En precies daar knelt het schoentje. De boswachters hebben tijdens de lockdowns en andere coronaperiodes veel schade gezien aan het bos. Door wandelaars die de paden niet respecteren, maar ook door baasjes die hun viervoeter graag vrij lieten rondlopen.
Er zijn in 2021 in Brussel vijftien reeënkadavers gevonden. Klaarblijkelijk gebeten door een hond. Ook voor veel andere zoogdieren en broed- en trekvogels vormen loslopende honden een steeds grotere bedreiging. Loslopende honden en natuurbescherming gaan nu eenmaal moeilijk samen.
Minister Alain Maron (Ecolo) gooit het daarom over een andere boeg. Hij wil het Brusselse boswetboek aanpassen. Honden verplicht aan de leiband, en dicht bij de toegangen van het bos afgebakende zones waar de hond vrij kan spelen. Zoals in Wallonië en Vlaanderen. Dat boswetboek moet wel nog in regering en parlement worden goedgekeurd. Aan de interpellaties te horen in het parlement wordt dat alvast geen sinecure.
Parlementsleden van Défi, PS en MR vinden dat de hondeneigenaars – er zijn 89.200 honden geregistreerd in Brussel – niet in de kou mogen blijven staan en pleiten voor het behoud van de vrije loop in het Zoniënwoud.
Het is voor Ecolo een delicaat dossier, want binnen dat wat volksere Brussel is er veel sympathie voor de hond en zijn baasje. Een petitie voor het behoud van de vrije loop in het Zoniënwoud heeft al bijna vierduizend handtekeningen opgeleverd. Te hard doorzetten met nieuwe regels kan Ecolo nog zuur opbreken.
En toch is het jammer dat er zo weinig begrip is voor het belang van die (stedelijke) biodiversiteit. Wat niet begrepen wordt, is dat we als mens deel uitmaken van een ecosysteem. En dat we goed op weg zijn om die traag maar zeker naar de verdoemenis te helpen. Specialisten achten de achteruitgang van de soortenrijkdom vandaag een even grote bedreiging voor de planeet als de opwarming van de aarde. Alleen zijn we ons daar niet zo van bewust.
Het is evident dat ook dichtbevolkte gebieden hun steentje moeten bijdragen in het behoud van die biodiversiteit. Vlaanderen heeft dat goed begrepen. Er zijn de laatste decennia grote natuurgebieden gevrijwaard, ook dicht bij steden. Ze trekken nieuw leven aan. Soorten die het vroeger moeilijk hadden, krijgen er opnieuw een kans. En als kers op de taart: de omwonenden worden er ook nog eens vrolijk van.
Er is de laatste tijd veel te doen over de kloof tussen burger en politiek. De politiek zou meer moeten luisteren naar de bevolking. Daar is zeker iets van aan. Maar als het over natuurbehoud gaat, heeft die natuur geen stem in het kapittel. Ze kan alleen lijdzaam ondergaan. Daarom moet de overheid, in de naam van het algemeen belang en de bescherming van de natuur, soms maatregelen nemen die minder populair zijn. Vandaar: om de reeën en andere dieren in het woud rust te geven, moeten die honden maar beter aangelijnd worden. En in afgebakende zones kunnen de viervoeters dan dartelen en spelen, terwijl de baasjes met elkaar keuvelen.
Op wat langere termijn komt dat de Brusselaar zeker ten goede. En de trots van de Brusselaar over de natuur en het groen in zijn stad kan nadien alleen maar groeien.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.