In de biowinkel herken ik een gezicht aan de kassa. “Speel jij niet in Roomies?” vraag ik. De acteur out zich opgetogen als Emax Lamoulie en helemaal niet afkomstig uit Luik, zoals zijn personage, maar Frankrijk. We blijken bijna buren.
“Jij hebt gewoon een goed oog voor bekend volk”, zegt mijn collega. Ze heeft een punt. Ik liep onlangs Romelu Lukaku tegen het lijf op de trappen van het Flageygebouw en wat later Axelle Red. Ik zag Stromae van een koffie nippen langs de Louizalaan. Keep it cool, dacht ik, en toch liet ik mijn bankkaart vallen. Ik woonde eens boven een Bekende Vlaming en tegenwoordig onder een volgende. Ik weet waar Lize Spit haar nagels laat lakken en waar Zwangere Guy zijn yogamat uitrolt. Waren deze whereabouts een bingospel, ik had een goedgevulde kaart.
“Zag jij ook de paus niet eens?” vraagt mijn collega. Misschien heeft die me gezegend met geluk in het bingospel. Ik nestel me in een wijnbar waar Angèle naar verluidt al eens vertoeft. Op hoop van zegen.
Eva Christiaens