Kathleen Stinckens (Comité P)
© Saskia Vanderstichele | Kathleen Stinckens (Comité P.)
Interview

Kathleen Stinckens van Comité P: ‘We zijn geen boze schoonmoeder'

HD
© BRUZZ
21/10/2019

Het Comité P heeft al zes klachten binnengekregen rond het politiegeweld van vorige week tijdens de actie van Extinction Rebellion. Dat meldt Kathleen Stinckens, die er bijna haar eerste jaar heeft opzitten als voorzitster van de politiewaakhond. Het publiek wijst vaak met beschuldigende vinger naar Comité P dat te laks zou optreden als agenten over de schreef gaan. "Wij geven aanbevelingen mee, maar kunnen niemand verplichten die instructies op te volgen."

Stinckens heeft er al een lange carrière in de rechterlijke macht opzitten. Sommigen kennen haar nog van haar optreden in ‘De Rechtbank’ op VIER, toen ze zetelde als politierechter in Leuven. In november 2018 maakte ze de overstap naar het Comité P.

Van waar kwam de keuze voor Comité P?

“Politiewerk heeft mij altijd geboeid. Als tiener ben ik zelfs gaan informeren bij de toenmalige rijkswacht om daar aan de slag te kunnen gaan. Maar ik voldeed niet aan de voorwaarden. Ik was te klein. Later begon ik ook het belang van goed en betrouwbaar politiewerk te zien. Het is dubbel: als magistraat zie je hoe moeilijk het politiewerk kan zijn, maar word je ook geconfronteerd met situaties waar dingen zijn gebeurd die niet door de beugel kunnen.”

Hoe blikt u terug op dat eerste jaar?

“Ik heb veel moeten studeren: de materie is nieuw, de werking is anders. Maar ik ken de politiewereld wel. Mijn man is ook korpschef: dus de problematiek van een politiekorps is wel iets wat thuis aan tafel ter sprake kwam. Die eerste maanden waren best wel pittig, maar ik ben goed omringd geweest.”

Wat zijn uw plannen als voorzitster?

“Ik ben niet gekomen om te hervormen. Ik heb mezelf een jaar gegeven om de organisatie te leren kennen. Wat goed werkt, werkt. Wat beter kan, moet veranderen, maar liefst zonder te bruuskeren. Wij zijn een collegiaal orgaan met 5 leden. De voorzitter heeft een paar extra functies, maar in principe nemen wij alle beslissingen samen. Ik heb vanaf het begin gezegd dat ik vooral wou investeren in betere communicatie. Ik wou een duidelijker beeld scheppen van waar het Comité voor staat en wat we doen. En zo het vertrouwen verbeteren. Mensen moeten kunnen vertrouwen in de beslissingen van het Comité P. Daarom is er zeker werk aan de winkel in de manier waarop wij communiceren.”

U lijkt zich dus bewust van de kritieken op het Comité P: te ondoorzichtig, te veel voor het ene of het andere kamp. Hoe werkt het in de praktijk?

“Als iemand niet tevreden is over de wijze waarop hij of zij behandeld is door de politie, kunnen zij bij ons online of aan het loket klacht indienen. Wij maken een dossier aan en bekijken hoe en door wie die klacht het best wordt behandeld. Voor veel zaken zijn wij niet bevoegd. . Als het gaat over disproportioneel geweld bij een manifestatie waarbij je bijvoorbeeld slagen hebt gekregen van een politieagent dan zijn dat strafrechtelijke feiten. Die moeten wij doorsturen naar het parket. Maar zij doen soms beroep op onze dienst enquêtes (red, onderzoekersdienst) voor hulp. Als het gaat over de wijze waarop de ordedienst werd voorbereid en de wijze waarop de instructies werden uitgevoerd op het terrein zelf, dan zijn wij wel bevoegd om dat uit te zoeken. We kunnen het onderzoek uitbesteden aan het intern toezicht van de politie zelf, maar bij ernstige feiten of als een leidinggevende betrokken is, gaan wij zelf het onderzoek doen. Burgers verwachten dat wij politie gaan bestraffen, maar dat mogen wij niet. Wij kunnen alleen zeggen dat er een tuchtonderzoek moet gebeuren. Wij geven eigenlijk vooral aanbevelingen om ervoor te zorgen dat in de toekomst bepaalde fouten niet meer gebeuren.”

'Ik vergelijk ons met een voetbalcoach. Wij analyseren de match en geven instructies aan de kapitein van de ploeg'

Kathleen Stinckens (Comité P)

Kathleen Stinckens (Comité P)

Dus de ‘politie van de politie’, klopt die beschrijving wel?

“De burger geeft veel macht aan de politie om veilig te zijn. Dus is er nood aan een extern orgaan dat controleert hoe de politie met die macht omgaat. Bij de burger leeft de perceptie dat wij alles met de mantel der liefde toedekken, de lieve mama die een oogje toeknijpt als er iets mis gaat. Binnen de politie ziet men ons soms als de boze schoonmoeder, die er genoegen in schept om bij alles met de boze vinger te zwaaien. Daarom zie ik ons ook niet als de ‘politie van de politie’ maar eerder als een voetbalcoach. Wij analyseren de match, leren uit fouten en geven instructies aan de kapitein van de ploeg om het beste uit zijn spelers te halen op het terrein, met als bedoeling de finale te spelen. We willen het beste uit de politie naar boven halen: dat ze beter hun werk kunnen doen en dat ze leren uit hun fouten."

Maar zonder sanctionerende bevoegdheid of dwingende maatregelen lijkt dat moeilijk. Is er dan geen stok achter de deur nodig?

“Wij kunnen niemand verplichten om die instructies op te volgen. Maar wij doen wel opvolgingsonderzoeken, en als je dan tegen iemand zegt ‘we hebben jou dit vijf jaar geleden al gevraagd’ zie je het schaamrood op de wangen snel komen. Wij hebben ook meer informeel overleg met de verschillende hoofden van lokale en federale politie. Maar wettelijke maatregelen opleggen kunnen wij niet. Wij kunnen enkel dingen meegeven.”

U kan niet communiceren over individuele klachten van disproportioneel geweld, maar we hebben wel een aantal spraakmakende manifestaties in Brussel achter de rug, zoals de gele hesjes en de Royal Rebellion. Hoe behandelen jullie zulke klachten?

“Ik kan alleen maar zeggen dat er momenteel (red, vrijdag) zes klachten zijn binnengekomen over Extinction Rebellion. Maar wij zijn niet wereldvreemd, wij volgen de pers. Nog voor er klachten binnenkwamen vroegen we al informatie op en bespraken we de dingen al intern. Dat werk ziet de burger niet. Het is niet dat we vanuit onze zetel zitten te wachten tot er iemand klacht indient. Als er meerdere klachten binnenkomen, gaan we die in eerste instantie groeperen. Dan nemen we het operatie-order (red. een draaiboek van hoe men moet handelen) erbij: hoe zijn de dingen vooraf ingeschat? is dat order ook tijdens het evenement nageleefd? Wat waren de instructies van de bestuurlijke overheid? Pas dan kijken we terug naar de individuele klachten: is iets gradueel opgebouwd zoals de deontologische code aangeeft? Zijn er voldoende waarschuwingen gegeven? Of is men direct met het wapen gaan klaarstaan? Om dat vast te stellen, moeten we teruggrijpen naar de ‘goede huisvader politieagent’ en hoe deze zou reageren in die omstandigheden. Heeft de agent in kwestie correct gehandeld, of is die over de lijn gegaan? Maar dat het op een bepaald moment tot interacties tussen burger en politieagent komt is niet zo raar. Als de instructie gegeven wordt om een kruispunt vrij te maken en de manifestant gaat niet weg na waarschuwingen, dan rest er de agent weinig andere mogelijkheden dan op een gegeven moment fysiek contact te maken. Disproportioneel of proportioneel gebruik van geweld wordt dus in ieder zaak geval per geval bekeken.”

Bij een manifestatie zoals Extinction Rebellion: wat is dan de reactie van een goede huisvader politieagent?

“Dat is altijd verbonden aan een specifieke context. Maar als ik op straat zit en men zet onmiddellijk de grote middelen in zonder eerst mondeling te vragen om op te stappen, dan zal dat waarschijnlijk niet proportioneel zijn. Ook voor de opsluiting van manifestanten geldt een gelijkaardige redenering. Was de actie gepland? Zo ja, was de politie voldoende voorbereid? Hebben ze gezocht naar geschikte infrastructuur of niet? Maar hier ook weer is dat geval per geval te bekijken. De enige vaste regel is dat men altijd moet zoeken naar de beste manier om de mensenrechten te respecteren.”

Hoe gaan jullie om met de kritiek van migratiecentrum Myria die volgde op jullie rapport rond politiegeweld naar transmigranten toe?

“Wij hebben met Myria samengezeten. Het was nooit hun bedoeling om ons werk aan te vallen, eerder om constructief samen te werken. Dat is een beetje verdraaid in de media. Wij zijn ons zeer bewust over limieten in de manier waarop wij zaken kunnen onderzoeken. Wij kunnen onmogelijk overal bij zijn. Wij kunnen ook geen mensen undercover meesturen. Wij zijn ter plaatse geweest in het Maximiliaanpark. Wij hebben acties bijgewoond. Maar als wij toekomen dan weet de politie natuurlijk dat er iemand van Comité P aanwezig is. Gaan mensen zich dan anders gedragen? Dat weten we niet. Wij kunnen ons enkel beperken tot wat wij kunnen objectiveren, anders kunnen wij niet zeggen dat er iets mis gaat.”

Nieuwsfeiten zoals de agent die een arrestant op het hoofd schopte in Molenbeek, het auto-ongeval die aan Mehdi Bouda het leven kostte, en meer recent, de racistische uitlatingen van een spoorwegpolitieagent op de trein naar Luik vallen buiten jullie werk. Hoe houdt jullie dat bezig?

“Dat zijn strafrechtelijke zaken die door het parket worden opgevolgd. En zelfs al vraagt het parket de hulp van de onderzoekers, mijn collega’s en ik mogen zelf niet in het gerechtelijk onderzoek kijken. Er is veel aandacht voor incidenten van geweld gepleegd door politie. Ik zie hier ook veel met de smartphone gefilmde video’s langskomen. Maar het aantal klachten dat binnenkomt bij Comité P, dat is natuurlijk geen volledig beeld. Het aantal is stabiel gebleven. Een op de vijf klachten die binnenkomen bij ons gaan over politiegeweld. Volgens de cijfers die wij hebben gaat het nu niet slechter dan pakweg vijf jaar geleden. Wij hebben er wel aandacht voor, en we volgen het op.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel, Justitie, Comité P, Kathleen Stinckens, gele hesjes, gele hesje, royal rebellion, extinction rebellion, politiegeweld

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni