© BRUZZ | Loofstraat, 1000 Brussel

Smalle straten en dikke auto’s: 'Eis je plaats op als fietser'

AD
© BRUZZ
03/02/2023

De Priemstraat, Rouppestraat, Cuerensstraat en Vlaamsesteenweg,... Het zijn maar een paar van de vele, smalle wegen waar je ondanks het eenrichtingsverkeer in beide richtingen mag rijden met de fiets. In theorie mag je als fietser gewoon tegen het verkeer inrijden, maar in de praktijk is dat allesbehalve evident omdat er simpelweg te weinig plaats is.

Vaak zie je vanop afstand al dat het als fietser onmogelijk is om tegen het verkeer in te rijden. Waarom zijn dit soort straten dan zo talrijk?

Fietsvriendelijke stad

“Het idee is om de zogezegde permeabiliteit van de stad groot te houden voor fietsers”, zegt Geert Te Boveldt, expert stedelijke mobiliteit en openbaar vervoer aan de VUB. “Bedoeling is dat fietsers zo weinig mogelijk obstakels tegenkomen en zo min mogelijk omwegen moeten maken. Het feit dat je als fietser in Brussel bijna overal in mag en je reis niet hoeft te plannen, is een heel groot voordeel", legt hij uit.

Te Boveldt wijst er ook op dat in dit soort straten de maximumsnelheid over het algemeen 30 kilometer per uur bedraagt en het meestal ook verkeersluwe straten zijn. “Als een straat smal is, dan komt dat vaak omdat er ook auto’s geparkeerd staan. Het is aan het Gewest om de afweging te maken of die daar moeten blijven staan of geschrapt moeten worden om de straat toegankelijker te maken.”

Plaats opeisen

Volgens Te Boveldt is dit niet per se een Brussels, maar wel een stedelijk probleem. “Al is het wel een vrij typisch Brusselse oplossing om geen duidelijke keuze te maken en iedereen toe te laten”, gaat hij voort. “Een eenrichtinsstraat is een eerste stap in de goede richting, maar als men het STOP-principe hanteert dan zou er moeten worden nagedacht om net in die smalle straten de auto te weren. Dat is de meest duurzame oplossing, maar zoals we recent gemerkt hebben kan die ook tot lokaal verzet leiden.”

Als je in zo'n straat terechtkomt en merkt dat er weinig plaats is, is het volgens de mobiliteitsexpert belangrijk om te laten zien dat je er bent. "Maak oogcontact met andere weggebruikers en durf je plaats op te eisen. Het is ook belangrijk dat alle partijen - en dus ook fietsers, steppers en speedpedelecs - vaart minderen en de maximumsnelheid van 30 kilometer per uur hanteren."

Auto's worden breder

Een bijkomend probleem is dat auto’s almaar breder worden. Zo is een kleine Renault Clio volgens de Franse onderzoeker Aurélien Bigo sinds de jaren zestig liefst 16 centimeter breder geworden, terwijl de Brusselse straten niet zijn aangepast aan die grotere wagens.

Maesstraat
© BRUZZ | De Maesstraat in Elsene

Aan RTBF verklaart Elsense schepen Yves Rouyet dat die trend heel wat problemen met zich meebrengt. “Door de omvang van de voertuigen zijn de straten te klein om tweerichtingsverkeer en parkeren aan weerszijden mogelijk te maken”, aldus Rouyet. “Ik heb de indruk dat de fabrikanten zichzelf in de voet schieten met deze erg brede modellen, omdat wij als overheid bijna verplicht zijn om de plaats van de auto in de stad te beperken door parkeerplaatsen te schrappen of eenrichtingsverkeer in te voeren.”

Een voorbeeld is de Maesstraat in Elsene (zie foto hierboven). Daar werd onlangs eenrichtingsverkeer ingevoerd omdat er regelmatig spiegels werden afgereden en tegenliggers met elkaar in conflict raakten, met heel wat getoeter tot gevolg.

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni