat het met de verfransing best zal meevallen is behoorlijk naïef. Evenals het ontkennen dat de tweetaligheid in Brussel werd bekomen in ruil voor het vergrendelen van een Vlaamse meerderheid: faut le faire.

Mijn vader indachtig die, uit voorzienigheid, voor de meest memorabele vakanties uit mijn jeugd zorgde, stuur ik, op mijn beurt, mijn zonen en dochter op taalkamp. Ik leg niet zoveel gewicht in de schaal als mijn vader dat ooit kon, dus er zijn wat woorden aan voorafgegaan. Vervolgens maakte ik van mijn hart een steen en dropte mijn huilende zoon van bijna 7 bij de Franstalige scouts. En zie: dit weekend gaat hij al op kamp! En mijn dochter zingt ondertussen France Gall. Want als je de ander al niet verstaat? Hoe kan je hem of haar dan ooit omarmen? Hoe kan je, durf je dan beweren dat je dat ook werkelijk wil?

Jaren geleden ontdekte ik dat de organisatie van het taalkamp van uit het 'Institut Sainte-Marie La Sagesse in Schaarbeek opereerde. Met een hele bende oud-leerlingen zijn we er zelfs ooit samengekomen, voor een optreden van 'Les Poppys'.

Non, non, rien n'a changé. Tout, tout à continué. Hé! Hé.

Inderdaad.

Kris Cuppens (48) is acteur en theatermaker en woont in Schaarbeek. Dit is de tweede aflevering van zijn tweewekelijkse column voor brusselnieuws.be.

Kris Cuppens

Kris Cuppens (48) is acteur en theatermaker en woont in Schaarbeek. Voor brusselnieuws.be schrijft hij een tweewekelijkse column.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Column , Kris Cuppens

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni